Piet Hein Eek was al meubelontwerper, timmerman, restauranthouder, architect, projectontwikkelaar en galeriehouder. Nu opent hij in Eindhoven ook nog eens een hotel.
‘Hoeveel gaat zo’n kamer kosten?’
‘Zeg jij maar. Hoeveel zou je ervoor over hebben?’
Piet Hein Eek is zijn democratische zelve als hij ons rondleidt op de werf die over een maand een hotel moet zijn. Eek is ook zijn optimistische zelve. ‘Hier komt de lobby met bar en ontbijtruimte en daar komen openslaande deuren naar het dakterras met tweepersoonssauna, hottub, ijsdouche en heel veel planten. Over twee weken is dat af.’
Wij zien vooral stapels bouwmateriaal, een dikke betonnen muur en een plat dak met roofing. Piet Hein Eek (53) is dan ook meer een doener dan een (doem)denker. ‘Ik heb de neiging om problemen actief aan te pakken en de wereld om me heen naar mijn hand te zetten.’
Volgende week zou eigenlijk de Dutch Design Week plaatsvinden – zeg maar het Salone del Mobile van het noorden. Maar door verstrengde coronamaatregelen in Nederland wordt dat een virtueel festival. Piet Hein Eek maakt in zijn showroom wél een presentatie van al zijn nieuwe producten. En de hotelkamers zullen te bekijken zijn. In november opent het hotel voor gasten.
'Gasten kunnen hier nu dag en nacht blijven en bovendien mijn producten niet alleen bekijken, maar ook beleven'Piet Hein Eek
‘150 euro?’, suggereren we na even nadenken. ‘Exact. Dat is precies de prijs die ik ga vragen. Het is voor veel mensen een acceptabel bedrag als je een bijzonder hotel boekt. De afgelopen maanden stelde ik dezelfde vraag aan ontzettend veel mensen. Velen opperden 300 euro voor de unieke beleving en de grote kamers van 30 vierkante meter. Maar ik heb altijd zo toegankelijk mogelijk willen zijn.’
Eek is uit democratisch hout gesneden. Bijna letterlijk. Sinds hij in 1990 afstudeerde met een kast van sloophout werd zijn naam synoniem met dat nederige materiaal. ‘Die materiaalkeus was vooral pragmatisch, want het was gratis. Ideaal voor een student.’
Designhotel
Natuurlijk richt Eek alle dertien kamers zelf in. Daarvoor putte hij uit zijn ervaring met interieurprojecten en uit zijn eigen meubelarchief. Wat hij niet had, ontwierp hij: van deurkruk tot spoelknop van de wc. Van lavabo tot hal-lamp. Hij maakte – samen met verfproducent Lacq – ook een verfcollectie op basis van alle kleuren die hij de afgelopen dertig jaar gebruikte in zijn meubels en interieurs. Al die nieuwe producten neemt hij op in zijn collectie.
‘Een goed hotel is vooral een plek waar je je welkom voelt. Daarom heb ik zo’n hekel aan designhotels.’Piet Hein Eek
‘Zelf heb ik een haat-liefdeverhouding met reizen. Op hotel slapen is vaak een noodzakelijk kwaad. Een goed hotel brengt je naar een andere wereld. Maar het is vooral een warme plek waar je je welkom voelt. Daarom heb ik zo’n hekel aan designhotels’, zegt Eek, die zijn lobby inrichtte als een knusse huiskamer.
Het hotel huist op de tweede en derde verdieping van zijn hoofdkwartier in een oude Philips-fabriek in Eindhoven. De kamers zijn dus industrieel qua look, met metershoge betonnen plafonds en stalen ramen, ingericht met Piet Hein Eek, antiek en vintage. Er hangen gouden of roze gordijnen in velours en de plinten en wasbakken maakte hij van inox, koper en messing. In elke kamer is er een interventie van een kunstenaar, zoals een enorme pop van boomstammen, gemaakt door Tom Claassen.
