Olivier Lambert wil van Cevora een echte ‘competentiepartner’ voor bedrijven maken. En daarbij denkt hij vooral aan kmo's: ‘Elke manager die naar de toekomst kijkt, weet dat competenties centraal moeten staan in zijn strategie.’
Waarom is het zo belangrijk om over opleidingen te praten?
Olivier Lambert (Managing Director van Cevora): ‘België streeft naar een tewerkstellingsgraad van 80 procent, dat is een best ambitieuze doelstelling. Maar het aantal knelpuntberoepen neemt elk jaar toe. De kloof tussen de competenties die bedrijven nodig hebben en de competenties die beschikbaar zijn wordt almaar groter. Daarin spelen opleidingen een belangrijke rol. Alle spelers moeten hun verantwoordelijkheid nemen en tot actie overgaan.’
Aan wie denkt u dan?
Lambert: ‘Natuurlijk is er een rol weggelegd voor de overheid. Het individuele recht op opleiding, dat door de Arbeidsdeal van 2022 is ingevoerd, is een stap in de goede richting. Maar het lost niet alles op. Bedrijven moeten beseffen dat het schaap met vijf poten niet bestaat en dat het hun taak is om ontwikkelingstrajecten voor competenties aan te bieden. En dat begint zodra een werknemer aan de slag gaat. Die werknemer moet natuurlijk ook zijn eigen leerproces in handen nemen. Opleiden betekent zowel individuele als gedeelde waarde creëren.’
Welke rol speelt Cevora daarin?
Lambert: ‘Met de financiële steun van het paritair comité 200 ontwikkelen we zinvolle programma's die inspelen op de uitdagingen van vandaag. Maar we zijn meer dan een opleidingsorganisatie. Opleidingen zijn slechts een middel. We zijn er om de inzetbaarheid van elk individu op de lange termijn te garanderen. En tegelijk zorgen we ervoor dat er vaardigheden beschikbaar zijn om bedrijven flexibeler en concurrerentiëler te maken. Maar ik kan niet tevreden zijn met het deelnamepercentage aan onze opleidingen, want dat blijft te laag.’
Het format van een opleiding is cruciaal, maar dat hoeft niet noodzakelijk 100 procent digitaal te zijn.
Hebben bedrijven dan geen strategische visie daarover?
Lambert: ‘Elke manager die naar de toekomst kijkt, weet dat competenties centraal moeten staan in zijn strategie. Maar terwijl grote bedrijven over alle middelen beschikken om hun strategie te ontwikkelen en uit te voeren, hebben kmo's vaak te veel andere dingen te doen om daar echt over na te denken. Wij kunnen voor hen een “competentiepartner” zijn.’
Hoe belangrijk zijn opleidingen voor de jongere generatie?
Lambert: ‘Ik kan op drie manieren antwoorden. Als opleidingsprofessional stel ik vast dat de gemiddelde leeftijd van onze deelnemers hoog blijft. Als organisatiemanager zie ik dat voor steeds meer jongeren zingeving almaar belangrijker wordt. Tegelijk staat werk niet per se centraal in hun leven, maar is het eerder een middel om andere doelen te bereiken. Tot slot zie ik, als vader van jongvolwassenen, dat er volstrekt niet-lineaire carrièrepaden bestaan.’
‘We moeten opleidingsmodellen uitwerken die inspelen op die nieuwe kijk op arbeid. Het format is cruciaal, maar dat hoeft niet noodzakelijk 100 procent digitaal te zijn. Via face-to-face opleidingen ontstaan gedeelde momenten die je nodig hebt om een band te vormen en een dynamiek te creëren. Want leren is en blijft een sociale activiteit.’
Zijn opleidingen ook een welzijnsfactor, iets waar tegenwoordig zoveel vraag naar is?
Lambert: ‘Werknemers moeten zich kunnen ontplooien. Dat betekent dat je ze beschouwt als een volledig individu dat behoefte heeft aan zingeving en persoonlijke ontwikkeling - en dus aan opleiding. Welzijn wordt ook bepaald door het gevoel dat je je werk goed hebt gedaan. Maar om je werk goed te doen, heb je de juiste tools en competenties nodig. Daarom zijn opleidingen essentieel voor je persoonlijke ontplooiing.’