Logo
Tijd Connect biedt organisaties toegang tot het netwerk van De Tijd. De partners zijn verantwoordelijk voor de inhoud.

Wie het mes zet in intellectuele eigendom snijdt in innovatie

Philippe Ghyssels, Vice-President Global Public Affairs bij Ipsen © Marco Mertens

Een goede bescherming van intellectuele eigendom is noodzakelijk om hoogtechnologische bedrijven de ruimte en de juridische zekerheid te bieden om te blijven innoveren. Twee bedrijven uit de farmasector getuigen over de impact van IP-rechten op onze gezondheidszorg.

Georges Rawadi, CEO Celyad © Marco Mertens
Georges Rawadi, CEO Celyad © Marco Mertens

Celyad is actief in kankeronderzoek, een domein dat razendsnel evolueert. Wat doen jullie precies?
Georges Rawadi: “Wij ontwikkelen celtherapie waarbij de immuuncellen van kankerpatiënten in het labo worden aangepast, zodat ze kankercellen herkennen en vernietigen. Deze innovatieve therapie kan de bestaande immuuntherapie op termijn nog efficiënter maken voor verschillende soorten kanker.”

Advertentie

In welke mate draagt de bescherming van de intellectuele eigendom bij tot jullie onderzoek?
“Ons hele onderzoeksproces steunt erop. Bij ons draait alles om innovatieve technologie – vaak een combinatie van verschillende technologieën – en nieuwe therapieën die enkel ontwikkeld kunnen worden met specifieke productietechnieken. Patentbescherming is cruciaal om ons werk, en de grote investeringen die ermee gepaard gaan, te beschermen tegen concurrenten en het op de markt te brengen.”

Patentbescherming is cruciaal om onze investeringen veilig te stellen

Georges Rawadi
CEO Celyad

Zo’n patent biedt twintig jaar bescherming, terwijl de ontwikkeling en het vermarkten van een nieuw geneesmiddel in snel vijftien jaar in beslag neemt. Is dit voldoende tijd om de investeringen terug te verdienen?
“Dat is krap. Maar omdat ons onderzoek zo hoogtechnologisch is, vraagt ook de latere ontwikkeling van generische alternatieven veel tijd. Er is een groot verschil tussen klassieke medicatie op basis van chemische moleculen en de biotechnologie, die onder meer gebaseerd is op proteïnen en antilichamen. Bij de klassieke medicatie komen die generische alternatieven sneller op de markt. Dit kan dus in ons voordeel spelen. Al moet je op dat vlak altijd met twee woorden spreken, want de technologie evolueert razendsnel.”

Jullie zitten vandaag in het pre-klinisch stadium en verwachten dat het zeven tot acht jaar duurt voordat jullie een eerste medicijn op de markt brengen. Waar halen jullie intussen inkomsten uit?
“Een nieuw medicijn ontwikkelen, kost al snel een miljard dollar. Daarvoor doen we een beroep op externe investeerders. Hun inbreng wordt beschermd door intellectuele eigendomsrechten. Zonder die rechten kan dit model niet blijven bestaan. Daarnaast ontwikkelen we technologieën die op korte termijn bruikbaar kunnen zijn in celtherapie van concurrenten. Licenties op die innovaties zijn een bron van inkomsten. Ook in die context is intellectuele eigendom van groot belang.”

Philippe Ghyssels, Vice-President Global Public Affairs bij Ipsen © Marco Mertens
Philippe Ghyssels, Vice-President Global Public Affairs bij Ipsen © Marco Mertens

Ipsen bestaat bijna honderd jaar. Wat doen jullie precies?
Philippe Ghyssels: “De voorbije decennia specialiseerden we ons in de strijd tegen kanker en neurologische aandoeningen, en in de behandeling van zeldzame ziekten.”

Advertentie

Is het onderzoek naar de ontwikkeling van medicatie voor zeldzame ziekten lastiger, duurder en risicovoller?
“In Europa spreken we over een zeldzame ziekte als ze bij minder dan vijf op de tienduizend mensen voorkomt. Het onderzoeksproces - van de ontdekking van een potentieel werkzame molecule tot de goedkeuring om een innovatief medicijn op de markt te brengen – duurt twaalf tot vijftien jaar. Dat verschilt niet veel van andere ziekten, maar voor zeldzame weesziekten zijn de financiële risico’s potentieel groter. Vandaag zijn er zowat achtduizend zeldzame ziekten gekend, waarvan voor amper 5 procent al een behandeling bestaat. Zo hebben we bij Ipsen een molecule in de pijplijn die een doorbraak kan betekenen voor een zeldzame weesziekte (een weesziekte is een ziekte waarvoor nog geen enkele behandeling bestaat, nvdr.) waaraan één op de 735.000 mensen lijdt. Pakweg vijftien jaar onderzoek voor een therapie die je in ons land aan slechts een tiental patiënten kan vermarkten: het spreekt voor zich dat intellectuele eigendom cruciaal is voor de ontwikkeling van dergelijke medicatie.”

