Interieurarchitecte Catleen le Hardy | ‘Je leeft hier in symbiose met de natuur’

Marc Corbiaus eerste realisatie was deze brutalistische parel in Waals-Brabant. Interieurarchitect Catleen le Hardy en haar man verzachtten het brute interieur met natuurlijke materialen.

Eigenlijk waren interieurarchitect Catleen le Hardy en haar man Nicolas Billen helemaal niet op zoek naar een nieuw huis. Maar toen ze bij een vastgoedmakelaar dronebeelden zagen van deze brutalistische woning, ingegraven in een Waals-Brabantse heuvel, waren ze toch geprikkeld om te gaan kijken. ‘We bezochten het huis op een zaterdagmiddag’, vertelt le Hardy. ‘Hoewel het oorspronkelijk gebouwd was voor kunstverzamelaars, kochten wij het van een antiquair, die de woning gebruikte als stock. Dus je had wat verbeelding nodig. Maar na vijftien minuten keken we naar elkaar. En we wisten hoe laat het was. Op maandag tekenden we het compromis. Het avontuur kon beginnen.’

Bij de verkoop van het huis hoorde een lichtprojectie van Michel Verjux en twee werken van Felice Varini: de mosterdgele lijnen, die vanuit één standpunt een vierkant vormen.
Bij de verkoop van het huis hoorde een lichtprojectie van Michel Verjux en twee werken van Felice Varini: de mosterdgele lijnen, die vanuit één standpunt een vierkant vormen.
©Mr. Frank
Advertentie
Advertentie

Diners met kunstenaars

Le Hardy en Billen wisten maar al te goed dat ze een uniek stukje Belgische architectuurgeschiedenis kochten: de woning uit 1969-1972 is de allereerste realisatie van de Brusselse architect Marc Corbiau (79). Hij was pas afgestudeerd aan Sint-Lucas toen hij dit huis – dat duidelijk knipoogt naar architect Le Corbusier – ontwierp. In het boek ‘Marc Corbiau – Architecte’ (2000) beschrijft Pierre Loze de voorgeschiedenis. ‘De ontmoeting met de opdrachtgevers was toeval. Beiden zijn verzamelaars, die de kunstwereld kennen. Amerikaans minimalisme is hun niet vreemd, conceptuele kunst is hun passie. Ze houden ook van hedendaagse muziek en organiseren graag concerten voor hun Brusselse vrienden. In dit huis is het dagelijks leven én de manier van ontvangen anders dan anders. Dit is een huis, ontworpen voor diners met kunstenaars.’

Het keukenblok in travertijn benadert qua structuur het zichtbeton. 
Het keukenblok in travertijn benadert qua structuur het zichtbeton. 
©Mr. Frank

Die diners moeten hun vruchten hebben afgeworpen, want op oude foto’s van het interieur herken je kunstwerken van Niele Toroni, Daniel Buren, Michel Verjux en Felice Varini: toen avant-gardekunstenaars, nu gevestigde namen. In de jaren 1970 kwamen al die kunstenaars er over de vloer om werken in situ te realiseren. Bij de verkoop van het huis hoorde een lichtprojectie van Verjux en twee werken van Varini. Onder meer de mosterdgele lijnen, die vanuit één welbepaald standpunt een perfect vierkant vormen.

De uitzonderlijke woning zou de carrière van Corbiau lanceren, want er kwamen best veel kunstminnende mensen over de vloer die later klant werden van de jonge architect. Architectuur en kunst zijn al sinds zijn debuut nauw verweven bij Corbiau. Daarom noemt hij zichzelf ook graag ‘een architect van muren’: in privéwoningen voorziet hij graag veel wanden om kunst op te hangen.

Hoewel ze het huis stripten om alle technieken en vloeren te vernieuwen, is er aan de originele volumes, vensteropeningen of circulatie bijna niks veranderd.
Hoewel ze het huis stripten om alle technieken en vloeren te vernieuwen, is er aan de originele volumes, vensteropeningen of circulatie bijna niks veranderd.
©Mr. Frank

Wilde tuin

Vanaf de straatkant zie je helemaal niets van deze brutalistische parel. Op het langwerpige terrein zit het huis helemaal achteraan ingegraven, in de helling. Met zijn scherpe hoeken en sterke diagonalen doorsnijdt het huis van 210 m² – bescheiden naar Corbiaus normen – de glooiende tuin. De architect ontwierp de woning compleet in ter plaatse gestort beton. Op het eerste gezicht een zonevreemd materiaal in die bosrijke omgeving. Maar door de nerfprint van de houten bekisting is er toch een referentie aan de natuur.

Advertentie
Advertentie

Die natuur had goed haar werk gedaan toen le Hardy en haar man het huis kochten: het was overwoekerd door klimop. De planten helemaal weghalen was sowieso geen optie. Uit respect voor Marc Corbiau, die indertijd een wilde tuin ontwierp met klimop, varens en hoge grassen. In de winter, als de omringende bomen kaal zijn, valt de zon prachtig binnen. In de zomer is er natuurlijke zonwering door het groen rondom. In symbiose leven met de natuur misten le Hardy en Billen, toen ze in Brussel woonden. ‘We zijn allebei op het platteland opgegroeid. We vinden het leuk dat we onze kinderen die luxe nu ook kunnen geven. Ze spelen continu in de bossen. Hoe meer ze buiten zijn, hoe liever’, vertelt le Hardy.

Marc Corbiau ontwierp bij de woning ook een wilde tuin met klimop, varens en hoge grassen.
Marc Corbiau ontwierp bij de woning ook een wilde tuin met klimop, varens en hoge grassen.
©Mr. Frank

Work in progress

Als interieurarchitecte was de woning van Corbiau renoveren voor le Hardy een bijzondere uitdaging. ‘Ik wilde de architectuur echt eerbiedigen, maar ook wel wat verzachten en er een hedendaagse toets aan geven. Elk element dat we toevoegden, moest kloppen. Zo heb ik ook lang zitten zwoegen op die brute tafel in Italiaanse natuursteen.’

Hoewel ze het huis helemaal stripten om alle technieken en vloeren te vernieuwen, is er aan de originele volumes, de vensteropeningen of de circulatie niks veranderd. Zelfs de kinderkamers zijn even klein gebleven zoals Corbiau ze indertijd had ontworpen. ‘Het enige wat wél veranderde, was de doorgang naar de keuken, die vroeger een aparte ruimte was’, zegt le Hardy. ‘Het interieur zelf is nog steeds een work in progress. Maar omdat we geen zolder of kelder hebben, moeten we dubbel zo goed nadenken welke stukken we in huis halen. Je moet hier wel een beetje minimalistisch leven.’

Voor je aan de woning komt, passeer je de garage, waar Catleen le Hardy haar keramiekatelier onderbracht. ‘Ik had nood aan contact met de materie.’
Voor je aan de woning komt, passeer je de garage, waar Catleen le Hardy haar keramiekatelier onderbracht. ‘Ik had nood aan contact met de materie.’
©Mr. Frank
Advertentie