Jan Scheidtweiler aan tafel bij Toit in Eigenbrakel: eten op het dak van een showroom.
Rechts zien we een weide met paarden en de heuvels rond Eigenbrakel. In de verte bevindt zich het Hallerbos. Links: het fabrieksdak van ramen- en deurenfabrikant Boulemberg. Het bijzondere uitzicht vanuit de kubus op de tweede verdieping van een industriegebouw is een van de troeven van het toepasselijk genoemde restaurant Toit. De familie Boulemberg heeft het goede idee gehad om, boven op hun showroom en een coworkingkantoor, een rooftoprestaurant te openen. De inrichting ervan lieten ze over aan Antoine Pinto, de ontwerper die we kennen van theatrale restaurants als La Quincaillerie en Belga Queen in Brussel.
Bij Toit heeft Pinto het sober gehouden, al heeft hij in een wand wel hout uit het fabrieksatelier gerecupereerd en staan er grote kruidenbakken tussen de tafels. De ontwerper lijkt er zich van bewust te zijn dat het uitzicht hier het grootste dramatische effect creëert. Om er ten volle van te genieten, heeft Pinto de wanden van de kubus helemaal uit glas opgetrokken. In de andere eetzaal, naast de open keuken, is het uitzicht minder spectaculair.
De familie Boulemberg blijkt fan van de keuken uit Sardinië. Dus staat er ‘pane carasau’, dat platte brood, op tafel, naast goede Sardische olijfolie. Het eiland duikt ook op in enkele gerechten op de kaart: bij gebakken langoustine komt fregolapasta (24 euro), over linguine wordt bottarga - gezouten viskuit - geraspt (26 euro). Een kreeftensalade voor 36 euro is stevig geprijsd, maar gelukkig is er wel een interessante tweegangenlunch voor 24 euro.
Niet alleen het uitzicht is hier majestueus, ook de keuken is de moeite waard.
Grof gesneden tartaar van tonijn vormt de basis van een speelse versie van de klassieke vitello tonnato (19 euro). Onderaan ligt een goede kalfsjus, bovenaan geven ansjovis en rode ui wat pit aan de eerder neutrale tonijn.
Een majestueus hoofdgerecht toont dat niet alleen het uitzicht, maar ook de keuken hier de moeite waard is. Een royale portie krokant gebakken zwezerik is in goed gezelschap van stukken blauwe kreeft, paimpolbonen en gekonfijte tomaat (36 euro). Diezelfde kalfsjus, opgewerkt met bisque en fijne groentebrunoise, geeft diepte. Het dessert, een sablékoekje met vijg en aardbei, pleziert dan weer door zijn ambachtelijke uitvoering – en de quenelle roodfruitsorbet ernaast.
Rooftoprestaurants waar je ook lekker kunt eten, zijn zeldzaam, maar Toit behoort tot dat clubje.