Morrelen aan het concept van intellectuele eigendom ondermijnt het volledige innovatie-ecosyteem

Philippe Ghyssels
Vice-President Global Public Affairs bij Ipsen

Intellectuele eigendom moet de financiële risico’s afdekken voor investeerders. Kunnen intellectuele eigendomsrechten ook de industrie versterken en innovatie stimuleren?
“De ontwikkeling van een nieuw geneesmiddel is risicovol en kapitaalintensief. Toch draait intellectueel eigendom niet enkel om de bescherming tegen mogelijke concurrenten op het moment dat een innovatief medicijn op de markt komt. Net zo goed stimuleren patenten wetenschappelijke innovatie. Ze stellen wetenschappers in staat om hun uitvinding te publiceren en te delen met collega’s. Op die manier fungeert het patent als trigger voor nieuw onderzoek. Cruciaal in deze context is de regulatory data protection, de bescherming van de data uit klinische studies die farmaproducenten voor een bepaalde periode genieten nadat het Europees Geneesmiddelenagentschap hen toegang geeft tot de markt. Voorlopig gaat dit in Europa over een termijn van acht jaar, plus twee jaar exclusiviteit. Dat moeten we absoluut zo houden, of zelfs verstevigen. Die wetgeving beschermt en stimuleert onze competitiviteit ten opzichte van de Verenigde Staten of China en kan op termijn nog meer investeringen naar Europa lokken. Morrelen aan het concept van intellectuele eigendom kan het volledige innovatie-ecosyteem ondermijnen. Ons land heeft er, omwille van de enorme economische toegevoegde waarde van de sector, alle belang bij om dit ecosysteem te ondersteunen.’

Wat is de succesratio bij de ontwikkeling van een nieuw geneesmiddel?
“Van de tienduizend moleculen die in het begin van een onderzoeksproces in aanmerking komen, komen er uiteindelijk gemiddeld één tot twee op de markt. Zelfs in de derde fase van de klinische proeven, waarbij het middel getest wordt op honderden of duizenden patiënten, is de succesratio ongeveer 50 procent. Op dat moment zijn er vaak al honderden miljoenen euro’s geïnvesteerd in de ontwikkeling van het medicijn. De bescherming van de intellectuele eigendom is cruciaal om dit risico, dat gedragen wordt door de investeerders, behapbaar te houden.”

Charlotte Weyne, Senior Legal Counsel & European Policy Advisor bij  pharma.be © Marco Mertens
Charlotte Weyne, Senior Legal Counsel & European Policy Advisor bij pharma.be © Marco Mertens
“Intellectuele eigendomsrechten garanderen de veiligheid van geneesmiddelen”

“Intellectuele eigendomsrechten zijn cruciaal in onze sector”, onderstreept Charlotte Weyne, Senior Legal Counsel & European Policy Advisor bij sectorvereniging pharma.be. “Er komt een nieuwe generatie veelbelovende geneesmiddelen aan uit de bio-farmaceutische sector. Innovatie is daarvan de drijvende kracht. Maar doorgedreven onderzoek en ontwikkeling zijn enkel haalbaar als ze ook wettelijk beschermd worden. Tegelijk blijft 0&0 in de farmaceutische sector een bijzonder risicovolle bezigheid, met een zeer laag slaagpercentage. Onze branche is ook sterk gereglementeerd, wat alles nog ingewikkelder maakt.”

We staan er niet altijd bij stil, maar intellectuele eigendomsrechten vormen ook een garantie voor de veiligheid van geneesmiddelen. “Ze bieden de patiënt de zekerheid dat de voorgeschreven medicatie van een bedrijf komt dat het volledige traject doorlopen heeft: van onderzoek, veiligheidsgaranties tot traceerbaarheid. Zo kan opgetreden worden tegen vervalste geneesmiddelen die in het circuit terechtkomen.”

Advertentie
Lees verder
Logo
Tijd Connect biedt organisaties toegang tot het netwerk van De Tijd. De partners zijn verantwoordelijk voor de inhoud.