De achtste film van Sofie Coppola, Priscilla, plaatst ons in de schoenen van de tienervriendin van Elvis Presley. Het is een verhaal waarin we ons volgens haar allemaal kunnen inleven.
Sofia Coppola ziet er precies uit als een personage uit een van haar films wanneer ze het Salon Marie-Louise van het Ritz-hotel in Parijs binnenstapt. Het tafereel ademt dezelfde onbekommerde glamour: een verzameling tafels met allerlei notabelen uit de mode- en filmwereld die over business praten, en waar een hofhouding van obers in bekoorlijke uniformen doorheen slalomt met mandjes brood.
Coppola is intussen 52, maar ze is nauwelijks te onderscheiden van de meisjesachtige verschijning in de reclamespots die Juergen Teller in de vroege jaren 2000 draaide voor de parfums van Marc Jacobs. Ze draagt gewatteerde sandalen, een bleke brede jeans en een fluorescerend roze T-shirt van Chanel. Barbiecore, als barbiecore chic zou zijn. Het lief-lelijke snoetje waarvoor ze neergesabeld werd toen ze meespeelde in de onfortuinlijke ‘The Godfather Part III’ van haar vader Francis Ford Coppola is uitgegroeid tot een nobele schoonheid, en toch straalt ze jeugdigheid uit. Ze drukt me de hand en zegt zachtjes goeiedag, waarna ze de ober heel beleefd vraagt of ze een potje thee kan krijgen.
Compleet andere wereld
Coppola is in Parijs voor de modeshow van Chanel, die plaatsvindt bij de Seine en waarvoor ze het decor heeft helpen ontwerpen. Haar relatie met de stad, waar ze een huis heeft in Saint-Germain-des-Prés, duurt echter al veel langer. Ze woonde er fulltime met haar echtgenoot Thomas Pablo Croquet (alias Thomas Mars), de frontman van de indie popgroep Phoenix, en hun twee dochters Romy en Cosima, tot ze voor het onderwijs van de kinderen weer permanent naar New York verhuisden. Momenteel zijn de meisjes op zomervakantie bij hun Franse neefjes en nichtjes, al zijn ze nu ‘complete New York-kids’ geworden.
Coppola werkt sinds 2019 als merkambassadeur voor Chanel met artistiek directeur Virginie Viard. Haar recentste project is een gebreide capsulecollectie – ‘mijn gedroomde reisgarderobe’ – voor Barrie, het Schotse ‘métiers d’art’-merk van het modehuis. Ze probeert ook, min of meer gemeend, ‘de kerel die zich met de sportkleding bezighoudt’ te overtuigen om paddels voor pickleball te maken met het Chanel-logo.
Het is een comfortabele samenwerking die tot stand kwam toen ze voor het eerst stage liep bij Chanel, onder Karl Lagerfeld. Ze was toen amper vijftien. ‘Actrice en Chanel-muze Carole Bouquet was bevriend met mijn ouders en ze had een zomerstage voor me geregeld’, legt ze uit. Coppola praat in trage, zacht herhalende zinnen met de intonaties van een ‘valley girl’, wat de indruk oproept van iemand die veel jonger is dan zij. ‘In de zomer toen ik zestien was, ben ik er teruggekeerd. Gilles Dufour (de toenmalige assistent van Karl Lagerfeld, n.v.d.r.) nam me onder zijn vleugels. Het was een belangrijk moment in mijn leven.’
‘Ik bedoel, het waren de jaren 80’, gaat ze verder. ‘De top van de modewereld was Parijs, en Chanel. En je had al die modellen, zoals Veronica Webb, en veel coole oudere kids… en het was gewoon zo spannend om te doen. Ik ben opgegroeid op het platteland in Californië, en dit was een compleet andere wereld.’
Uitgestrekte filmdynastie
Coppola is inderdaad opgegroeid op het platteland, maar niemand zal ooit beweren dat ze een doorsnee jeugd heeft gekend. Haar ouders, Francis Ford Coppola en kunstenares/documentairemaakster Eleanor Jessie Coppola, vormden het middelpunt van een uitgestrekte filmdynastie, en haar vakanties bracht ze door op verschillende filmsets over de hele wereld.
Aanvankelijk verzette ze zich tegen het idee om zoiets ‘stoms’ te doen als in de familiebusiness stappen, in tegenstelling tot haar neven Nicolas Cage of Jason Schwartzman, haar tante Talia Shire, haar broer Roman, haar grootouders, oom en de meeste andere leden van de clan. Ze studeerde aan de kunstacademie CalArts in Californië en ging ervan uit dat ze redacteur bij een tijdschrift zou worden of in de modewereld zou gaan, of zich met fotografie zou bezighouden.
