Nele Verhaeren | ‘Zodra ik mijn ogen open, raast er een adrenalineshot door mijn lijf’

Nele Verhaeren, managing director van Art Brussels/Antwerp, over het leven op het puntje van haar stoel: siësta’s, in de taxi met Brad Pitt, en Donald Trump als entertainment.

Wat is de stoel van je leven?

‘Deze fauteuil van Geoffrey Harcourt voor Artifort. De ideale zetel om een powernap van vijftien minuten in te doen. Dat is mijn guilty pleasure, vooral in het weekend. Misschien heb ik wel mediterraan bloed. Alhoewel, ik kan niet goed stilzitten, stilliggen of stilstaan. Ik ben onrustig van aard, al zou ik willen dat het niet zo was. Ik ga joggen om stoom af te blazen. Dat is eerder uit mentale behoefte dan uit bezorgdheid om mijn fysiek.’

Advertentie

Waarvan viel je recent van je stoel?

Nele Verhaeren

  • Managing director.
  • Kunstbeurzen Art Brussels en Art Antwerp, en vastgoedbeurs Realty.

‘Zodra je de nieuwsapps opent, word je onwel. Had iemand ons eind 2019 gewaarschuwd dat we de volgende jaren met maskers zouden rondlopen, dat reizen geen evidentie meer zou zijn, dat er een avondklok zou komen, dat energie een luxeproduct zou worden, dat er een oorlog in Oost-Europa zou uitbreken, dan hadden we dat zeker weggelachen. Het doet me denken aan ‘Don’t Look Up’, waarbij filmmaker Adam McKay ons een spiegel voorhoudt: ongeloof en stupiditeit als reactie op feiten is geen fictie. Wat ik onvoorstelbaar en zelfs beangstigend vind, is de aanhoudende populariteit van Donald Trump. Zelfs nu bewezen is dat hij vrouwonvriendelijk, haatdragend én een leugenaar is. Wie houdt nu van zo’n opruier? Toch wordt hij nog altijd bewonderd door miljoenen Amerikanen. Het lijkt wel alsof sommigen ‘bored’ zijn en ‘entertainment’ zoeken in de politiek. Zonder te beseffen wat dat kan betekenen voor de volgende generaties.’

Advertentie
©Alexander D'Hiet

Voor wie houd je een stoel vrij tijdens je droomdiner?

‘Lang tafelen is minder mijn ding. Maar ik vind het wel bijzonder aangenaam om te praten als ik onderweg ben. Vaak is het gemakkelijker om een openhartig gesprek te hebben als je iemand niet in de ogen moet kijken. Ik merk dat bijvoorbeeld als ik met mijn elfjarige zoon onderweg ben: die autogesprekken met hem gaan toch net iets dieper. Dus de vraag is bij mij eerder: ‘Voor wie zou je een autostoel vrijhouden?’ En dan zijn mijn droompassagiers filosoof Yuval Noah Harari voor zijn perspectief op de mensheid, Barack Obama voor zijn intelligentie en humor, wijlen kunstenares Louise Bourgeois voor haar levensverhaal en prachtige, omvangrijke en poëtische oeuvre. En Brad Pitt, omdat hij van kunst houdt, goed acteert en er lang niet mis uitziet.’

Wie verdient een leerstoel?

‘Mijn moeder, Barbara Wyckmans. No offence, maar een leerstoel in opvoeden zal het niet worden. Tenzij ‘snel zelfstandig groot worden met een minimum aan begeleiding’ een nieuwe strekking wordt in de pedagogie. Ik vind dat zij absoluut een leerstoel verdient in ‘duurzaam kwalitatief kunstbeleid’. Ze is bijzonder gedreven om kwaliteit steevast op de voorgrond te brengen, de mens centraal te stellen en haar visie kracht bij te zetten bij politici die de vingers aan de knoppen hebben als het op subsidies aankomt. Ze verdiende haar strepen in het kindertheater als beleidsmaker. Ik ben opgegroeid in het milieu van de po­diumkunsten. Elk weekend gedurende heel mijn lagere school en lagere middelbaar ging ik naar het theater, de opera of naar kleinkunst. Het leven voor en na de voorstellingen en achter de coulissen was mijn speelterrein. Ik heb al vroeg geleerd dat niets vanzelf gaat en dat hard werken en passie kunnen samengaan. Als tiener droomde ik ervan om actrice te worden. Maar ik koos kunstwetenschappen en gaandeweg werd mijn passie voor podiumkunsten ingeruild voor beeldende kunsten.’

Bio van een stoel

Nele Verhaeren kocht deze sixtiesfauteuil op een designmarkt. ‘Door zijn licht schuine rugleuning voelt hij als een geborgen cocon, waarin je even tot rust kunt komen’, zegt ze.

Jaren later ontdekte ze dat hij van Geoffrey Harcourt (1935) is, een Engelse designer die bekend werd dankzij zijn zitmeubelen die hij vanaf de jaren 60 voor Artifort tekende.

‘Eerst de mens, dan de stoel’, is de filosofie van Harcourt. De stoel moet zich naar de mens richten en niet andersom, vindt hij. Een warm pleidooi voor design op mensenmaat, geen conceptueel design waar ergonomie en gebruiksgemak ondergeschikt zijn.

Advertentie

Op wiens stoel zou je graag zitten voor één dag?

‘Ik zou graag voor een dag minister van Cultuur zijn met een overkoepelende federale bevoegdheid. Het zou mooi zijn om taalgrensoverschrijdende verbindingen te leggen en het denken in gemeenschappen te overstijgen. Kunst doet dit per definitie. Het lijkt me zinvol om talent uit diverse regio’s en instituten sterk te ondersteunen. Ik zou ook extra middelen inzetten voor de ‘leveranciers’ van cultuur, verwondering en beleving. Onze stresserende samenleving kan er alleen maar wel bij varen.’

Wat houdt je op het puntje van je stoel?

‘Het lijkt wel alsof ik voortdurend op het puntje van mijn stoel zit. Zodra ik ’s ochtends mijn ogen open, raast er een adrenalineshot door mijn lijf. Dat heeft te maken met de vele uitdagingen van mijn job, maar ook met onze wereld zoals die nu is. Het post-covidtijdperk heeft alles in een nog grotere stroomversnelling gebracht. Vijf vergaderingen per dag, maar veel minder fysiek op kantoor, en alles veel meer last minute, waardoor je vaak onmiddellijk, efficiënt, maar ook doordacht moet beslissen. En voor dat laatste ontbreekt nu net de tijd en ruimte voor nuancering.’

Advertentie
Advertentie