© Wolf Mike

De verrassende ‘surf and ski’-combi in de Zwitserse Alpen

Skiën én surfen: een belachelijke combo of een verrassende vakantietip? Wij kiezen het laatste antwoord. Sabato trok de neopreen handschoenen aan en ging de ijskoude golven testen in een wavepool in de Zwitserse Alpen.

Op de parking staan campers met boards op het dak en hangen wetsuits te drogen over de achteruitkijkspiegels. Binnen draaien planken aan het plafond, loop je langs een surfwinkel of bestel je een post-surfburger in het ‘Twin Fin’-restaurant, met zwevend terras dat uitkijkt over de beste golven van het land. Het ruikt er naar wax en wetsuits. De gesprekken gaan over één onderwerp: surfen en golven analyseren. Het voelt als de surfvriendelijke Landes in Frankrijk, maar de fonduestellen op tafel en de bergen aan de horizon verraden een andere locatie: Zwitserland.

Alaïa Bay, in de Zwitserse stad Sion, is de eerste wavepool op het Europese vasteland die open is voor het grote publiek. Wavepools zijn XXL-zwembaden met artificiële golven en ‘the next huge thing’ in surfland. Ze poppen overal ter wereld op: in Australië, Brazilië, het Verenigd Koninkrijk... Wavegarden, het bedrijf achter Alaïa, heeft momenteel meer dan veertig projecten lopen. Ook in België wordt overigens gewerkt aan een wavepool: die zou in 2023 in Knokke-Heist moeten openen.

Advertentie
Advertentie

Golfmenu

De ‘baai’ van Alaïa in Zwitserland is 8500 vierkante meter groot. Variabelen zoals getij of bodem hebben hier geen effect op de golven: ze rollen altijd mooi af.

Hoe werkt het? ‘Het zwembad is gevuld met zoet water. De vloer is van beton. En in het midden loopt een overdekte tunnel met motoren die energie in het water injecteren en een perfecte golf imiteren’, legt communicatiemanager Vincent Riba uit. Ze komen in sets. Per set rollen er tien uit de machines. Na elke set ligt de pool een minuut stil, kwestie van de surfers een korte adempauze te geven. Tien sets per uur, met andere woorden honderd golven per sessie.

© Wolf Mike

‘Wavegarden heeft een zogenaamd ‘wave menu’ en serveert in alle pools dezelfde golven met ludieke namen zoals Waikiki, Malibu of Beast. Die verwijzen naar een niveau, van zacht en ieniemienie tot steiler en twee meter hoog’, zegt Riba terwijl hij een rondleiding geeft. Ik mag op een touchscreen op play drukken en de machines zetten zich in beweging. Waves by a push on the button, het voelt even artificieel als de slogan.

In een trein naar de piek

Tijd voor actie. Ik kies twee sessies, Malibu en Intermediate. Als je niet kunt kiezen, krijg je op de live webcam van Alaïa Bay een goed idee van de golfhoogte en hoe een sessie exact verloopt. Je deelt het bad met andere surfers en iedereen moet zijn beurt afwachten. Je schuift als het ware in een opgewonden treintje naar de piek. Voorsteken is niet toegestaan en dat schakelt in een wavepool discussies over voorrang of golvendiefstal uit. Als ‘jouw’ golf komt aangerold, krijg je twee kansen om hem te nemen. Golf gemist? Terug naar het begin.

Advertentie
Advertentie
Ook in België wordt gewerkt aan een wavepool: die zou in 2023 in Knokke-Heist moeten openen.

De eerste minuten verdrink je in de zenuwen. Je wilt niet afgaan voor de ogen van je onbekende surfvriendjes in het bad. De aanrollende ‘wave generator’-machines maken ook een dreigend geluid, niet meteen een kalmerend effect. Maar na enkele golven ‘klikt’ het in je hoofd: alsof je het systeem door hebt. Bovendien mist iedereen al eens een golf en dat creëert een ‘we zitten met z’n allen in hetzelfde schuitje’-sfeer. Plots besef je dat dit dé ideale omgeving is om progressie te boeken. Want de golf rolt altijd op exact dezelfde manier. Je begint te focussen op handelingen die je al lang wilt leren, maar waar je in de oceaan vaak de kans niet toe krijgt.

Progressie is een felbegeerd goed in surfen. Vooruitgang komt met de snelheid van een schildpad. Correcter: die van een slak. Je hoort me niet beweren dat je in een wavepool plots vleugels krijgt en na één sessie als een vliegende haai uit het water komt, maar ik probeer al twee jaar mooie bochten te maken tijdens het surfen en hier, in de Zwitserse Alpen of all places, lukte het zomaar.

