© Jan Verlinde

Een optimistisch interieur voor moeilijke tijden

Een optimistisch interieur voor moeilijke tijden: dat was de opdracht van interieurarchitect Jean-Philippe Demeyer bij Gerald Deweer en Marie Verstraete. ‘Dit huis is puur escapisme.’

‘Fearless Living’: dat boek van Jean-Philippe Demeyer overtuigde Gerald Deweer en Marie Verstraete om hun strakke nieuwbouwwoning door de Brugse interieur­architect te laten ombouwen. Ironisch genoeg zag op het moment dat de werken van start gingen, het leven van het koppel er heel wat minder ‘fearless’ uit. Op een morgen vonden ze hun baby Ghislain verstijfd in bed, kreunend van de pijn. In allerijl werd het kind overgebracht naar het UZ in Gent, waar kanker werd vastgesteld.

‘Je kunt dan twee dingen doen: ofwel zitten treuren, ofwel zo optimistisch mogelijk blijven. We kozen voor het laatste. Want wat wij voelen, voelt Ghislain ook’, zegt Gerald Deweer, bestuurder van Deweer Gallery Estate in Otegem. ‘Een dokter belde me met goeie raad: ‘Laat zeker niet alles vallen; probeer je leven zo normaal mogelijk voort te zetten.’ Dus bleven we werken, sporten en vrienden uitnodigen, ter ontspanning. Eerst voelde die verbouwing als het laatste van onze zorgen. Maar eigenlijk kwam dat project op het goeie moment. Het was een uitlaatklep. Jean-Philippes ingrepen bruisen van positiviteit. Het is puur escapisme.’

Advertentie
Advertentie
Overal in het huis zijn plekken gecreëerd waar je kunt zitten, telkens met een eigen sfeer. 
Overal in het huis zijn plekken gecreëerd waar je kunt zitten, telkens met een eigen sfeer. 
© Jan Verlinde

Excentriek benefiet

De precieze diagnose van Ghislain was neuroblastoom, een zeer zeldzame kinderziekte, waarvan er jaarlijks in België nog geen twintig gevallen zijn. ‘Net daarom is geen enkele farmagigant geïnteresseerd om geld in onderzoek ernaar te pompen. Het Antikankerfonds liet ons wel weten dat er een Europees onderzoek zou worden opgestart, als ze 500.000 euro kunnen inzamelen. We willen daar een stuk aan bijdragen, vandaar dat we een benefiet organiseren. Ook My Cancer Navigator willen we steunen. Dat is een tool waarop je kunt zien welke dokter of welk ziekenhuis gespecia­liseerd is in een welbepaalde kanker. Dankzij Marc Coucke kwamen we hen op het spoor.’

‘Het huis is voor Ghislain een droomwereld. Het interieur speelt enorm in op de verwondering van kinderen.’
Gerald Deweer

‘The Art of Fearless Living’ is geen klassieke benefietveiling, maar een verkooptentoonstelling met 361 werken uit de collectie van de voormalige galerie in Otegem. Op de benedenverdieping – waar Tanguy en Bieke Van Quickenborne de voorbije jaren hun collectiepresentaties hielden – is de industriële hal omgebouwd tot een kleurrijke Romeinse villa. Een ingeving van Jean-Philippe Demeyer, die ook de ‘accrochage’ deed. ‘Naar namen heb ik niet gekeken, want ik ken er niks van. Ik hing de werken op alsof ze allemaal evenveel waard zijn’, zegt hij. ‘Sommige werken hangen knal tegen elkaar. En sommige hangen zelfs aan de gordijnen. Geen enkele curator zou het zo aanpakken’, grinnikt Deweer. ‘Maar dat maakt het juist zo fris.’

Elke zithoek kreeg een eigen sfeer mee met als rode draad: kleur en eclectische motieven.
Elke zithoek kreeg een eigen sfeer mee met als rode draad: kleur en eclectische motieven.
© Jan Verlinde

Ferrarigeel

Ook Deweers woning kreeg een kuur van frisheid: van een klinisch witte villa maakte Demeyer een vrolijk pretpark vol verrassingen. De doodse patio in witte crepi werd een mediterrane binnentuin met Siciliaanse tegels en fontein, geïnspireerd op die van de Fondation Maeght in Saint-Paul-de-Vence. ‘We zijn zeer blij dat Jean-Philippe ons kleur bijbracht. Dat zwart-witte gedoe waren we echt beu. De hal is de enige ruimte die nog ingericht is als museale plek om sculpturen op te stellen.’

Advertentie
Advertentie
Het geblokte zwembad is geïnspireerd op een finishvlag van een autorace en de Matisse-achtige gele bank maakt de bewoners instant vrolijk.
Het geblokte zwembad is geïnspireerd op een finishvlag van een autorace en de Matisse-achtige gele bank maakt de bewoners instant vrolijk.
© Jan Verlinde

Vanuit die hal kom je via een serregroene binnendeur in een kronkelend steegje terecht. Dat slingert ‘als een gele draak’ naar het voormalige schijnwerkersatelier achter het huis. Die gesloten ruimte toverde Demeyer om tot een openluchtzwembad. Deweer: ‘We haalden het dak eraf. Eén industriële spant bleef staan, als herinnering. Er hangt nu een mobile aan, die de Italiaanse kunstenaar Luca Monterastelli speciaal voor hier maakte.’

