Naar het openingsspektakel volgende vrijdag van de 24ste Olympische Winterspelen in Peking hebben we voorlopig het raden. Maar in Pragelato, een chaletdorpje in Piëmont, staat de openingsshow van ‘hun’ Olympische Winterspelen in 2006 nog bij velen op het netvlies gebrand. Toenmalig formule 1-testrijder Luca Badoer ‘tekende’ in het stadion van Turijn met zijn Ferrari 248 F1 de vijf olympische ringen. En als je over de kleur van het olympische dorp in Sestriere wat verderop begint – een groen dat doet denken aan geoxideerd koper – riskeer je nog steeds in een verhitte discussie te raken.
De twee olympische skischansen, de lift ernaartoe én de jurytoren uit 2006 staan er sinds het einde van de Spelen werkloos bij. De 82 larikshouten chalets van het olympische dorp in Pragelato, in de typische neutrale tinten van de Val Chisone-vallei, zijn wel nog in gebruik. Op de plek waar 16 jaar geleden de olympiërs op krachten kwamen, kun je vandaag zélf overnachten, met dank aan Club Med. De vakantiegroep kocht in 2012 het hele dorp in dit wintersportoord in het noordwesten van de Italiaanse laars.
Een eerste verkenning leert dat het resort niet groot is: in nog geen tien minuten sta je vanaf het verste chalet op het centrale plein. Daarnaast, aan de rechterkant, bevindt zich het hoofdgebouw, met de receptie, een shop en de bar. In restaurant Il Piemonte, met zijn gloednieuwe terras, heerst een gezellige drukte. In de kelder is La Tana ondergebracht, nóg een restaurant waarvan de wijnkelder naar verluidt top is. En iets verderop zie je de lichtjes van La Trattoria, waar typische streekgerechten met passende streekwijnen worden geserveerd. Na de inspanning, de gastronomische ontspanning. Kortom, la dolce vita.
Hoewel, onze eerste ochtend heeft meer weg van een doordeweekse rush richting kantoor. De twee kinderen moeten gewekt en gekleed zijn én ontbeten hebben als we hen om 8.30 uur achterlaten bij de ‘mini club’ en ‘petit club’ van het resort. Dit is hun eerste dag zonder ons. De glimlach op hun gezicht is ver te zoeken. Wij, van onze kant, voelen ons om 9.15 uur vrij als een vogel, klaar om uit te vliegen over het Italiaans-Franse skigebied Vialattea – wat zoveel betekent als ‘melkweg’.
Dit is een van de vijf grootste skidomeinen van Europa en fungeerde in 2006 als hét uithangbord van de Spelen. Vijf skistations werden toen gebruikt voor de competities afdaling, slalom, langlauf en bobslee. En de pistes zijn tot op vandaag in gebruik. Olympische kampioenen trainen er vaak op de Kandahar Banchetta-Giovanni Nasi, de piste waarop in 2006 de afdaling bij de heren, de combiné en de super-G werden gehouden. De start bevindt zich op 2800 meter, het hoogste punt van de Vialattea. Terwijl het parcours eerst steil – zeg maar ‘een muur’ – en zeer technisch is, is het toch perfect doenbaar voor niet-olympiërs. Opmerkelijk ook: valpartijen zijn er nauwelijks. Zowel skiërs als snowboarders getuigen van een zelden geziene hoffelijkheid. Dit is onversneden skiplezier.