© Wolf Mike

Niet voor watjes

De wavepool in Zwitserland is dubbel zo duur als collega The Wave in Bristol in het Verenigd Koninkrijk. Ik vraag Riba naar een verklaring. ‘Moet je niet ver zoeken’, zegt hij. ‘Zwitserland is ongelooflijk duur. In alles.’ Ik herinner mij een koffie met croissant voor 16 euro op de luchthaven en vermoed dat hij gelijk heeft.

De waterthermometer haalt 8 °C en dan trek je niet alleen een lijvige wetsuit aan, maar ook laarsjes, handschoenen en een kapje. Heb je kou in het water? Ja en nee. Je gezicht blijft onbeschermd, het eerste contact is niet voor warmbloedige watjes. Maar dat gevoel verandert snel in een tintelende adrenaline, gestuurd door de drive om het élke golf goed te doen. Het winterproof materiaal pakt je lichaam in en tijdens het surfen heb je geen kou. Surfers die hier geregeld komen, zijn lid van de Alpine Surf Club. Mocht ik in de buurt wonen, ik kocht meteen een lidkaart.

Boardimperium

Ik ging de wavepool testen in november en een dag eerder viel de eerste sneeuw. Beetje magisch lig je daar te surfen, omgeven door witte bergtoppen, maar de eerlijkheid gebiedt te vertellen dat achter de wavepool ook een snelweg loopt. De jonge initiatiefnemer Adam Bonvin (26) kreeg namelijk in eerste instantie nergens toestemming om zijn droom te bouwen. Uiteindelijk werd het een locatie naast een avonturenpark vlak bij de Zwitserse stad Sion.

Advertentie

Op een halfuur rijden van de wavepool ligt het Alaïa Chalet, een indrukwekkend skatedomein dat Bonvin in 2019 liet bouwen. Bezoekers kunnen er niet alleen skateboarden, maar ook steppen, mountainbiken, inlineskaten, cheerleaden en trampolinespringen.

Het gebouw is met zijn asymmetrische architectuur zowel binnen als buiten een bezoek waard. In tegenstelling tot wat de naam doet vermoeden, is de stijl verrassend anders dan de houten vakantievilla’s met driehoekige daken die de regio domineren. 

Eerder was er al Alaïa Wake Surf aan het Meer van Genève en deze winter nemen ze onder de naam Alaïa Parks het snowpark van Crans-Montana over. Bij Alaïa kun je vandaag wakesurfen, golfsurfen, snowboarden en skateboarden; van een boardimperium gesproken. Om de grote ambities van het bedrijf in goede banen te leiden, heeft Alaïa overigens een Belgische CEO: Vincent Van Laethem.

Very cosmopolitan

Deze maand volgt nóg een nieuwigheid: de opening van de Alaïa Lodge in Crans-Montana. Dat wordt een skihotel met ‘bunk rooms’, tweepersoonskamers en riante familiekamers, een eerder uitzonderlijke mix in de regio.

Zelf omschrijven ze de stijl van het hotel als ‘Swiss alpine with an urban twist’ en die byline klopt. De lodge is volledig omgeven door een houten skelet, maar het is vooral binnen dat de innovatieve spirit van Adam Bonvin tot leven komt. Crans-Montana is een ouderwets skistation met klassieke hotels en chalets, en plots opent daar een hotel met industriële look. Denk aan matzwarte kranen in de badkamer, een bar-restaurant met gietijzeren hanglampen of houten stapelbedden met usb-aansluitingen. De vibe is very cosmopolitan. ‘Het is de bedoeling dat ook niet-gasten of locals hier iets komen drinken of dineren, zoals in een stadshotel waar de sfeer altijd bruist en borrelt’, zegt Riba. De kabelbaan richting pisteplezier ligt op zes minuten wandelen en dat maakt van de lodge een interessante après-skistop.

Het voelt als de surfvriendelijke Landes in Frankrijk, maar de fonduestelletjes op tafel verraden een andere locatie: Zwitserland.

In de buurt van Alaïa Bay vind je heel wat skistations, zoals Nendaz (10 minuten rijden) of Crans-Montana (25 minuten rijden). Dat laatste station was twee dagen mijn uitvalsbasis. November is een rustige maand in de bergen en ik had het dorp min of meer voor mezelf. De eerste sneeuw was net gevallen, maar nog niet voldoende om de pistes al te testen. Met zijn 140 kilometer afdalingen is het geen klein, maar ook geen XL-station. Het heeft een sneeuwchic kantje: er zijn sterrenresto’s en je kunt etalages kijken bij Chanel & co. Maar evengoed koop je in Crans-Montana al een skipas vanaf 14 euro per dag, volgens een innovatief fluctuerend prijzensysteem.

Het skidomein is zuidgeoriënteerd, de terrassen van alle bergrestaurants glinsteren in de zon. Niet onbelangrijk voor die après-skipint. In hotel Le Crans liet ik mijn vermoeide armspieren opwarmen in het stomende buitenzwembad met uitzicht op een bomenlandschap net gehuld in witte magie. Noem het een après-surfspa.

Advertentie