Tot ze besefte dat films maken ‘al de dingen die ik graag doe, combineert’. In 1999 schreef, produceerde en regisseerde ze haar eerste langspeelfilm, ‘The Virgin Suicides’, met Kirsten Dunst en Kathleen Turner in de hoofdrollen. De film gaf meteen blijk van de dromerige, tragikomische en vrouwelijke esthetiek die je terugvindt in haar hele oeuvre.
‘Elvis and Me’
Begin volgend jaar komt ‘Priscilla’, Coppola’s achtste film, in de zalen. De biopic met Cailee Spaeny en Jacob Elordi is gebaseerd op ‘Elvis and Me’, de bestseller van Priscilla Presley uit 1985. Het blijft echter een film van Sofia Coppola, en dus geen biopic zoals andere regisseurs die zouden verzinnen.
We zien hoe Priscilla Beaulieu in 1959 als veertienjarig schoolmeisje Elvis voor het eerst ontmoet in Wiesbaden in West-Duitsland, niet ver van waar de zanger op dat moment zijn legerdienst vervulde. Daarna volgt ‘Priscilla’ haar verhuizing naar Graceland in de vroege jaren 60, haar huwelijk na een lange (en niet geconsumeerde) verkering van vier jaar, tot aan de scheiding van het echtpaar in 1972. Coppola’s film toont hoe Priscilla gaandeweg van een stil schoolmeisje transformeert in een gelakte en geïdealiseerde maagdelijke bruid in een droomlandschap van muziekmontages en make-up. De film is volledig gekaderd binnen de vrouwelijke ervaring, een wereld van gruwelijke verveling, seksuele opwinding, eenzaamheid en een hoop pillen.
Haarlak en glamour
De film werd in amper dertig dagen gedraaid in de buurt van Toronto, met een onooglijk budget. Coppola was voordien bezig met een groots opgezette bewerking van de roman ‘The Custom of the Country’ van Edith Wharton, maar de financiering voor dat project viel in het water. Dat bood haar de kans om terug te grijpen naar een verhaal waar ze al jaren op kauwde. ‘Ik had ‘Elvis and Me’ een jaar of tien geleden al eens in handen gehad… Maar toen ik het boek opnieuw las, sprak het me plots aan.’ Het deed haar denken aan ‘de generatie van mijn moeder, en hoe mijn moeder was opgegroeid met een ware natuurkracht als echtgenoot’, maar ook aan de gevoelens die bij een prille liefde komen kijken. ‘Al die verschillende overgangsfasen, van meisje tot volwassen vrouw. Ik vond het herkenbaar’, zegt ze.
De esthetiek van de film laat zich grotendeels inspireren door de fotoreeks ‘Graceland’ van William Eggleston uit 1984, de portretten die hij nam van Elvis’ onbewoonde huis. ‘Ik vond het heerlijk om iets te doen wat door en door Amerikaans was en om in Memphis te zijn, omdat het iets vreemds is voor mij’, zegt Coppola. ‘Ik hield van de haarlak, de glamour en de façade. Ik heb ook veel nagedacht over de foto’s van Eggleston, de kleuren en het hoogpolig tapijt, en Graceland als motief voor die Amerikaanse droom.’
Elvis met gebreken
Coppola zoomt al langer in op de levens van uitzonderlijk bevoorrechte of beroemde mensen, om vervolgens de galmende leegte bloot te leggen die er de kern van uitmaakt. Haar films gaan vaak over een jonge vrouw die een leven leidt dat pure fantasie lijkt – een vijfsterrenhotel in Tokio, het paleis van Versailles. Maar uiteindelijk onthullen ze dat ze geïsoleerd is in een koude en onbekende wereld. ‘Je denkt dat al die dingen een ideaal en wonderlijk leven moeten geven’, zegt ze, ‘maar dan blijkt dat het sprookje toch niet zo plezierig is’. Als de lange scènes waar Spaeny door lege gangen kuiert op den duur wat saai worden, is het waarschijnlijk een eerlijke weergave van hoe de echte Priscilla zich voelde.
Op dezelfde manier heeft de Elvis die Jacob Elordi neerzet bijzonder weinig uitstaans met de gecoiffeerde charismabom die recent te zien was in de biografische film van Baz Luhrmann. Deze Elvis houdt zich overeind dankzij een dieet van pepmiddelen, kalmeermiddelen en de zuiderse kookkunsten van Grandma. Misschien is hij impotent, door de drugs heeft hij de neiging om zwaar uit te vliegen, en hij wordt soms overweldigd door donkere ‘creative moods’.
‘Ik wilde er geen slechterik van maken’, zegt Coppola, maar ze zet zijn gebreken wel vrij eerlijk in de verf. ‘Het is de meest on-Elvis-achtige film over Elvis. Maar ik wilde niet dat de film over een drugsverslaafde zou gaan. Ik laat dingen liever over aan de verbeelding. Het is niet mijn stijl om ze in je gezicht te wrijven.’
