Logo
Tijd Connect biedt organisaties toegang tot het netwerk van De Tijd. De partners zijn verantwoordelijk voor de inhoud.

'Technologie is niet neutraal'

Jochanan Eynikel ©Jan Locus

‘Hoopvol of angstig zijn voor technologie hangt niet af van artificiële intelligentie of van robots, maar van de keuzes die wij als mens maken’, zegt businessfilosoof Jochanan Eynikel. ‘Wij zullen bepalen waarvoor we technologie inzetten. Daarom is het belangrijk dat we naast ingenieurs ook menswetenschappers plaatsen.’

‘Om kritische ethische bedenkingen te plaatsen bij ongebreideld vooruitgangsoptimisme of bij de digitalisering van onze maatschappij moet je eerst afbakenen wat technologie is’, zegt businessfilosoof Jochanan Eynikel. Bij het ondernemersplatform Etion richt hij zich op het raakvlak tussen ethiek, filosofie en economie. Hij schreef de boeken Check-In en Robot aan het stuur. ‘Technologie, dat zijn artefacten, software en hardware, artificiële zaken die nut hebben. In tegenstelling tot kunst bijvoorbeeld, die alleen voor de kunst wordt gemaakt.’

Kritische vooruitgang

‘Technologie gaat van een wandelstok tot een hoorapparaat. Beide hebben nut en dat nut toont aan dat je technologie niet neutraal is. Want wat wil je ermee doen? Mensen beter laten horen? Wapens maken om anderen aan te vallen? Of om jezelf te beschermen? Iedereen is vrij om technologie te ontwerpen, je kunt bijvoorbeeld een tak van twijgen ontdoen, maar de meeste technologie is te complex om zelf te ontwikkelen.

Advertentie

Verbeelding ligt aan de basis van ethiek, je kunnen inleven in de situatie van anderen, dat kan een machine niet.

Jochanan Eynikel
businessfilosoof bij ondernemersplatform Etion

En dus zijn er bedrijven die technologische producten en diensten ontwikkelen. Vanuit welke waarden doen ze dat?  Het ene bedrijf wil zo veel mogelijk producten aan de man brengen, het andere hecht belang aan pakweg inclusie of privacy.’

Het is duidelijk dat bedrijven geen democratische instellingen zijn. ‘Je kunt technologie wel democratiseren door spelregels vast te leggen. De Europese Unie doet dat bijvoorbeeld met de GDPR-wetgeving en de AI-act die in ontwikkeling is. Dat is niet slecht. Het is niet aan privébedrijven of privépersonen om de spelregels te bepalen. Maar de overheid moet wel oppassen dat ze niet te veel regels uitvaardigt, waardoor het onmogelijk wordt om technologie te ontwikkelen. Goeie regulering legt een morele ondergrens vast.’

Advertentie

En welke rol speelt de burger? ‘Er bestaat een driehoeksrelatie tussen overheid, bedrijfswereld en burger. In de digitale wereld laat je je kinderen bijvoorbeeld niet ongeremd los. Kinderen een hele dag zonder toezicht achter een iPad zetten, dat is geen goed idee. De overheid kan mediawijsheid stimuleren, maar ook als burger moet je je verantwoordelijkheid nemen.’

De digitalisering is niet meer weg te denken, weet ook Eynikel. Hij pleit voor kritische vooruitgang, een soort derde weg. ‘Je hebt de techno-optimisten die technologie zien als menselijke vooruitgang. Voor hen zijn we geëvolueerd met en door innovatie, van het wiel tot de artificiële intelligentie.

In periodes van grote transitie rijzen wel nieuwe problemen, maar optimisten geloven dat er voor elk probleem een technologische oplossing bestaat. Techno-pessimisten zien telkens weer menselijk verval in nieuwe technologie, wat we te verliezen hebben. Zelf ben ik eerder een techno-realist. Als we technologie ontwikkelen vanuit menselijke waarden, dan durf ik optimist te zijn.’

Verbeeldingskracht

Zal AI de verhouding tussen mens en machine veranderen, en is dat een goede of een slechte zaak? ‘De mens gaat al altijd in wisselwerking met technologie. En die technologie gaat er steeds menselijker uitzien, zelfs letterlijk, denk maar aan robot Sophia. Daarom moeten we nadenken over wat ons tot mens maakt.

Sinds Descartes gaan we ervan uit dat het de ratio is. Uiteraard is rationaliteit een belangrijk kenmerk van de mens, maar vandaag zien we dat computers over een hoge mate van ratio beschikken. Soms evenaren of overstijgen ze de mens, bijvoorbeeld bij het schaken.’

‘Verbeeldingskracht, zaken bedenken die er nog niet zijn, dat kan een machine niet. Artificiële intelligentie of machine learning zijn geavanceerde systemen van patroonherkenning. Een mens werkt ook vaak erg systematisch, maar soms doorbreekt hij dat, bij veel grote wetenschappelijke doorbraken was dat het geval. Verbeelding ligt ook aan de basis van de ethiek. Je kunnen inleven in de situatie van anderen, dat kan een machine niet. Dat daagt ons uit om na te denken over wat ons uniek maakt, eerder “ik verbeeld dus ik ben” dan “ik denk dus ik ben”.’

Menselijke kwetsbaarheid

Er is geen sector die ontsnapt aan de digitalisering. ‘In de zorgsector wordt veel geïnvesteerd in nieuwe technologie, denk maar aan robotica. Het is wel belangrijk om na te denken over de doelstelling van zulke technologie’, zegt Jochanan Eynikel.

‘Artificiële intelligentie kan beter dan wie ook huidkanker vaststellen, dat kunnen we alleen maar toejuichen. Maar dat wil niet zeggen dat je via een computersysteem te horen wilt krijgen dat je kanker hebt. Of dat een computer je behandelingsopties bespreekt. Het gaat over wat je precies wilt doen met je technologie en wat net niet.

We hebben niet per se een andere benadering van technologie in de zorg nodig, maar de zorg is wel een sector waar menselijke kwetsbaarheid centraal staat. Dat is iets heel anders dan robots die auto’s assembleren. We moeten dus voorzichtiger zijn, maar daarom niet te conservatief.’

Advertentie

Advertentie
Lees verder
Logo
Tijd Connect biedt organisaties toegang tot het netwerk van De Tijd. De partners zijn verantwoordelijk voor de inhoud.
Advertentie
Advertentie