Voor dezelfde Volkswagen Golf die op vrijdag 22 augustus klaar staat voor verhuur op de luchthaven Fiumicino bij Rome betaalt een Griek bij Europcar twee keer zo veel als een Belg. Maar als die Griek van het voordelige Belgische tarief wil profiteren door online via de Belgische dochter van een internationaal verhuurbedrijf diezelfde auto te boeken, loopt het mis. Verhuurbedrijven herkennen de Griek aan zijn unieke IP-adres waarmee hij op internet ronddoolt en sturen hem terug naar de Griekse site. Of ze laten de reservering wel verdergaan, maar laten de afronding ervan vastlopen zodra bij de betaling alsnog het land van domicilie wordt opgegeven.
Een Duitse klant die op die manier een auto in Groot-Brittannië wilde boeken bleek plots twee keer zo duur uit te komen toen hij zijn woonplaats invulde. De man deed zijn beklag bij de Europese Commissie.
Dienstenrichtlijn
Het was een kolfje naar de hand van Europees Commissaris voor Interne Markt Michel Barnier die dit soort praktijken beschouwt als discriminerend voor de consument. ‘De eengemaakte Europese markt zou niet alleen voor grote bedrijven, maar ook voor consumenten een dagelijkse realiteit moeten zijn’, zegt Barnier. Europese regels bepalen dat consumenten vrije toegang moeten hebben tot producten en diensten die in hun eigen land niet of duurder beschikbaar zijn. De dienstenrichtlijn bepaalt dat Europese consumenten niet de toegang mag worden onthouden van producten louter op basis van hun woonplaats.
Barnier voerde drie jaar lang gesprekken met de vertegenwoordigers van de grote verhuurbedrijven in Europa, Leaseurope, maar dat leverde weinig op.
Eind juli stuurde Barnier dan een brief op hoge poten naar de grote verhuurders Avis, Europcar, Hertz, Sixt, Enterprise en Goldcar. Die hebben samen zo’n 70 tot 80 procent van de Europese markt voor autoverhuur op korte termijn in handen. De Commissie eiste binnen twee weken maatregelen van de zes. Drie concerns, Europcar, Hertz en Avis, hielden hun kaken op elkaar en daarom maakte de Commissie de klaagbrief openbaar, met de eis dat er voor het eind van de maand wel maatregelen worden genomen. Zo niet, dan roept Barnier de nationale overheden op om in te grijpen tegen de verhuurbedrijven.
Schot in de zaak
De boodschap van Barnier is in ieder geval aangekomen bij Leaseurope. Er lijkt schot in de zaak te komen: ‘Ik ga er wel van uit dat het ook de laatste drie bedrijven lukt om voor het eind van deze maand hun systemen aan te passen’, zegt Leaseurope-beleidsadviseur Richard Knubben. ‘Maar de meeste verhuurbedrijven werken met wereldwijde boekingssystemen die complex in elkaar zitten. En ze hebben ook geen toverstafje om dat één-twee-drie te veranderen.’ Bij Europcar hield een woordvoerder het er gisteren bij dat ‘de open dialoog met de Commissie wordt voortgezet.’
Verschillen blijven
Knubben wijst erop dat de Commissie er begrip voor opbrengt dat verhuurbedrijven verschillende tarieven hanteren voor verschillende landen. Die verschillen zijn vooral het gevolg van de verschillende promotieacties die de verhuurbedrijven in de Europese landen voeren. De vakantieperiodes zijn traditioneel de drukste periodes voor de verhuurbedrijven en volgens Knubben is de concurrentie dan het grootst en wemelt het van de aanbiedingen. Maar omdat de vakantieperiodes verschillen tussen de diverse Europese landen, vallen de aanbiedingen lang niet altijd op hetzelfde moment op dezelfde plaats en hetzelfde moment. ‘En het is een systeem dat je in bijna de hele toeristische industrie ziet. De autoverhuur staat daar zeker niet alleen in’, zegt Knubben.
Door de aanpassing van de boekingssystemen zullen er waarschijnlijk nog altijd verschillende tarieven tussen landen blijven. Maar klanten zullen wel makkelijker in andere EU-lidstaten hun huurauto kunnen boeken.
Dezelfde auto op dezelfde plek bij hetzelfde verhuurbedrijf, maar grote prijsverschillen afhankelijk van de plaats van boeking
