Exotische bloemen waarvan de fleur al na enkele dagen is vergaan, erg ecologisch is het niet. Gelukkig bestaat er een duurzaam én trendy alternatief: droogbloemen.
‘Zelfs in kledingwinkels en koffiebars kan je nog moeilijk naast alle droogbloemen kijken’, zegt Mayken Craenen van de bloemenzaak Wilder. De comeback van de droogbloem heeft alles te maken met duurzaamheid, ofte de nieuwe bloemenschaamte. ‘Het valt simpelweg nog moeilijk te verantwoorden om bloemen uit Afrika te importeren om ze een week in de woonkamer te zetten’, aldus Craenen.
Ook esthetisch lijkt de tijd rijp voor overrijpe bloemen. ‘Kleuren met een ietwat verouderd karakter doen het goed vandaag’, zegt Chris DeMeo in het magazine The New Yorker. Hij is al ruim twintig jaar bloemist bij de Dutch Flower Line in New York. ‘Vooral oudroze, mosterd, bruin en donkergroen zijn alomtegenwoordig. In de verse bloemen zitten er niet zo heel veel exemplaren in dat palet. Met droogbloemen zit de kleur juist en ook die vintage vibe past in heel wat interieurs van vandaag.’
De droogbloemen mogen dan meesurfen op de nieuwe ecobewustwording, de snelheid waarmee de trend zich heeft verspreid, is opvallend. ‘Tien jaar geleden kwam een nieuwe trend pas echt van de grond wanneer die in een toonaangevend magazine werd gepubliceerd’, aldus DeMeo. ‘Vandaag ontploft een trend als die aanleiding geeft tot mooie plaatjes op Instagram.’
En dat doen droogbloemen natuurlijk. Kijk maar eens naar de hashtag #driedflowers, die bijna een miljoen berichten telt. Of volg het werk van bloemstyliste Loes van Look op haar account @wildflowers_and_wodka. Ook @pampaspeople is een aanrader, vooral dan voor de liefhebbers van zogenaamd pampasgras, een gedoodverfde favoriet in elk droogboeket.
Al heeft Paulien Verhaest van Blommm zo haar eigen, ietwat originelere favorieten: de ‘catananche caerulea major’ of blauwe strobloem, een klein blauwpaars bloemetje dat na het drogen een prachtig zilverkleurig knoopje vormt, en de ‘gomphrena globosa’ of kogelamarant, een soort die ze omschrijft als ‘knisperende kleine kleurbommetjes’.
Duurzaamheid
Verhaest richtte in 2017 de bloemenzaak Blommm op en focuste meteen op lokale en biologische productie. ‘Verse bloemen vind je in België op het veld tussen maart en oktober. In eerste instantie maakten we tijdens de wintermaanden thee van de bloemen en kruiden die niet verkocht raakten. Al mogen we dat eigenlijk geen thee noemen, want theebladeren zaten er niet bij. Sinds kort hebben we zelfs een versie met kruiden en bloemen die op het Lam Gods voorkomen.’
Geleidelijk aan begon Verhaest de onverkochte bloemen te drogen en te verkopen. Op de ouderwetse manier. Ophangen en drogen, zodat ze niet kunnen beschimmelen. En daarna wachten. Een paar weken gemiddeld. ‘Vandaag is de vraag echter te groot. Vandaar dat om in het najaar mooie droogbloemen te kunnen aanbieden, er tijdens de zomer specifiek gezaaid moet worden.’
Mayken Craenen richtte pas een halfjaar geleden samen met Marijke Boesmans Wilder op. In de lente- en zomermaanden verkopen ze verse bloemen, in de herfst en winter droogbloemen. En sinds kort heeft ook het Nederlandse Bloomon het gedroogde licht gezien. Bloomon heeft zelfs een speciaal houten plateau voor droogbloemen bedacht: het Flowergram.
Het Nederlandse bedrijf promoot droogbloemen vooral als een ideaal cadeau, aangezien ze langer standhouden dan de traditionele bloemengeschenken. ‘Populaire stelen om te gebruiken zijn bijvoorbeeld rozen, gipskruid of cortaderia, een sierlijke pluim’, zegt Bloomon-styledirector Anton van Duijn. ‘Gedroogde grassen, granen en bloemen hebben de klassieke en romantische uitstraling waar je eindeloos mooie designs mee kan maken.’
Comeback
Droogbloemen mogen dan de hype van het moment zijn, het procedé bestaat al duizenden jaren. De echte pioniers waren de oude Egyptenaren, die hun doden vaak minutieus samengestelde boeketjes droogbloemen meegaven naar het hiernamaals.
Later, in het victoriaanse tijdperk, werden er in het Verenigd Koninkrijk echte kunstwerken gefabriceerd met gedroogde bloemen. Van daaruit werd stilaan ook Europa overtuigd van het werken met droogbloemen. Met als belangrijkste bonus de langere houdbaarheid. Want vergankelijkheid is en blijft het grootste struikelblok voor verse bloemen.
Maar de jongste decennia belandden droogbloemen helemaal in het verdomhoekje. Bloemisten raakten jarenlang hun gedroogde ruikers niet kwijt aan de straatstenen. Op de paar gedroogde rozen na, die in een perfect biedermeiertje onder een stolp prijkten bij grootmoeder-lief.
Lokale droogbloemen
Maar zoals dat vaak gaat met hypes heeft ook deze op het eerste gezicht duurzame trend een keerzijde. ‘Door de immense populariteit wordt het tegenwoordig moeilijk om nog lokale droogbloemen te vinden’, aldus Verhaest, die met Blommm van lokale import haar handelsmerk maakte.
‘Ik merk dat er her en der droogbloemen geïmporteerd worden uit het verre buitenland. Het jammere is dat je dat als consument vaak niet kan checken. Bij alle etenswaren in de supermarkt staat vermeld waar ze vandaan komen, waarom moet dat dan niet bij bloemen?’
Bovendien wordt het natuurlijke aura rond droogbloemen ook tenietgedaan wanneer die bloemen op een chemische manier gekleurd worden. Zowel Blommm als Wilder vermijdt het om met zulke gekleurde bloemen te werken. Geen fluoroze pluimen dus voor hen. Wel een groot exemplaar op hun hoed wegens hun strijd voor een ecologisch verantwoorde bloemenhandel.