© Shutterstock

Met de trein naar de tropen | Etappe 4: van Erzurum naar Tbilisi

Sabato-journalist Sofie Neven geniet van de ultieme luxe: reizen zonder naar de klok te kijken, met de trein van Brussel naar Bali. In deze vierde aflevering trekt ze van Erzurum naar Tbilisi.

Trein gemist?

Advertentie

Reeks: ‘Met de trein naar de tropen’

In achttien uur vlieg je van Zaventem naar Bali. Maar wat als tijd geen rol speelt - de ultieme luxe - en de reis zelf het avontuur wordt? Vanuit de trein, bus of boot zie je landschappen en culturen langzaam verschuiven. Onderweg kun je schaatsen in Wenen, citytrippen in Istanbul of skiën in Kazachstan. Sofie Neven neemt je wekelijks mee op haar reis over land, van Brussel naar Bali.

Etappe 4: van Erzurum naar Tbilisi

Route: van Erzurum, Turkije, naar Tbilisi, Georgië

Erzurum-Hopa: maandag 0.30 uur – maandag 7 uur, 240 km, Obilet
Hopa-Sarp: maandag 7.15 uur – maandag 8 uur, 18 km, minibus
Sarpi-Batumi: maandag 9 uur (lokale tijd) – maandag 10 uur, 20 km, minibus
Batumi-Tbilisi: maandag 17 uur – maandag 22.17 uur, 380 km, Georgian Railway

Advertentie
Advertentie

‘s Avonds laat, ergens tussen denderende treinwielen en vermoeide reizigers, boeken we onze tickets richting Tbilisi. Een rechte lijn wordt het allerminst – eerder een hindernissenparcours. En eerlijk? Ik voel de spanning kriebelen.

Horde één: de nachtbus die we willen nemen bij aankomst in Erzurum heeft alleen nog zitjes voor mannen, want mannen en vrouwen mogen niet naast elkaar zitten. We boeken daarom een hotel in Erzurum, wat een geluk bij een ongeluk blijkt te zijn. Op nog geen 10 kilometer van de stad ligt Palandöken, hét skiwalhalla van Turkije. Vanuit Istanbul vliegen skiërs hierheen voor een weekendje op de langste pistes van het land.

Blauwe, rode, zwarte pistes

Palandöken
Palandöken
© Shutterstock

’s Ochtends huren we ons materieel en een uur later staan we, met een brede glimlach, boven aan de pistes. Blauw, rood, zwart – we pakken ze allemaal mee. De Turkse après-ski is een belevenis op zich: mensen genieten van hun thee in de zon en de deejay krijgt met een net iets te luide boenk-boenk het terras aan het dansen. Na het skiën wandelen we anderhalf uur terug naar ons hotel, de zon doet deugd.

Advertentie

Voldaan maken we ons ‘s avonds klaar voor horde twee. In het hotel vullen ze onze kopjes gul met thee – een warme troost voor wat komt. Bij -13 °C trotseren we de nacht en wandelen naar de bus die ons naar het officiële busstation, een uur buiten de stad, zal brengen. Boven ons hangt een ijzige dreiging: meterslange ijspegels wiegen aan de dakranden. En het ijs op de voetpaden verraadt dat ze weleens naar beneden zouden kunnen vallen.

Zwerfhonden in de verte

Sofie op haar snowboard.
Sofie op haar snowboard.
© Sofie Neven
Advertentie
Advertentie

Opgelucht nestelen we ons in een verwarmde wachtruimte, weg van de vrieskou, tot de nachtbus naar Hopa vertrekt – de laatste stop op 45 minuten rijden van de Georgische grens. We zijn vermoeid en doden de tijd met onlinequizzen over de landen die we al bezocht hebben. Om half één ‘s nachts mogen we eindelijk instappen. Maar slapen? Vergeet het. De bus stopt voortdurend, en bij elke halte sluipt een wolk sigarettenrook naar binnen. Het is zo’n nacht waar je elk uur ziet passeren.