Philips-fabriek
Eek opent zijn hotel in volle coronacrisis. De lockdown mag dan achter ons liggen, hotels beleven moeilijke tijden. Dat schrikt de Nederlandse ontwerper niet af. Zijn vorige kwantumsprong maakte hij óók in volle crisis: in de kredietpaniek van 2008.
Toen kocht hij een oude keramiekfabriek waar Philips onderdelen voor radio’s en televisies produceerde. In ruil voor 5,5 miljoen euro kreeg hij 11.000 vierkante meter en een pak zorgen. Eerst had de bank die de lening toezegde, het geld niet in kas.
Daarna moest hij het vervallen fiftiesgebouw met een minibudget zien om te vormen naar zijn droom: één plek waar hij zijn meubels ontwerpt, produceert en verkoopt. Middenin maakte hij een groot, volledig transparant atelier waar dik dertig man werkt. Behalve een houtwerkplaats vind je er ook een staalwerkplaats, keramiekatelier, spuiterij, kartonnage- en printatelier en stoffeerderij.
‘Ik heb dit altijd gewild. Dat het zo groot zou worden, had ik natuurlijk nooit gedacht. Maar als student wilde ik al een eigen bedrijf beginnen. Daarom maakte ik voor mijn eindexamen ook een verkoopbaar product.’ Echt gemakkelijk is het niet geweest. ‘Ik gebruik graag het beeld van de puppy die een vette kluif te pakken krijgt. Het bot is zo groot dat het over de grond sleept. Dus hoop je dat hij groeit, zodat hij vrij kan rondlopen met zijn kluif. Die puppy, dat ben ik sinds ik de Philips-fabriek kocht. Maar zo’n klein hondje met een grote kluif is wel blij.’
Totaalervaring
'De lange rit naar Eindhoven van internationale klanten moet de moeite waard zijn'Piet Hein Eek
Sinds Piet Hein Eek in oktober 2010 verhuisde naar de Philips-fabriek vervelde hij van productontwerper tot bedenker van totaalervaringen. Zijn ‘winkel’ is een bestemming geworden. Naast zijn immense showroom (die uitkijkt op de werkplaats) is er een conceptstore waar hij antiek, kleding, boeken en zelfs schuurborstels verkoopt. Hij opende een kunstgalerie en een eventruimte waar hij
zijn eigen unieke kunstwerken tentoonstelt - de Wonderkamer - én een restaurant.
‘We hebben veel internationale klanten, dus wilde ik hun genoeg bieden. Hun lange rit naar Eindhoven moet de moeite waard zijn. Een hotel was dus een logische volgende stap. Gasten kunnen hier nu dag en nacht blijven en bovendien mijn producten niet alleen bekijken, maar ook beleven’, meent Eek. ‘Merken als Prada hebben ook een restaurant, een architecturaal hoofdkwartier en een museum. Maar zij maken daar geen jurkjes. Bij mij komt alles voort uit de productie.’
Maar Eek kijkt verder dan zijn eigen pand groot is. Naast zijn talrijke interieurprojecten voor privéwoningen, restaurants en winkels waagt hij zich ook aan architectuur. Die aanvragen liepen binnen sinds de verbouwing van de Philips-fabriek. Dus richtte hij een eigen architectenbureau op, samen met de jonge architecte Iggie Dekkers: Eek en Dekkers. Hij ontpopte zich ook als projectontwikkelaar. Op dezelfde site kocht hij twee industriële panden waarin hij gezinswoningen maakte en pootte er enkele nieuwbouwhuizen neer.
Van designer tot ondernemer
Tijdens ons gesprek kriebelt hij af en toe iets op een post-it. Je ziet van alles door zijn hoofd schieten. Behalve het hotel is hij druk bezig met zijn nieuwe projecten af
te werken en met de boel draaiende te houden. Want achter de nonchalante non-conformistische ontwerper schuilt een ondernemer die de cijfers kent. Per 1 januari verhoogde hij de prijzen van al zijn producten met 3 procent, omdat de marges onder druk stonden.
En recent haalde hij de teugels aan bij zijn productiepersoneel. ‘De productiviteit was te laag, waardoor er spanning op de lonen kwam’, aldus Eek. ‘Twee weken geleden luidde ik de noodklok met een nieuw regime waarin veel vrijheden sneuvelden, zoals pauzes buiten het bedrijf. Tegen mijn verwachting in is iedereen positief. Blijkbaar waren ze de lamlendigheid zelf ook beu.’
