Logo
Tijd Connect biedt organisaties toegang tot het netwerk van De Tijd. De partners zijn verantwoordelijk voor de inhoud.

Goed geoliede machine met een neuraal netwerk

V.l.n.r. Julie De Nul, Frederik Deroo, Edward Van Melkebeek, Pieter Jan De Nul, Paul Lievens, Dirk Van Rompaey, Mieke Fordeyn, Walter De Jonghe en Dirk Traen. ©Frank Toussaint

Er is bij Jan De Nul Group altijd wel iemand te vinden die een oplossing weet voor een nieuw probleem, zo klopt de bagger- en bouwgroep zich op de borst. Net daarom is een eilandmentaliteit uit den boze.

Wie bladert door het met foto’s gelardeerde jaarverslag van Jan De Nul, voelt zich maar kleintjes. Gigantische schepen, enorme sluizen en uitgestrekte werven passeren de revue, en dat van over de hele wereld. ‘Een land kan maar zo groot worden als zijn geografie toelaat’, zo verklaart Jan Pieter De Nul. ‘In België zaten we op de grenzen van onze groei.’ In dat lijstje ontbreken enkele opvallende namen, zoals de Verenigde Staten en China. ‘In de VS worden we tegengehouden door de protectionistische Jones Act’, zucht de CEO van Jan De Nul.

‘Amerikanen zijn de kampioenen van de vrijhandel, op voorwaarde dat het ergens anders is.’ Ook China is geen groeimotor voor de onderneming. ‘Je kunt daar alleen werken als ze je nodig hebben’, zegt De Nul. ‘Wij hebben er wel al dingen gedaan, maar dat was toen de economie witheet stond en ze dringend buitenlandse schepen nodig hadden. Anders gaat al het werk naar Chinese bedrijven. Zij trekken zelf ook steeds meer naar het buitenland. Ze winnen niet zozeer op lage prijzen, maar wel met een zeer goedkope financiering met lage rentes. Dat is te danken aan de hoge deviezenpositie van China.’

Advertentie

‘In Afrika komen ze niet alleen met bagger, maar met China Inc.’, vult financieel directeur Paul Lievens aan. ‘Het is een totaalpakket van spoorwegen, havens, eigen arbeiders en ingenieurs,… dat ze meer dan terugverdienen met de grondstoffen die ze er weghalen. Het gaat daar dus eigenlijk om een geografische expansie van hun eigen bevoorrading.’ ‘De wereld kan praktisch niet meer vergroten voor ons’, besluit Jan Pieter De Nul.

Sleutel-op-de-deur

Het grote publiek kent Jan De Nul waarschijnlijk het beste van de palmeilanden die het voor de kust van Dubai heeft opgespoten. Dat project viel onder de bagger- en mariene divisie van Jan De Nul. Naast de klassieke baggerdiensten en landwinningsactiviteiten biedt deze divisie ook gespecialiseerde diensten voor de installatie van onderzeese structuren voor de olie-, gas- en hernieuwbare energiemarkten. Denk bijvoorbeeld aan het baggeren van geulen voor kabels of pijpleidingen. Jan De Nul neemt in zijn projectaanpak de volledige verantwoordelijkheid op, van het uittekenen van de plannen tot het uitvoeren van de werken. Vooral bij de offshoreactiviteiten vraagt dat vaak om een speciale aanpak, zegt Edward Van Melkebeek, adjunctdirecteur Offshore Divisie.

‘In Papoea-Nieuw-Guinea moesten we bijvoorbeeld een schip aanpassen, zodat het een geul kon baggeren in uitzonderlijk ondiep water. Dat was nodig om een nieuwe pijpleiding van 52 kilometer te leggen in de Omati-rivier die alleen omgeven is door regenwoud.’ Ook bij de civiele bouwkunde, de divisie waarmee het ooit allemaal begon voor Jan De Nul, hanteert de groep een totaalconcept. Als een soort van sleutel-op-de-deur verzorgt Jan De Nul met eigen ingenieurs en materieel van naaldje tot draadje complexe projecten als de bouw van waterzuiveringsinstallaties, rioleringen en leidingen, kaaimuren, tunnels, bruggen, wegen of sluizen.

Ongeveer tweederde van de omzet van deze divisie wordt in eigen land gegenereerd, zegt Dirk Van Rompaey, directeur Civiele Divisie. ‘Voor grote design and build en publiek-private samenwerkingen van meer dan 100 miljoen euro waren we in het verleden te klein. Bij die projecten worden namelijk referenties gevraagd en dan is het moeilijk opboksen tegen grote internationale spelers met veel meer ervaring. Maar we hebben onszelf in de voorbije tien jaar naar een hoger niveau getild en halen nu in België regelmatig zulke opdrachten binnen. De A11-verbindingsweg tussen Knokke-Heist en Brugge die we aan het aanleggen zijn, is bijvoorbeeld een project met bouwkosten van 425 miljoen euro.’

Bovendien slaagde Jan De Nul er voor dit project in om als eerste bedrijf in Europa een greenfield ‘Public Listed Bond’ uit te geven met een garantie van de Europese Investeringsbank. Het ging in totaal over een financieringsbedrag van 578 miljoen euro met een eindvervaldag in 2045. ‘Dit was mogelijk dankzij onze multidisciplinaire projectaanpak. Dat is onze sterke troef,’ voegt Paul Lievens toe.

Atypische bezigheid

De milieutak Envisan is de jongste divisie van De Nul. ‘In de jaren 90 werden zowel de bagger- als civiele divisie in toenemende mate geconfronteerd met milieuaspecten’, zegt Walter De Jonghe, directeur Milieudivisie. ‘Het is een wat atypische bezigheid. Een normale aanbesteding gebeurt in functie van het rendement dat een opdrachtgever verwacht.

Advertentie

Bij milieuactiviteiten gaat het eerder om een oplossing vinden voor een probleem, zoals een zwaar vervuild terrein.’ Envisan doet aan bodemsanering, grondwatersanering, sedimentbehandeling en milieubaggeren. ‘Wij ‘ontzorgen’ de eigenaar door de milieulast uit zijn handen te nemen’, vat De Jonghe samen. Saneren wordt - opnieuw in de filosofie van een complete dienstverlening - vaak betrokken bij het baggeren en de civiele bouwkunde.

Neuraal netwerk

Er loopt een neuraal netwerk door Jan De Nul, waardoor het bedrijf zo weinig mogelijk moet uitbesteden en dus zo veel mogelijk zelf kan doen. Een concreet voorbeeld daarvan is te vinden in de Waaslandhaven. De Nul bouwt daar in het dokkencomplex op de linkeroever van de Schelde als lid van een consortium de grootste sluis ter wereld. De cijfers zijn indrukwekkend. De Deurganckdoksluis is 500 meter lang, 68 meter breed en 26 meter diep. Alleen al voor de vier stalen sluisdeuren en twee beweegbare bruggen is 12.000 ton staal nodig. Het project, met een prijskaartje van 272 miljoen euro, moet tegen de lente van 2016 klaar zijn.

‘We hebben dat werk binnengehaald met dank aan onze expertise op verschillende domeinen’, zegt Van Rompaey. ‘Dat gaat van het drogegrondverzet over het betonneren, maar ook over de staalconstructies en de elektromechanica waarvoor we een beroep konden doen op onze technische dienst en de kennis van onze collega’s bij de scheepsbouw.’

Advertentie
Lees verder
Logo
Tijd Connect biedt organisaties toegang tot het netwerk van De Tijd. De partners zijn verantwoordelijk voor de inhoud.