Vergeet het obligate kookboek onder de kerstboom. Tegenwoordig verwelkomen tal van topchefs ons rechtstreeks in hun keuken via Instagram Live, intiemer en interactiever dan ooit tevoren.
‘Wat moet er nu met dat mosterdzaad gebeuren?’
‘Geen idee, hij is al aan de andijvie bezig.’
Hoezo andijvie? Moest dat geen witloof zijn dan?’
‘Ja lap, we kunnen dat niet op pauze zetten hé!’
Ternauwernood red ik het pruttelende mosterdzaad van de ondergang, terwijl mijn knuffelcontact in allerijl een krop andijvie tracht te snijden. Op het schermpje voor ons verhakt chef Seppe Nobels intussen met razendsnelle precisie een bussel peterselie, waarna de camera alweer richting het volgende ingrediënt hopt.
Zo ritmisch en efficiënt als het er in zijn keuken aan toe gaat, zo rommelig en chaotisch is het in de onze - in de tijd dat de leermeester een sabayon klaar heeft, hebben wij nog niet eens de juiste steelpan gevonden. Zo moet het dus voelen om te werken in de brigade van een toprestaurant.
Ter verduidelijking: bovenstaande keukenperikelen deden zich voor bij het bereiden van de afhaalbox van het Antwerpse restaurant Graanmarkt 13, voor de verandering eens geen kant-en-klare opwarmmaaltijd. Wel een heuse stoomcursus voor thuiskoks via Instagram Live, bedacht én begeleid door de chef himself.
‘Het doel was vooral om ons te onderscheiden van de rest. Tijdens de eerst lockdown hadden alleen de grote restaurants een foodbox. Nu lanceerde elk Antwerps eetcafé er wel een’, vertelt Nobels wanneer hij ons persoonlijk een tas vol kwaliteitsingrediënten overhandigt. ‘Net als in de open keuken in het restaurant, laat ik de gasten dus binnen in mijn kookbubbel. Zo wil ik weer wat interactie.’
Pottenkijken bij Bottura
Met die intentie is de jonge kok niet alleen. Net zoals ze massaal hun heil zochten in takeaway, connecteren tal van topchefs tegenwoordig met hun publiek via kookvideo’s op sociale media. Minder nuttig bij het compenseren van het inkomstenverlies, maar des te doeltreffender tegen de langdurige verveling.
Behalve de usual suspects – denk aan Jamie Oliver of Gordon Ramsay – vonden ook minder mediageile topchefs dit jaar hun weg naar de wondere wereld van het videokoken.
Andersom snakten wij, thuiszitters, meer dan ooit naar al wat de ‘wat eten we vanavond’-vraag weer even kan stillen. Zo vertoonde Google Trends begin december al dubbel zoveel kookgerelateerde zoekopdrachten als tijdens het kerstseizoen vorig jaar. YouTube rapporteerde dit jaar dan weer 45 procent meer views voor kookvideo’s, alsook een exponentiële stijging van het aantal ‘food tubers’ in de aanbieding.
Daarbij zitten uiteraard de usual suspects, zij die al wel langer met schort en pollepel de camera weten te bespelen. Jamie Oliver bijvoorbeeld, die zich naar aanleiding van zijn covidprogramma ‘Keep cooking and carry on’ stortte op YouTube-tutorials. Of Gordon Ramsay, die zijn discipelen wekelijks entertaint met livevideo’s waarin hij op tien minuten een bord comfortfood op tafel tovert.
Maar net zo goed vonden eerder traditionele (en minder mediageile) topchefs hun weg naar de wondere wereld van het videokoken. Pionier is zonder twijfel Massimo Bottura, wiens driesterrenrestaurant Osteria Francescana zowel in 2016 als 2018 de titel van ‘World’s Best Restaurant’ binnenrijfde. Met daarbij nog restaurants in Firenze en Dubai is Bottura er niet de man naar om doelloos thuis te zitten, waartoe hij tijdens de ultrastrenge quarantaine in Noord-Italië plots wel werd verplicht.