Op de trappen bij de middendeur kookt de steward ‘s ochtends water. Met een dampende vod poetst hij ijverig de ramen en de lege zitjes van uitgestapte reizigers. Nog nooit zag ik iemand met zoveel toewijding de binnenkant van een bus schoonmaken. Het voelt als een scène uit ‘Perfect Days’ van Wim Wenders.

Een marshrutka.
Een marshrutka.
© Shutterstock

Bij het uitstappen hoor ik alleen maar ‘taxi, taxi’, maar ik wil een marshrutka, een minibus richting Sarp, de grens. Lang ronddolen is geen optie - ik zie zwerfhonden in de verte en dit is niet het moment om mijn hondenangst te overwinnen. We wuiven naar alles wat op een minibus lijkt en worden opgepikt door iemand die belooft naar Sarp te rijden. Vijf minuten later stopt hij alweer. ‘Sarp?’, vraagt een man, terwijl hij naar zijn eigen minibus wijst. Dit is ‘m!

Advertentie

De weg naar de grens is een lappendeken van putten en scheuren, maar op de achtergrond schittert de Zwarte Zee, ingeklemd tussen ruige bergen. In de minibus voelt het alsof ik iets illegaals zal doen in plaats van gewoon een grens oversteken. De grenspost oogt als een  verlaten luchthaven: kapotte roltrappen, muren vol vocht, alarmen die ergens in de verte loeien. Door de gangen vol verbleekte reclameposters schuifel ik vooruit, tot eindelijk dat moment komt – de paspoortcontrole.

Majestueuze Kaukasus

Over de grens wacht horde drie: de marshrutka naar Batumi, een stad die de chaos van Athene combineert met de charme van de Zwarte Zeekust. We zigzaggen per fiets door het verkeer, maar vinden rust op de eindeloze promenade, omzoomd door moderne woontorens, sculpturen en diverse pogingen om elke smaak te behagen. Maar alles verdwijnt op de achtergrond wanneer ik mijn blik op de horizon richt: de eindeloze zee, het majestueuze Kaukasusgebergte. Batumi stond niet op onze planning, maar de zon en de honderden dolfijnen die urenlang voor onze neus uit het water springen, maken er opnieuw een onvergetelijk moment van.

Sofie's zicht op de horizon.
Sofie's zicht op de horizon.
© Sofie Neven

Opgeladen beginnen we aan horde vier: een vijf uur durende treinrit naar Tbilisi. De trein is modern en perfect qua temperatuur, maar de ramen zijn beplakt met bubbelfolie. Terwijl de duisternis langzaam het landschap opslokt, ontsnappen de indrukwekkende bergen en rivieren aan onze aandacht.

Ik ben rusteloos, de trein is uitverkocht en ik heb nauwelijks bewegingsruimte. Ik hoor de muziek door de oortjes van de vrouw tegenover mij. De vrouw schuin tegenover mij lijkt dan weer moeiteloos vijf uur aan zich te laten verstrijken zonder boek of telefoon. Ik bewonder haar geduld.

We besteden de tijd aan het plannen van de rest van de reis. Na Georgië wordt het spannend: hoe komen we in Kazachstan? De veiligste route is via Azerbeidzjan, maar sinds corona is de grens oversteken via land niet langer mogelijk – de enige optie is het vliegtuig. Ik ontdekte dat er uitzonderingen werden gemaakt voor de deelnemers aan de COP 29, de Klimaatconferentie van Bakoe eind vorig jaar. Ook ik waagde toen mijn kans, maar een reactie kwam er nooit. Na wat rondvragen op fora blijkt dat anderen hetzelfde lot delen. Uiteindelijk besluiten we een vlucht naar Baku te boeken en van daaruit per boot de Kaspische Zee over te steken naar Kazachstan.

Advertentie