Dé 20ste-eeuwse architectenwoningen die je ooit eens moet bezoeken? Die kun je afstrepen in het nieuwe boek ‘150 houses you need to see before you die’. Sabato sorteerde de beste adressen waar je ook de nacht kunt doorbrengen.
1. 'Futuro House', Matti Suuronen, Joshua Tree
Dit huis is het enige Futuro House ter wereld waarin je kunt logeren. De Finse architect Matti Suuronen (1933-2013) ontwierp deze modulaire prefabconceptwoning in glasvezel in 1968 oorspronkelijk als skichalet voor de Finse markt. Daarna werd de ufo-woning als vakantieverblijf verkocht via wereldwijde licenties. Van het ‘space age’-architectuurconcept zijn er maar zo’n tachtig overgebleven. Ronald Jackson tikte dit exemplaar op de kop in de noordelijke Amerikaanse staat Wisconsin, restaureerde het en transporteerde het in oktober 2019 naar zijn glampingsite in Joshua Tree, Californië.
Hier verblijven is bijzonder, omdat het Futuro House oorspronkelijk ontworpen was als een mobiele woning. De lichtgewichtconstructie, gecommercialiseerd door het Finse Polykem, was makkelijk dupliceerbaar, op één dag opbouwbaar én verplaatsbaar: transport kon zelfs per helikopter. Door de aanpasbare ‘poten’ kon zo’n Futuro House zelfs blijven staan op een ruwe ondergrond, bijvoorbeeld in de bergen.
In totaal werden zo’n 100 Futuro Houses geproduceerd. Oorspronkelijk was de ufo uitgerust met een basic keuken, badkamer, twee slaapkamers en een zithoek. Maar in dit geval is het interieur één grote zitruimte geworden: sanitair en keuken bevinden zich buiten, op de glampingsite in het rotsachtige woestijnlandschap van Joshua Tree.
Let vooral op de tergend trage manier waarop de buitentrap naar beneden komt: net als in een ruimtefilm. Binnenin is het ronde Futuro House helaas nogal ‘Pinterest-achtig’ ingericht, in een retrostijl met alien-toetsen.
Wist je dat de Futuro Houses nooit echt zijn doorgebroken? Ze kostten indertijd – volledig geassembleerd - 14.000 dollar. Maar dan moest je het vakantiehuis nog op zijn plek zien te krijgen: de transportkosten waren vaak gigantisch. Ook de oliecrisis in de vroege jaren 70 was nefast voor plastic design allerhande, wat het Futuro House helemaal nekte, ondanks de vele reclamecampagnes in, onder meer, Playboy.
Overnachten kost hier 230 euro per nacht. All-in betaal je voor vijf nachten 1500 euro.
2. 'Villa on the rocks', Rudy Ricciotti, Toulon
Dit huis in het Zuid-Franse Bandol – tussen Toulon en Marseille – is van de hand van Rudy Ricciotti. Bekend terrein voor hem, want de beroemde Frans-Algerijnse architect heeft in deze gemeente ook zijn kantoor. Toen hij aan dit privéproject werkte, tussen 2002 en 2006, rees zijn ster enorm.
Sindsdien is hij vooral bekend voor zijn grootschalige openbare gebouwen, vaak met bijzondere details in beton. Denk maar aan het Mucem-museum in Marseille: de stad waar hij ook architectuur studeerde. Maar evengoed aan het Stade Jean Bouin in Parijs, de islamkunstvleugel van het Louvre of de recent opgeleverde Manufacture de la mode Chanel in Aubervilliers. In ons land ontwierp hij de extensie van het museum La Boverie in Luik.
Hier overnachten is bijzonder, omdat het vakantiehuis uit de rots lijkt gehouwen. De woning is opgebouwd uit langgerekte volumes, die in vier overlappende bouwlagen de helling volgen. Sinds de oplevering in 2006 is de woning wereldwijd gepubliceerd in talloze magazines. De opdrachtgevers, Julien Hay en Claire Mendelsohn, een koppel advocaten, verhuren hun ‘Villa on the rocks’ via Airbnb.
Let vooral op het 28 meter lange aquariumzwembad. Vanuit de tv-kamer kijk je onder water naar de zwemmers. Het licht dringt zo doorheen het zwembad de woonvertrekken binnen dat de rimpeling de architectuur doet vibreren. Omdat ook de andere kant van het zwembad beglaasd is, heb je ook een panoramisch uitzicht op de wijngaarden en de heuvels rondom. Na 15 jaar kan de interieurafwerking en het meubilair wel een eigentijdse update gebruiken, maar de architecturale beleving blijft intact.
