Een fles champagne moet je snel opdrinken, dachten we. Die bubbels bruisen toch niet eeuwig? En toch: een kleine groep topchampagnes scoort op veilingen, wordt gekoesterd door verzamelaars en verdwijnt her en der in een kelder of kluis.
Een fles Dom Pérignon uit 1962, met een bevlekt en beschadigd etiket. Twee flessen Bollinger R.D. uit 1996. Een Krug uit 1990. In een voormalige zeemanskerk op de Italiëlei in Antwerpen stonden midden oktober tientallen oude champagnes naast elkaar, uitgestald in simpele witte rekken. Samen met 355 andere loten vormden de flessen een omvangrijk hoofdstuk op de herfstveiling van Sylvie’s, het grootste wijnveilinghuis van de Benelux. Traditioneel veilen huizen zoals Sylvie’s, Christie’s en Sotheby’s vooral bekende wijnen uit Bourgogne en Bordeaux, van een Romanée-Conti tot een Mouton Rothschild. Maar de jongste jaren hebben champagnes een opvallende opmars gemaakt in de wondere wereld van de wijnveilingen. Zo zag Sotheby’s in 2023 de champagneomzet verdrievoudigen tegenover 2022. Het champagnemerk Krug stond dat jaar zelfs voor het eerst in de top tien van wijnmakers met de hoogste veilingomzet bij Sotheby’s.
‘Over een periode van vijf à zes jaar zijn de prijzen voor topchampagnes het sterkst gestegen, meer dan die van andere wijncategorieën’, zegt Aart Schutten, de eigenaar van Sylvie’s. Wie daar graag een grafiek bij heeft, kan terecht op de site van Live-Ex, een Brits handelsplatform voor dure wijnen. Daar zie je dat de waarde van topchampagnes – zoals Dom Pérignon, Bollinger en Krug – in vijf jaar tijd met ruim 38 procent gestegen is. De allerduurste bourgognes zijn in diezelfde periode slechts 13 procent meer waard geworden. ‘Champagne heeft een inhaalbeweging gemaakt’, aldus Schutten. ‘Het is nu in bijna elke wijnveiling een sterke, zelfstandige categorie.’
Handvol toppers
Lezers die al de kelder in willen duiken om hun eigen flessen champagne naar de veiling te brengen, lezen best nog even verder. Die inhaalbeweging geldt namelijk uitsluitend voor de allergrootste champagnenamen. ‘99 procent van alle geproduceerde champagnes zouden we niet voor de veiling aanvaarden’, zegt Schutten. ‘Internationaal beleggen, verzamelen en handelen in champagne, dat gaat maar om een handvol toppers.’
Bovendien ondergaat de champagnemarkt, zelfs voor die grote namen, al anderhalf jaar een correctie. ‘De prijzen waren tot begin 2022 zo fel gestegen dat we op de jongste veilingen champagneprijzen zagen onder het vroegere topniveau’, zegt Schutten. ‘Nog altijd mooie bedragen, maar minder spectaculair.’ De oktoberveiling bij Sylvie’s bevestigt die correctie: bijna elk champagnelot is afgehamerd tegen een bedrag aan de onderkant van de verwachtingen. De Dom Pérignon uit 1962? Die werd verkocht voor 290 euro. De twee flessen Bollinger uit 1996? Die gingen voor 400 euro de zeemanskerk uit. Zelfs de duurste champagne van de veiling – een magnum Jacques Selosse extra brut uit 2003 van 2.100 euro – bleef iets onder Sylvie’s’ verwachting.
Toch denkt Schutten dat champagne een blijver is bij wijnverzamelaars en -beleggers. ‘Echt goede champagne is schaars. Bovendien neemt de kwaliteit jaar na jaar toe, mee door de opkomst van kleine, innovatieve domeinen als Ulysse Collin, die de lat hoger leggen. Consistent hoge kwaliteit die heel beperkt voorradig is: dat is precies waar beleggers en verzamelaars op uit zijn.’ Bovendien zijn champagneflessen minder makkelijk na te maken en dus minder fraudegevoelig, ook een groot voordeel voor verzamelaars.
Dat er op veilingen nog altijd astronomische bedragen worden geboden voor deze speciale gevallen, konden we eerder dit jaar zien bij een veiling van Sotheby’s. Het veilinghuis verkocht toen 1.850 flessen champagne van de Taiwanese verzamelaar Pierre Chen voor maar liefst 1,35 miljoen euro. Echt zeldzame exemplaren gingen voor veel hogere prijzen onder de hamer dan initieel geschat. Voor een lot van twaalf flessen Taittinger Comtes de Champagne 1996, een blanc de blancs grand cru uit een hoog aangeschreven oogstjaar, telde de koper 6.875 euro neer. Een magnum Cristal van Roederer uit 1961, de oudste champagne van de veiling, klokte af op 2.250 euro. De duurste fles – een magnum Dom Pérignon P3 uit 1996, kostte 23.750 euro.
Nog wel drinkbaar?
Wie graag champagne drinkt, stelt zich terecht vragen bij al dat geld voor een oude fles bubbels. Is die eigenlijk nog wel drinkbaar? En zitten er nog wel bubbels in? Het antwoord is twee keer ja, zegt Guy Bolland, beheerder bij Vin-X, een Brits bedrijf dat voor verzamelaars en beleggers wijn bewaart en verhandelt. Achter dikke bakstenen muren van een opslagplaats in Burton-on-Trent, tussen Birmingham en Sheffield, beheert Vin-X 240.000 flessen voor tweeduizend klanten. ‘Sommigen zien die flessen als een belegging: ze hebben al aandelen en obligaties, en dan vormt wijn een interessante aparte categorie activa, zoals kunst of horloges. Maar veel klanten kopen ook wel flessen om ze daadwerkelijk te drinken, en daar zitten ook champagnes van veertig of vijftig jaar oud bij.’
Die zeldzame en dure één procent van de champagnes is gemaakt om te verouderen, zegt de beheerder. ‘Ze zijn bijna altijd geassembleerd met topdruiven uit grand-cruwijngaarden, uit een oogstjaar dat zo goed is dat er aparte gemillésimeerde champagnes van worden gemaakt.
Bovendien rijpen die champagnes veel langer in de kelders voor ze op de markt komen, wat hun houdbaarheid ten goede komt. Elke fles champagne moet wettelijk minstens vijftien maanden in de kelders van het domein doorbrengen vooraleer deze verkocht mag worden. Maar een fles P2 van Dom Pérignon of een Blanc des Millénaires 1995 van Charles Heidsieck kan wel vijftien jaar extra complexiteit hebben ontwikkeld. Sommige grote champagnemakers, zoals Bollinger en Selosse, laten hun stille wijnen bovendien eerst nog rijpen in houten vaten, voordat ze de kelder ingaan, om bubbels en diepgang te ontwikkelen. ‘In oudere jaargangen zitten nog altijd belletjes, al moeten we toegeven dat die champagnes niet meer zo energiek bruisen’, zegt Christian Swaelens, de verkoopdirecteur van Le Palais du Vin, de invoerder van Bollinger. ‘Het zijn vineuze champagnes, je drinkt ze vooral voor de kwaliteit van de onderliggende wijn. De liefhebbers die 200 euro voor een fles Bollinger R.D. uit 1996 hebben betaald, zullen daar veel plezier aan beleven.’