Wie genoeg heeft van nóg eens een skivakantie naar Courchevel of Zermatt kan nu aankloppen bij de Russische miljardair Andrey Yakunin. Zijn privéjacht brengt wintersporters naar Noorse flanken die slechts één of twee keer per winter ski’s over zich heen krijgen. ‘Sommige locals denken dat we bij het verlaten van Saint-Tropez de verkeerde kant zijn uitgevaren.’
Aan boord van de Firebird, ons zeiljacht voor zeven dagen, heeft de chef-kok zopas het vorstelijke ontbijt uitgestald. Perfect gehalveerde passievruchten kijken slagzij naar de hemel, het lijken wel miniatuurtelescoopjes. Tengere plakjes prosciutto en gerookte zalm glimmen in de zachte ochtendzon, die ook de met leder gevoerde schotten en fluwelen banken doet oplichten. Aan het hoofd van de tafel staat Andrey Yakunin, de eigenaar van het zeiljacht die tijdens de trip zijn 44ste verjaardag zal vieren. ‘Het leven in het Hoge Noorden kan hard zijn’, glimlacht hij fijntjes.
Yakunin groeide op in Sint-Petersburg maar woont en werkt intussen in Londen, waar hij eigenaar is van de vermogensbeheerder VIYM. In Tromsø, een bergachtig gebied in het noorden van Noorwegen, wil hij samen met zijn gezin en onder leiding van de Schotse berggids Brian Farquharson gaan klimmen en skiën. Het teakhouten dek van de dertig meter lange Firebird ligt intussen onder een vers laagje sneeuw.
In de versnipperaar
We liggen aangemeerd in Havnnes, in de 19de eeuw een drukke handelspost maar nu vooral een haven van rust met witte huisjes en vissersboten. Een week lang zullen we skiën en zeilen tussen de eilanden in de poolcirkel, op weg naar Jøkelfjord, een zelden bezochte inham die uitmondt aan de voet van een reusachtige gletsjer.
Yakunin, wiens vader als voorzitter van de Russische spoorwegen ooit baas was van een miljoen mensen, ontdekte dit deel van de wereld drie winters geleden. Het was Farquharson die hem had getipt over een paradijs vol fjorden en bergpieken dat alleen per boot bereikbaar is en nog helemaal gevrijwaard is van skipistes. Waarna Yakunin zijn mond wijd open sperde en naar zijn kredietkaart grabbelde.
Omdat hij dit gebied met zijn eigen ogen wilde zien, trok Yakunin samen met Farquharson naar Boreal Yachting, een pionier op het vlak van bootreizen naar het grote ski-avontuur in Noorwegen. Hij raakte er zo van onder de indruk dat, terug thuis, hij zijn plannen voor een luxejacht dat hij wilde laten bouwen bij het Britse Oyster meteen in de versnipperaar stak.
Die boot was immers bedoeld om de mediterrane en Caribische wateren te bevaren, maar niet meer dan dat. Zijn Firebird had een veel betere isolatie nodig, hogere veiligheidsnormen en natuurlijk ook die oranje-grijze kleuren die Natasha, mevrouw Yakunin, vol bewondering op een sjaal van Hermès had gezien.
Stier op een schaatsbaan
Met de juiste ski’s en een eigen boot kan je naar duizenden bergtoppen kijken en zeggen: ‘Die wil ik vandaag beklimmen.’
Natuurlijk hoor je weleens verhalen over skiën in Lyngenfjord, in het uiterste noorden van Noorwegen. Je ziet weleens foto’s van adembenemende afdalingen net naast de zee. Het lijkt dan of die beelden van een andere wereld komen. Maar dan kom je er écht en ontmoet je in een week tijd niet meer dan een paar dozijn andere skiërs, en vooral geen enkele skilift. Dan moet je jezelf in de arm knijpen om te beseffen dat je nog altijd in Europa bent, bovendien dichter bij Brussel dan wanneer je onder de loden zon van Athene ligt.
Het skiën zelf begint weifelend. De wolken zitten dik op elkaar gepakt als we onze laarzen aantrekken, onder de zonwering van de Firebird. Op de dekken achteraan liggen rubberen matten, maar die kunnen niet beletten dat ik me voel als een stier op een schaatsbaan als ik via de gepolijste ladder naar beneden klim, op naar dat gammele ponton van Havnnes. In het dok kleven we klimhuid op onze ski’s en volgen onze Schotse gids voor een stevige wandeling naar Uløytinden, een 1114 meter hoge piek op het eiland Uløya.