Efficiëntie staat duidelijk wel in zijn woordenboek. Uitbesteden niet. ‘Ik denk en werk altijd vanuit het geheel. We komen uit een tijd dat specialisatie de heilige graal was. De generalist is bijna uitgemoord. Gelukkig is hij – volgens mij althans – aan een revival bezig.’
Toen Eek in 1993 zijn eigen bedrijf oprichtte, deed hij dat samen met Nob Ruijgrok, die zich ontfermde over de productie. Eek verzorgde het creatieve luik én de businesskant. Vijf jaar geleden stapte zijn zakenpartner eruit. ‘Het bedrijf was te groot geworden.’ Eek heeft 90 mensen op de payroll, van wie dik 50 fulltime, en een jaaromzet van ‘plusminus 5 miljoen euro’.
Zelf komt Eek uit een lerarengeslacht: zijn ouders, grootouders en zus staan voor de klas. Zijn oudste dochter Lieve is fotografe. Zijn tweelingdochters Geertje en Roos hebben samen het juwelenmerk Tweek Eek, dat ook in de winkel verkocht wordt.
Artist-in-residence
Eek ontvangt ons in zijn bureau. Het is wat de een een stal zou noemen en de ander een creatieve chaos. Er slingeren papieren rond, een koffiethermos en kleurpotloden. Naast een muur vol prentjes staat een ouderwetse ordnercarrousel. Een laptop is nergens te bespeuren. Hij tekent alles met de hand aan een versleten kringwinkelbureau dat hij al jaren heeft. ‘Ik ontwerp als een timmerman. Aan het idee zelf verlies ik zo min mogelijk tijd. Ik stap zo snel mogelijk over naar de uitvoering en het uiteindelijke product.’
‘Ik heb de afgelopen maanden zelf veel in het atelier gewerkt. Heel leuk, maar ik hield er twee zere schouders aan over.'Piet Hein Eek
Aan de zaagmachine staat hij zelf nog amper. Mist hij dat handenwerk niet? ‘Toevallig heb ik de afgelopen maanden veel in het atelier gewerkt. We zijn bezig om een artist-in-residence te maken in de oude transformatorruimtes in het gebouw. Het wordt piepklein: 45 vierkante meter, verdeeld over drie verdiepingen. Sinds mijn scheiding woon ik er zelf. Alleen: het is nog niet af en de mannen van de productie waren te druk bezig om het verder af te werken. Dus dacht ik: dan doe ik het gewoon zelf. Heel leuk, maar ik hield er twee zere schouders aan over. Een ouwelullenkwaal’, grinnikt hij.
Coronaproof
Naast het ‘kleinste huisje’, zoals Eek het zelf noemt, heeft hij nog een ander project op de site. ‘De galerie zal ik onderbrengen in het oude treinperron hier voor de deur. Het wordt een volledige glazen kubus, zodat je de expo dag en nacht kunt bekijken. Het liefst zou ik dat project meteen na het hotel willen aanpakken, maar ik moet nu even rustig aan doen.’
Gelukkig lopen de zaken goed. Het is algemeen geweten dat de interieurmarkt profiteert van de pandemie. Maar Piet Hein Eek is dubbel coronaproof. ‘Omdat we lokaal produceren. Er groeit maatschappelijk bewustzijn rond de vraag waar onze spullen vandaan komen. Dat voelen we echt. We kregen een paar grote bestellingen, onder meer uit Duitsland en Azië.’ Zodra reizen weer mogelijk wordt, zullen zijn fans vast bereid zijn om 150 euro neer te tellen voor een nachtje Piet Hein Eek.
Piet Hein Eek, Halvemaanstraat 30 in Eindhoven, hotelpietheineek.nl. Tijdens de virtuele Dutch Design Week, die nog loop tot 25 oktober, kun je de hotelkamers bezoeken, info@pietheineek.nl, tel. +31/40.285.66.10.