‘In ons gezin houden we allemaal van auto’s. Dat heeft Jean-Philippe goed onthouden. Het geblokte zwembad is geïnspireerd op een finishvlag uit een autorace. En de houten schubben – gevonden in Oostenrijk – zijn in Ferrarigeel geschilderd. Het zalige aan dit huis is dat Jean-Philippe overal plekken creëerde waar je kunt gaan zitten’, zegt Deweer. ‘Elk hoekje heeft een eigen sfeer. In de poolbar komen we bijvoorbeeld graag een digestief drinken na een diner met vrienden. En in de Chinese salon amuseert Ghislain zich met al die spiegels. Dat huis is voor hem een droomwereld. Het interieur speelt enorm in op de verwondering van kinderen. En bij Jean-Philippe is die kinderlijke fantasie ook nog intact, net als bij Panamarenko.’

Kankervrij

We drinken samen koffie met Gerald Deweer en Jean-Philippe Demeyer in die Chinese salon. Het is de plek waar je de ongeremde creativiteit én historische bagage van Demeyer het best voelt. De gesculpteerde zuilen zijn randje kitsch. Maar in combinatie met de spiegels en het klassieke trellis-ruitmotief krijgt de ruimte iets van een hedendaagse tuinfolly: een traditie waar Demeyer graag mee freewheelt. ‘Jean-Philippe leerde ons anders te leven in ons huis. Die Matisse-achtige gele bank aan het zwembad maakt me instant vrolijk. Ik voel me met vakantie in Italië.’

‘We zijn zeer blij dat Jean-Philippe Demeyer ons kleur bijbracht. Dat zwart-witte gedoe waren we echt beu.’
Gerald Deweer

Ook voor de zieke Ghislain was de renovatie iets om naar uit te kijken, ook al moest hij vaak naar het UZ Gent. ‘Hij is gek op bouwkranen. Dus maakten we filmpjes van de werken op de werf. Daar kon hij dan urenlang naar kijken in het ziekenhuis. Ook de kinderen van Stephan Balkenhol, een Duitse kunstenaar met wie de galerie samenwerkte, maakten bijna elke dag filmpjes voor hem. Marie richtte zijn ziekenhuiskamer in en zette er zelfs een tentje op, zodat hij een speelhuisje had. De artsen waren daar niet altijd even gelukkig mee, omdat zijn kamer steriel moest blijven tijdens de immunotherapie. Maar een ziekenhuisomgeving is zo deprimerend dat we die kamer een beetje wilden opvrolijken. Het heeft trouwens gewerkt: Ghislain bleef optimistisch en vrolijk. Hoe erg zijn ziekte ook was, hij doorstond dat parcours al lachend. Zelfs toen hij zijn haar verloor na de chemo. Hij is de positiefste persoon die ik ken.’

In de Chinese salon zijn de gesculpteerde zuilen randje kitsch. Maar in combinatie met het klassieke trellismotief krijgt de ruimte iets van een hedendaagse tuinfolly.
In de Chinese salon zijn de gesculpteerde zuilen randje kitsch. Maar in combinatie met het klassieke trellismotief krijgt de ruimte iets van een hedendaagse tuinfolly.
© Jan Verlinde

Champagne en ijscrème

Toch kan Deweer nog niet helemaal ‘fearless’ door het leven. ‘Pas over vier jaar zullen we weten of Ghislain officieel kankervrij is. Dat zou een enorme opluchting zijn voor ons allemaal. Toen de kankerdiagnose kwam, was Ghislains zus bang dat ze haar broertje zou verliezen. Want ze had haar opa al verloren.’

Geralds vader, Mark Deweer (die de galerie in 1979 onder impuls van de Belgische kunstpaus Jan Hoet oprichtte) overleed in 2016 aan longkanker. ‘Ik herinner me nog de blauwe rookwolken in onze woonkamer, toen er feesten waren met kunstenaars en Jan Hoet. Hij heeft zijn ziekte bijna helemaal alleen gedragen, om mama en de kinderen niet te belasten. Dat moet lastig zijn geweest. Hij bleef positief en een bon vivant tot de laatste snik. Toen hij stervende was, vroeg hij nog een ijscrème en champagne, ook al kon hij niet meer slikken. We moesten de champagne met een sponsje op zijn lippen deppen. Zijn uitvaart in de galerie moest en zou een feest worden, met zijn beste wijn en catering van zijn lievelingsrestaurant. Papa leefde graag en gulzig, maar helaas te kort. De levensgenieter in mij heb ik van hem.’

Elke zithoek kreeg een eigen sfeer mee met als rode draad: kleur en eclectische motieven.
Elke zithoek kreeg een eigen sfeer mee met als rode draad: kleur en eclectische motieven.
© Jan Verlinde
Advertentie