Russisch sprookje
Yakunin heeft een kast van een huis in Hampstead en meer dan 400 miljoen dollar in beheer bij VIYM, de Londense vermogensbeheerder die hij in 2006 oprichtte. Maar een jacht hebben, dat is de geldkraan openzetten. Dus wil hij zijn boot in de toekomst ook aan anderen verhuren.
Tijdens deze proefvaart, zonder betalende gasten, maak ik kennis met Igor, Yakunins zoon. Hij studeert geneeskunde in Cambridge en heeft zijn vriendin Anna meegebracht. Ook Svemir en Janko zijn er, vrienden met wie Natasha veel tijd doorbrengt als ze tijdens de zomermaanden in Porto Montenegro zit. Er is immers plaats zat op de Firebird.
Toch ziet dit jacht er niet bepaald uit als een paleis: de suite van de eigenaar en zijn echtgenote hangt vol drogende skipakken en is kleiner dan de hamam die miljardair Roman Abramovich in zijn privéjacht heeft laten bouwen. Dan zijn er nog twee gezellige tweepersoonshutten met een eigen badkamer in het achterste gedeelte, terwijl ik aan de voorkant samenhok met Farquharson, in de buurt van de bemanning.
Aan het hoofd van de crew staat Peter, de zwijgzame Poolse kapitein. Tim en Holly, een jong Brits koppeltje, zijn eerste stuurman en steward, terwijl de Chileense chef Josefina staat te toveren in de kleine keuken.
We brengen veel tijd door op de boot, delen foto’s en lezen boeken. Yakunin van zijn kant poetst liever zijn wijnglazen of herstelt de manchet van zijn oude jasje. Zijn vader, Vladimir, was niet alleen ingenieur, maar ook lid van de KGB. Ooit was hij een van Vladimir Poetins vertrouwelingen, maar in 2015 verliet hij de Russische spoorwegen in moeilijke omstandigheden. Vandaag staat hij aan het hoofd van een denktank in Berlijn.
Hij wilde altijd al dat zijn zoon zijn eigen pad zou bewandelen. Dus gingen Yakunin en Natasha als jong echtpaar naar Schotland om daar alles te leren over gastvrijheid. Yakunin nam het vak helemaal in zich op en investeert vandaag ook in hotels. Maar hij kreeg vooral een voorliefde voor regionale lekkernijen: de Firebird, vernoemd naar het Russische sprookje ‘De Vuurvogel’, is zonder twijfel het enige luxejacht ter wereld met een koelkast die vol Schotse Irn-Bru-frisdrank zit.
Natuurlijk hebben de Yakunins zich ook vergrepen aan conventioneel skiën. Ooit brachten ze het Russische Nieuwjaar door in Courchevel. ‘Andrey zat zich er zo stierlijk te vervelen dat hij bijna depressief werd’, vertelt Natasha. Dus trok het koppel almaar vaker offpiste, en nam Farquharson in dienst toen ze in Zermatt waren. En toen kwam Noorwegen. ‘Mijn vriendinnen gaan vandaag nog altijd naar Courchevel. En als ik foto’s van hier op Facebook zet, zeggen ze: “Waarom doe je dat in ‘s hemelsnaam, zo vier uur lang bergop stappen?’”
Het antwoord op die vraag is eenvoudig. Het genot hier is dat je iedere bocht op de ski’s moet verdienen. De sneeuw is hier immers ongerept. De Noorse bergen veroveren moeiteloos iedere ziel, maar dan schreeuwt Farquharson dat we de klim moeten stopzetten omdat het weer zal omslaan. Tijd om terug te keren naar Havnnes. Maar er is troost: Josefina heeft alweer iets hemels bereid, nu met garnalen die ze deze namiddag op een vissersboot heeft gekocht.’
Duizenden bergtoppen
Havnnes is een van de drukkere haltes voor bootskiërs, maar vandaag spotten we in het dorp slechts een handvol zielen. De Firebird trekt natuurlijk de aandacht van mensen die zich afvragen wat dat nu weer is: ‘Zijn jullie bij het verlaten van Saint-Tropez misschien de verkeerde kant uitgevaren?’ Gelukkig zijn er ook bewonderende blikken.
