© Diego Franssens

Topgastronomie in een masseria? Chef Kobe Desramaults over zijn huizenjacht

Chef Kobe Desramaults en kunstcurator Evelyn Simons gaan samen voor een nieuw leven op Sicilië. In deze tweede aflevering van ‘Posta dalla Sicilia’ brengen ze een langverwacht bezoek aan hun bakstenen droom.

Chef Kobe Desramaults en kunstcurator Evelyn Simons gaan op zoek naar een plek waar de werelden van kunst en gastronomie samensmelten. En waar kan dat beter dan op Sicilië? Hoe ze hun nieuwe leven invullen, ontdek je in de maandelijkse rubriek ‘Posta dalla Sicilia’.

Maandag, 24 oktober. Evelyn en ik parkeren de auto voor de gesloten poort van het domein in Geraci Siculo, zo’n twintig minuten rijden van Castelbuono en omringd door het prachtige Madonie-gebergte. De eigenaars hebben ons laten weten dat ze een halfuurtje later zullen zijn, wegens file rond Castelbuono. Het is druk in het dorp en dat heeft alles te maken met het ‘funghi’-festival. Elk dorp heeft in deze periode een ‘sagra’, een festival dat in het teken staat van één bepaald lokaal product. In dit geval dus ‘funghi’ of wilde paddenstoelen. Het enige probleem dit jaar is dat er nog helemaal geen wilde paddenstoelen te vinden zijn in de Madonie. ‘Daarvoor moet het eerst regenen en koeler worden’, vertelt Saverio, de plaatselijke slager, die ons in één adem zegt dat hij de drukte in het dorp tijdens het festival zal ontvluchten. Wij doen hetzelfde.

Advertentie
Advertentie

Evelyn en ik zijn ontzettend nieuwsgierig. Al vaak zijn we over deze poort geklommen, maar de binnenkant van de masseria hebben we nog nooit gezien. Eindelijk parkeert een Alfa Romeo zich naast onze auto. Een oude man met een mondmasker loopt, nadat hij ons summier heeft begroet, meteen naar de poort met een oude sigarenkist vol sleutels. Na wat zoeken diept hij de sleutel van de poort op, waarna hij haastig zijn weg naar boven vervolgt, naar de vierkantshoeve van onze dromen.

© Evelyn Simons

Opnieuw gegrabbel in de sigarenkist, deze keer begeleid door binnensmonds gevloek. Tot dan vonden we de man nog amusant, hij had iets weg van een verstrooide professor. Maar nu raast l’architetto, zoals de man wil dat we hem noemen, in een hels tempo van de ene naar de andere ruimte, vloekend en ons aanmanend om voort te maken. Telkens als we dromend de prachtige vertrekken binnenwandelen, horen we meteen een irritant ‘Andiamo!’. Vooruit!

Zijn vrouw, die zich tot nog toe op de achtergrond hield, vertelt ons lief en verontschuldigend dat haar man razende honger heeft. We hadden er ons al bij neergelegd dat dit een blitzbezoek zou worden, maar wilden toch de kans behouden om later die dag in alle rust terug te keren. Dus stellen we het koppel voor samen te gaan lunchen.

Kobe Desramaults op de 1.300 hectare grote Unesco-site, bij de Tempel van Concordia. Al zaten zijn gedachten vooral bij die indrukwekkende ‘masseria’.
Kobe Desramaults op de 1.300 hectare grote Unesco-site, bij de Tempel van Concordia. Al zaten zijn gedachten vooral bij die indrukwekkende ‘masseria’.
© Evelyn Simons

In het restaurant blijkt l’architetto een al even ongemanierde tafelgast als gastheer te zijn. Nadat hij bijna de karaf wijn uit de handen van de dienster graait, schenkt hij alleen voor zichzelf in en ook daarna is hij alleen maar met zichzelf bezig. We hadden wat meer etiquette verwacht van zijne adelheid en doen nog een laatste poging bij zijn vrouw: we vragen of het misschien mogelijk zou zijn om het domein op de terugweg nóg eens te bezoeken. Maar L’architetto haalt zijn neus op als een peuter die een dampend bord broccoli voorgeschoteld krijgt en mompelt: ‘Misschien in november.’ Hij laat ons wel nog weten dat we met een voorstel mogen komen om te investeren in het gebouw en het te huren, maar dat verkopen er niet in zit.

Advertentie
Advertentie

We nemen afscheid. Hij paait Evelyn en vertelt haar dat ze een zeer knappe en sympathieke jongedame is. Wat een miserabele figuur. Gedesillusioneerd keren we terug naar Castelbuono.

© Evelyn Simons

Niet dat we bij de pakken blijven zitten. De volgende dag al hebben we een afspraak met een wijnmaker, die benieuwd is naar een eventueel samenwerkingsvoorstel. We spreken af voor de lunch in de trattoria Corona, what’s in a name? De wijnmaker belt op het laatste moment af, maar wij eten en drinken er goed. De vriendelijke uitbater stelt voor de ‘seppia murato’ te proberen: murato is de Siciliaanse variant van de ‘alla luciana’-bereiding uit Napels. Een saus met olijven, kappers, datterino-tomaten en wijn op basis van nerello mascalesedruiven vormen de basis. Daarin pruttelt de inktvis in zijn geheel – inclusief inkt – gedurende enkele uren. Een ontroerend hoogtepunt van het Siciliaanse terroir. We drinken een zalige zibibbowijn uit Pantelleria die ‘Testa di Ghiaca’ heet, vrij vertaald ‘keikop’. Heel even vergeten we de strijd, om er straks – koppig als altijd – weer in te vliegen.

Aflevering 3 van ‘Posta dalla Sicilia’ volgt op 17 december.

Advertentie