Wist je dat Rudy Ricciotti een polemisch figuur is? Hoewel hij de ‘Grand prix national de l’architecture’ en de ‘Médaille d’or’ van de Franse Académie d’Architecture kreeg, blijft hij omstreden in de internationale architectuurwereld. In zijn vurige pamfletten, lezingen en interviews schopt hij al eens graag tegen de schenen. Luik noemde hij ‘een afgeschermd kamp tegen de pornografische barbarij van de globalisering’. Een Belg heeft volgens hem ‘een krachtige religieuze seksualiteit. Door zijn gevoel voor humor hoort hij thuis bij de parafysici’.
Overnachten kost hier tussen 1100 en 1450 euro per nacht. Ideaal voor acht volwassenen en vier kinderen.
'Still Bend', Frank Lloyd Wright, Lake Michigan
Dit huis is een van de enige twee privéwoningen van Frank Lloyd Wright (1867-1959) waar je kunt logeren. De ligging alleen al is prachtig: vlak bij Lake Michigan, in een rivierbocht in het stadje Two Rivers, in de noordelijke Amerikaanse staat Wisconsin. Vandaar ook de bijnaam ‘Still Bend’. Bij Sabato-lezers doet dat ongetwijfeld een belletje rinkelen: toen architect Glenn Sestig een woning aan een Leiebocht à la Wright verbouwde, kreeg dat project óók die roepnaam.
Hier verblijven is bijzonder, omdat de voorgeschiedenis zo uniek is. Voor het project ‘Eight houses for modern living’ vroeg het Amerikaanse magazine Life in 1938 aan vooraanstaande architecten om een droomhuis te tekenen voor een welbepaalde middenklassefamilie. Frank Lloyd Wright ontwierp dit ‘Usonian house’ voor de Blackbournes, die 5500 dollar per jaar verdienden. Door omstandigheden konden ze het helaas niet realiseren.
Toen architect Frank Lloyd Wright in 1938 ‘Still Bend’ ontwierp, was hij al wereldberoemd, dankzij ‘Fallingwater’ uit 1935.
Bernard Schwartz, een zakenman uit Wisconsin, zag het in 1939 wél zitten om Wrights ontwerp te bouwen. Wright was blij dat zijn concept eindelijk vorm zou krijgen, maar paste het wel aan de nieuwe omgeving en de nieuwe klant aan.
Hij gebruikte lokaal cipressenhout en baksteen, maakte de leefruimte dubbel zo hoog en ontwierp ook meubilair op maat, dat niet in de pitch van Life zat. Toen Gary en Michael Ditmer het huis in 2003 kochten, restaureerden ze het en stelden het open voor het grote publiek. Je kunt er rondleidingen volgen, overnachten of zelfs je huwelijk vieren.
‘Twee jaar geleden was hier met Kerstmis zelfs een Belgische familie te gast’, aldus Michael Ditmer. ‘Voor de 75ste verjaardag van het huis, in 2014, lieten we ook een lamp maken die Wright voor de woning ontwierp, maar nooit kon realiseren.’
Let vooral op de roodtinten, die terugkomen in de betonvloeren, het schrijnwerk en de baksteen. Ze creëren een aards, geborgen gevoel in de woning: typisch voor Wrights ‘Usonian houses’. Opvallend zijn de grafische patronen in het maatmeubilair en raamschrijnwerk. Volgens Ditmer zijn het motieven die Wright haalde uit zijn collectie textiel van Navajo-indianen.
Wist je dat dit huis een thuismatch was voor Frank Lloyd Wright? Hij groeide op en studeerde in Wisconsin, de staat waar hij zo’n veertig gebouwen realiseerde. In de periode dat hij ‘Still Bend’ ontwierp, zat zijn carrière op een hoogtepunt. Hij kreeg een coverstory in Time en hij had eerder ‘Fallingwater’ opgeleverd voor Edgar Kaufmann. Die warenhuiseigenaar zette ook zijn schouders onder het project van Life. Hij wilde de droomhuizen (en de bijbehorende interieuraccessoires) zelfs in zijn department store in Pittsburgh verkopen.