Daarop begon zijn dochter hem dan maar te filmen tijdens het in elkaar flansen van hun gezinsmaaltijden, typische ‘a la nonna’-klassiekers die hij vaak in geen jaren nog had gemaakt. Wat begon als een impulsief tijdverdrijf, mondde uit in ‘Kitchen Quarantine’, een dagelijkse livestream op Instagram.
In een mum van tijd schopte de sympathieke Italiaanse familie het tot internetsensatie. Op het hoogtepunt keken maar liefst anderhalf miljoen mensen binnen de Bottura’s. Hun huis-tuin-en-keukenfilmpjes wonnen zelfs een ‘special achievement prize’ op de Webby Awards, ofte de Oscars van het internet. ‘Het voelt erg bijzonder om ondanks de eenzaamheid toch in verbinding te treden met mensen overal ter wereld’, zo sprak de pater familias bij ontvangst van de prijs. ‘Ik ben dankbaar dat we zo toch wat verlichting konden brengen.'
Lees ook | Massimo Bottura opent een B&B
Koken met Marcolini en Colagreco
Met opnieuw een maandenlange sluiting in het verschiet werd Bottura’s voorbeeld ook in de tweede golf gretig gevolgd. Of je nu brood wil leren bakken, borden dresseren, je gehaktbrood perfectioneren of oesters gratineren, voor elke stiel bestaat er intussen wel een wekelijkse videodate met een vakman. Van de Amerikaanse kookboekenauteur Ina Garten tot de Italiaanse sterrenchef Simone Zanoni. Van de lichtjes gestoorde bakkersvrouw Christina Tosi tot de uiterst professionele patisserie van Bread Ahead. Zelfs de fastfoodketens Wagamama en Nando’s lieten hun chefs opdraven voor een rist livestreams rond hun bestsellers.
Ook bij ons gaat Instagram Live stilaan de concurrentie aan met klassieke kookboeken en kookprogramma’s, zij het dan vooral in Franstalig België. Zo wist de Brusselse Charlotte Collard, ex-model en tv-host bij Guide Michelin, klasbakken als Mauro Colagreco (vorig jaar titelhouder van ’s werelds beste restaurant, Mirazur in Menton), Pierre Marcolini en Yves Mattagne te strikken voor haar cook-along ‘Une Cha et un Chef’.
Lees ook | Aan tafel bij Mauro Colagreco
Het concept: een gastchef leert zowel Collard als haar 77.000 volgers een van zijn signatuurgerechten. De ingrediëntenlijst wordt enkele dagen op voorhand gedeeld, waardoor kijkers gelijktijdig kunnen meekoken. ‘Ik wilde mijn publiek vooral geruststellen dat thuis iets lekkers klaarmaken helemaal niet moeilijk hoeft te zijn’, aldus Collard, die ook via Snapchat kooksessies organiseert. ‘Doordat volgers hun vragen kunnen stellen via de chat, maken we de sterrengerechten net heel toegankelijk.’
Een soortgelijk format zagen we terug bij Brussels’ Kitchen, bezield door foodie Chloé Roose. Net als op het platform komen haar gasten niet uit de grote gastronomie, maar van hippe hotspots uit de hoofdstad. Die wakkeren het restaurantgevoel bij momenten zo overtuigend aan dat je de verse shakshuka bijna kunt ruiken – tot de haperende beeldkwaliteit weer roet in het eten strooit.
Tomatentherapie
Precies die technische mankementjes en spontane ongelukjes maken de livekoks tegelijk zo bijzonder: even persoonlijk hebben we een reguliere tv-chef nooit ontmoet. Zo vertelt driesterrenchef Mauro Colagreco honderduit over de kieskeurige eetgewoontes van zijn zoon, waarna hij ons een blik gunt op de azuurblauwe oceaan vanuit zijn keuken – dit lijkt wel een Zoomcall met een oude vriend.