De andere jachten en kleine, omgebouwde veerboten zijn veel rauwer. Meer hands-on voor skiërs die graag zelf mee zeilen of koken. Farquharson, die 57 jaar jong is, zegt dat Lyngenfjord tien jaar geleden plots werd overrompeld door bezoekers. Tromsø, die prachtige stad en toegangspoort vanuit het noorden, ligt immers op korte afstand van de luchthaven van Oslo. Maar zie, vandaag is het er weer rustiger omdat Alta, dat ook een luchthaven heeft, uitgroeide tot een tweede basis in het oosten. En Jøkelfjord is nóg rustiger.
Voor we oostwaarts trekken, proberen we de Storgalten (1291 meter) te beklimmen vanuit het dok waar we de tweede nacht hebben doorgebracht, naast een fabriek waar garnaal wordt verwerkt. De hemel is schuchter gaan uitklaren en terwijl we klimmen, dringt het tot me door dat je deze contreien inderdaad beter met de boot bezoekt. Het lijkt immers alsof dit deel van de wereld helemaal is overstroomd. Valleien die anders uren zouden vergen om door te reizen, zijn nu als snelwegen. ‘Met de juiste ski’s en een eigen boot kan je naar duizenden bergtoppen kijken en zeggen: “Die wil ik vandaag beklimmen”’, zegt Farquharson.
Dolfijnen
Maar het wisselvallige weer kan hier spelbreker zijn. Ook onze bestorming van de Storgalten eindigt met plan B: omleiding naar een lagere bergschouder in het westen. Maar zelfs van daaruit is de afdaling een van de meest begeesterende die ik in jaren meemaakte, ploegend doorheen een sneeuwlaag van wel 30 centimeter.
In de namiddag hijsen we even de zeilen voor de trip naar Jøkelfjord, waar we keurig op tijd het anker kunnen uitgooien om te dineren. Terwijl de Firebird gaat wiegen op het ritme van de ijzige wind, verschijnen drie dolfijnen voor de boeg, en springen speels over het inktzwarte water. Dan valt er nog meer sneeuw en halen we de zeilen naar beneden - straks bevriezen ze nog tot planken.
De volgende ochtend strooit de zon haar bescheiden warmte over het nagenoeg stille water van Jøkelfjord. De gletsjer hangt dreigend over een verticale rots, daar waar de fjord eindigt. Bergen steken hun toppen in alle richtingen omhoog, uitbundig. Geen andere boot te bespeuren, hier.
Met een zodiac varen we naar het land. Tegen de oever ligt een waar mosseltapijt, en Anna, die niet mee gaat skiën, vult er een emmer van voor het avondeten, terwijl de anderen hun donsjas aantrekken om te gaan klimmen.
Want klimmen doen we, drie dagen lang, in het Koppartind-massief dat boven de oostelijke oever van de Jøkelfjord uitstijgt tot op 930 meter. Tijdens de klim kijken we neer op de almaar kleinere contouren van de Firebird, maar onze blik glijdt natuurlijk ook over de valleien die daar in de verte verdwijnen. We skiën tussen berkenbomen door naar beneden langs flanken die maar één of twee keer per winter ski’s over zich heen krijgen.
Champagne en noorderlicht
Tijd om de verjaardag van Yakunin te vieren: champagne en taart voor het hele gezelschap, waarna iemand voorstelt om te gaan zwemmen. Kapitein Peter laat het hydraulische achterdek zakken en we springen in het ijskoude water. Tegen dat we eruit komen, heeft Peter al een warme douche geïnstalleerd.
Igor en Anna blazen een tweepersoonskajak op en gaan peddelen terwijl de zon zich achter de bergpiek gaat verstoppen. ‘s Nachts wekt Peter het hele gezelschap: we moeten naar het dek om het noorderlicht te bewonderen.
Tijdens het avondeten - mosselen als entree, rendier als hoofdgerecht - zit Yakunin peinzend voor zich uit te staren. De man is charmant, maar ook moeilijk te peilen. Praten doet hij vaak in aforismen: ‘domheid is de duurste luxe ter wereld’ of ‘het bedrijf dat zichzelf runt, stuurt zichzelf in de afgrond’.
Ik vraag hem of het zakelijk bekeken wel een verstandige beslissing was, zomaar een paar miljoen euro’s te investeren in een jacht dat hem naar Arctische oorden voert. ‘Soms denk ik dat het de meest idiote beslissing is die ik ooit heb genomen’, zegt hij terwijl er koffie wordt geserveerd. ‘Maar dan zijn er dagen zoals vandaag, wanneer alles perfect in elkaar klikt.’
Het Firebird-jacht is, inclusief bemanning, te huur vanaf 45.000 euro per week voor maximaal zeven gasten. Info over het skigebied: visit-lyngenfjord.com