Professor Marc Noppen, de CEO van het UZ Brussel, is dankzij zijn coronadagboek geen onbekende voor de lezers van De Tijd. Daarin schreef hij zijn inzichten neer over de aanpak van Covid-19 en gaf aanwijzingen over de geneeskunde van de toekomst. Die is digitaal en hij gelooft ook in vertrouwen.
Beluister op Spotify | Apple Podcasts | Google Podcast | Stitcher | Podcast Addict | TuneIn
De jongste weken en maanden waren supervermoeiend voor longarts Marc Noppen. ‘En niet alleen voor mij, voor het voltallige team van het UZ Brussel. Zulke fundamentele aanpassingen in onze werking had ik niet verwacht. Toch is de hele operatie goed gelukt, in de hele sector. Het moeilijkste wordt misschien de terugkeer naar het nieuwe normaal.’
Tijdens de crisis schakelde het UZ Brussel een versnelling hoger in online consultaties. Verkiest Noppen die boven face-to-face ontmoetingen? ‘Ze zijn complementair. Sinds april 2014 volgen wij de federale richtlijnen over digitale geneeskunde. We hebben vijf jaar onderhandeld en telkens waren er duizend redenen waarom ze niet opgestart raakte. Toen kwam corona en binnen de twee weken is het gelukt. Het wetgevend kader was er. Fantastisch. Toch vervangen zulke tussenkomsten het fysiek contact niet, zeker niet bij complexe pathologieën of slechtnieuwsgesprekken, bijvoorbeeld.’
Bij momenten werkten 1.200 van de ziekenhuismedewerkers van thuis. ‘Zowat iedereen die niet aan het bed van een patiënt staat. Het gaat om ondersteunende diensten, maar ook artsen met specialismen die niks konden doen. Dat telewerken moeten we blijven volhouden, al was het maar om de mobiliteitsproblematiek de baas te blijven.’
‘En we moeten voort inzetten op robotisering. Aan de ingang van de poliklinieken is het bijvoorbeeld robot Pepper die hygiënische instructies aan de bezoekers geeft. En wist je dat kinderen met diabetes beter luisteren naar een robot dan naar een mens? Of die robot mensen gaat vervangen, nee, ze zijn complementair. Bij deze een warme oproep naar het bedrijfsleven om met ons samen te werken, want dit valt buiten de normale financiering van de ziekteverzekering.’
Virtual reality
‘Als universitaire instelling doen wij ook academisch onderzoek. Domein per domein moeten we bekijken hoe we patiënten vanop afstand kunnen opvolgen, bijvoorbeeld iets simpels als een hoge bloeddruk, maar ook een doorgedreven samenwerking met de eerstelijnszorg, denk aan de huisarts, logopedist, diëtist, psycholoog, enz. De patiënt is beter gediend met opvang in zijn omgeving, dan een dure opname in het ziekenhuis. En ik spreek hier tegen mijn eigen winkel, want ik word betaald om mensen op te nemen (lacht).’
Lees ook het interview met Caroline Pauwels, rector VUB
Het UZ Brussel werkt ook samen met andere onderzoekers van de VUB. ‘Samen met ingenieurs en IT’ers exploreren we bijvoorbeeld de mogelijkheden van virtual reality (VR) voor medische toepassingen. Onze chirurgen kunnen foto’s in 3D bekijken terwijl ze in de patiënt snijden. Dat moet je gezien hebben, het is werkelijk fenomenaal omdat het de kwaliteit van hun interventies fel verbetert. VR kan ook de gemoedstoestand van de patiënt verbeteren. Als ze geen bezoek mogen ontvangen, kunnen we ze bijvoorbeeld een VR-bril geven waarin ze hun smartphone kunnen leggen en beelden van thuis zien. Dat lijkt een gimmick, maar voor velen maakt het een wereld van verschil.’
Leiderschap en empathie
'De patiënt is beter gediend met opvang in zijn omgeving, dan een dure opname in het ziekenhuis'
Noppen is een adept van situationeel leiderschap. ‘Covid was totaal onbekend, er kwam een crisis op ons af die letterlijk en figuurlijk levensgevaarlijk is. Ik ben snel naar crisismodus geschakeld. Volgens onze draaiboeken centraliseren we ‘de macht’ rond het directiecomité, aangevuld met experts. Dan moet je sterk leiderschap uitstralen. Tegelijk deed ik mijn witte jas aan en ging poolshoogte nemen op de vloer, ook in de gevaarlijke zones: de symboliek van de aanwezigheid. De combinatie van sterk leiderschap met empathie, dat heeft goed gewerkt.’
Tot slot vragen we welke les Noppen uit de coronacrisis meeneemt. Daarover moet hij niet lang nadenken: ‘Vertrouwen.’ En dan aarzelt hij. ‘Om de context te schetsen: ik merk dat onze maatschappij zich de afgelopen jaren meer en meer organiseert in functie van wantrouwen. We bouwen overal controlemechanismen in. Ik ben ervan overtuigd dat je altijd schurken zult hebben, hoeveel lagen je ook inbouwt. En daarmee belast je vooral de grote groep niet-schurken, want je organiseert een soort georganiseerd wantrouwen.’
‘In deze crisis heb ik, samen met de andere ziekenhuizen, vertrouwen gevraagd en gekregen. We hebben ook vertrouwen gegeven aan onze mensen, die dat niet hebben beschaamd. Integendeel. Vertrouwen kan je alleen krijgen als je het geeft. En ja, je hebt plantrekkers, maar die interesseren mij niet.’
De Verderkijkers
Martine Tempels, Telenet Business