Overnachten kost hier 475 tot 625 dollar per nacht, afhankelijk van het seizoen. In de vier slaapkamers is er plaats voor maximaal acht gasten.
'Tautes Heum', Bruno Taut, Berlijn
Dit huis is een deel van de Hufeisensiedlung, een hoefijzervormige sociale woonwijk in Berlijn. Die is tussen 1925 en 1930 ontworpen door Bruno Taut (1880-1938) en is inmiddels Unesco-werelderfgoed.
Taut was behalve architect en urbanist met socialistische sympathieën ook theoreticus en auteur. In 1919 publiceerde hij een manifest voor het gebruik van kleur in de architectuur. In totaal realiseerden hij en zijn team tussen 1924 en 1931 zo’n 12.000 woningen. Toen het nazisme in 1933 oprukte in Duitsland, werd hij door het regime als een ‘culturele bolsjewiek’ bestempeld. Hij emigreerde via omwegen naar Japan (tot 1936) en Turkije (tot zijn dood in 1938).
Hier verblijven is bijzonder, omdat achter de kleurrijke façade een compacte, zeer functionele eengezinswoning schuilt, die door de eigenaars Katrin Lesser en Ben Buschfeld volledig met privémiddelen is gerestaureerd.
Let vooral op Tauts gewaagde kleurenschema, dat de woning domineert. De eigenaars decoreerden de spartaanse huurwoning met Bauhaus-geïnspireerde meubelen en kunstobjecten.
Wist je dat Le Corbusier vond dat Bruno Taut kleurenblind was? Die opmerking ontglipte hem toen beide architecten in 1927 een ontwerp indienden voor de bekende Weissenhofsiedlung in Stuttgart. Walter Gropius, Ludwig Mies van der Rohe, Peter Behrens, Mart Stam en Victor Bourgeois ontwierpen allemaal witte rijhuizen en gezinswoningen in een relatief zakelijke stijl.
Taut was de enige die zijn façade rood, geel en blauw schilderde, naar analogie van De Stijl. Zijn huis kreeg niet alleen kritiek van Corbu, het werd ook verwoest tijdens de Tweede Wereldoorlog.
Overnachten kost hier 850 euro per week (van november tot en met maart) en 1080 euro per week (van april tot en met oktober). Maximaal vier personen.
'Grace Miller House', Richard Neutra, Palm Springs
Dit huis is een perfecte symbiose tussen de architect (Richard Neutra) en zijn klant (Grace Lewis Miller). Na de dood van haar man wou zij in Palm Springs een paviljoenwoning bouwen waar ze ook haar holistische gymnastieklessen kon houden. Richard Neutra ontwierp ook een gastenverblijf bij de woning, maar dat werd toen niet gebouwd. Catherine Meyler, die het Grace Miller House in 2000 kocht, realiseerde het in 2007 wel en biedt het op Airbnb aan als compacte huurwoning.
Hier overnachten is bijzonder, omdat het huis in 1937 met een beperkt budget van amper 5000 dollar is opgetrokken. Het was jarenlang verwaarloosd en kostte een veelvoud om het te restaureren. Sinds 2020 staat het huis officieel in het National Register of Historic Places. Het perfecte verblijf dus om een architectuurtrip doorheen Palm Springs te doen.
Let vooral op het open vloerplan, dat heel erg aan Japanse theehuizen doet denken: een rechtstreeks gevolg van Neutra’s studiereis naar Japan in 1930. Dit was de eerste realisatie van Neutra in Palm Springs. Pas tien jaar later bouwde hij er de beroemde vakantiewoning voor Edgar Kaufmann: de retailondernemer uit Pittsburgh voor wie Frank Lloyd Wright in 1935 al ‘Fallingwater’ had gerealiseerd.
Wist je dat eigenares Catherine Meyler griezelig veel op Grace Miller lijkt? ‘Onze achternamen klinken bijna hetzelfde. Toen ik haar huis kocht, was ik ook single en had ik ongeveer haar leeftijd, toen ze Neutra de opdracht gaf. En zowel Grace als ik betaalde het pand met een erfenis’, zegt ze.
Overnachten kost hier tussen 380 en 988 euro per nacht (afhankelijk van het seizoen en de beschikbaarheid). Plaats voor maximaal twee. Boeken kan via Airbnb of via gracemillerhouse.com.