Pierre Marcolini is dan weer zichtbaar blij met het zeldzame sociaal contact, terwijl hij ons rood van de opwinding (of door dat lege glas wijn in de linkerhoek?) zijn verse hazelnootpasta showt. Waarop hij het net als wij niet kan laten om met zijn vingers de blender uit te likken. En over Yves Mattagne ontdekken we dat hij absoluut niet van truffelolie houdt, altijd televisiekijkt in de keuken en dat er ook weleens wat gehaktslierten plenzen op zijn kraakwitte hemd.
In deze ploetertijden werkt het bijna therapeutisch: ook ongenaakbare kookgoden modderen maar wat aan.
Anders dan in afgelikte studio’s of gestileerde boeken baden de culinaire posterboys plots in de menselijke imperfectie. Sommigen zijn wat slordig, anderen lichtjes gestresseerd, maarsteeds is er geen enkele censuur op hun flauwe grapjes of geklungel.
Zelfs grootmeester Bottura beseft pas na enkele minuten dat er per abuis een mosselschelp in zijn risottorijst is gevallen, of heeft geregeld wat tomatenspatjes in zijn baard hangen. ‘Als mijn onhandigheid mij niet stoort, waarom zou jij er dan om geven?’, zo lacht hij ontwapenend in de lens. In deze ploetertijden werkt het bijna therapeutisch: ook ongenaakbare kookgoden modderen maar wat aan. En laat dat het onderonsje nu net zo gezellig maken.
Lees ook | De favoriete adressen van Marcolini
Beproefd succesrecept
Kumbaya-gevoel of niet, de praktische invulling van het videokoken blijkt wel nog een ander paar mouwen. Mijn laptop blijkt toch iets minder tegen karamel bestand dan een bepoteld kookboek. En het synchroon kijken en koken doet zelfs de geoefende multitasker smeken om een derde oog en twee paar armen.
Zo smeert Seppe Nobels in enkele vliegensvlugge penseelstreken zijn pastinaak in met mosterd, zich onbewust van hoe lang dergelijk geprul bij de dummy kan duren. Bij het hoofdgerecht opteren we dan maar voor een aangepaste strategie: beurtelings houden mijn kookbuddy en ik de wacht bij het scherm, de ander als een commandant de instructies toeschreeuwend. En ja, dat kan best tellen als relatietest.
Tussen de sabayonspetters door leren we echter veel meer dan het bereiden van één goed gerecht. Zo doceert Nobels ons trucjes om het gasvuur juist te bedienen, boter te smelten tot die net bruin genoeg is of de bedrading van het vlees te lezen voor een optimale snijtechniek. Sommige enthousiastelingen kopen al weken trouw zijn foodbox, die de chef zelf Huysentruyt-gewijs in de markt zet als een lessenreeks.
Voorlopig gaat Nobels nog wel een tijdje door met zijn nieuw succesrecept, al blijft de vraag of de kersverse videochefs ook na corona nog een lang leven beschoren zijn. In Nederland werd er alvast een heus businessmodel voor gevonden: St(r)eaming Chefs, een nieuw platform waarop je een privécursus kunt boeken met een Michelinchef.
In de Verenigde Staten gedijt al langer het vergelijkbare, member-only initiatief Chef Streams. En op het eveneens Amerikaanse Chefsfeed tellen gebruikers zelfs vlotjes 50 dollar neer voor een digitale initiatie maistortilla’s rollen – ingrediënten niet inclusief.
Tegelijk herinnert al dat virtueel geweld ons sterk aan wat we net zo missen: een écht restaurant met stoffen servetten, beboterde broodjes, veel te dure wijn, beschonken gesprekken bij het dessert. Ook het gros van de chefs zal geen seconde twijfelen om de zelfontspanner weer in te ruilen voor een levendige, volle zaal. Beschouw dit dus maar vooral als een unieke buitenkans: binnenkort hebben Bottura, Marcolini, Nobels en co. helemaal geen tijd meer voor hun stelletje stuntelende volgers.