MeToo
Het neemt niet weg dat het diep ongemakkelijk is om te zien hoe een 24-jarig wereldberoemd icoon een schoolmeisje dat nauwelijks een tiener is het hof maakt. Bekeek ze het verhaal van Priscilla door de lens van MeToo? ‘Ik ben gewoon volledig in haar schoenen gaan staan en ik heb geprobeerd om een film te maken over hoe het moest voelen om haar te zijn. Ik heb niet echt aan al de verschillende perspectieven gedacht. Ja, het was een andere tijd, een andere cultuur. Maar sommige elementen blijven dezelfde.’
Stel dat Harry Styles hier plots stond en zei: ‘Ik wil je tienerdochter meenemen op vakantie’, dan zou het nogal bot zijn om dat te weigeren, veronderstel ik? ‘Ja, je dochter zou het je nooit vergeven’, lacht Coppola, en voegt er dan aan toe: ‘Ik vind haar perspectief tamelijk herkenbaar. Ik ben op die leeftijd ook lang geregeld verliefd geweest.’
De manier waarop de film naar verslaving en seksueel geweld verwijst, mag dan mild zijn, de erfgenamen van Elvis kunnen er zeker niet om lachen: in een onofficiële verklaring kort na een vroege vertoning noemden ze de film ‘verschrikkelijk’, en ze hebben geweigerd om Coppola ook maar iets van Elvis’ muziek te laten gebruiken. ‘De erfgenamen zijn niet gelukkig’, zegt Coppola, die niet bezorgd en zelfs geamuseerd lijkt door het idee van een Elvis-film zonder één liedje van de King. ‘Ik herinner me dat Priscilla’s manager zei: ‘De fans van Elvis zullen niet blij zijn met bepaalde scènes.’ En ik antwoordde: ‘Ik maak deze film niet voor hen.’’
Uiterlijk vertoon
Coppola is een nauwgezette curator. Of het nu gaat om chaotische tienerkamers in de voorstad of nachtelijke neonlichten in Tokio, haar sets roepen een weelderig en romantisch universum op. Veel van die decors kun je terugvinden in een nieuw boek, ‘Archive’, dat de zogenaamde ‘moodboards’ toont die Coppola voor elk van haar films heeft samengesteld. Zoals het schilderij van John Kacere dat de inspiratiebron was voor het shot van Scarlett Johansson in ondergoed in ‘Lost in Translation’. Of het beeld van Guy Bourdin dat aan de basis lag van een frame in ‘Marie Antoinette’. Alles is smetteloos, zacht en meisjesachtig. Er zijn tientallen heerlijke shots van op de set.
Maar niet iedereen begrijpt die details. Sommige mensen vinden dat Coppola’s obsessies aanschurken tegen het futiele. De regisseur weigert zich te verontschuldigen voor haar liefde voor de oppervlakte. ‘Het uiterlijk vertoon, al de externe kanten, het maakt er allemaal deel van uit. Voor mij vormen die een deel van het verhaal en van de emotionele uitstraling.’
‘Sofia heeft het talent om elementen te combineren in het frame op een manier die doet denken aan Fellini’, zegt actrice en cineaste Rainer Judd over de esthetiek van Coppola. Judd, de voorzitster van de Judd Foundation (ze is de dochter van kunstenaar Donald Judd) is bevriend met Coppola sinds ze ‘op haar paste’ tijdens de stage bij Chanel in Parijs toen ze allebei zestien waren. ‘Sofia heeft een gevoeligheid voor de wereld die inwerkt op je onbewuste’, gaat ze voort. ‘Ze ervaart de wereld op een meer compacte manier.’
Coppola staat niet stil bij een agenda. Ze hecht er waarde aan om ‘de feiten juist te hebben’, maar ze maakt haar films niet met een bepaald kader in gedachten. ‘Priscilla’ had een feministisch pamflet kunnen zijn. In plaats daarvan zijn de ethiek en de motivaties eerder vaag.
‘Sofia is geen zwaarwichtige persoon’, gaat Judd verder. ‘Ze is niet overdreven intellectueel. Haar onderwerpen zijn wel intellectueel rigoureus – en mensen denken na over haar werk – maar ze benadert ze niet vanuit een gewichtige invalshoek.’
‘Ik wil in de periode dat ik met een film bezig ben gewoon de wereld van iemand anders beleven’, aldus Coppola. ‘Toen ik pas begon als regisseur, gaf mijn vader me een encyclopedie over poëzie. En hij zei: ‘Film is poëzie.’ Poëzie hoeft niets uit te leggen, het is een gevoel. En ik wil gewoon voelen.’
Met hun langzaam uitrollende verhalen en unieke vrouwelijke perspectief staan de films van Coppola mijlenver af van het ultramacho oeuvre van haar vader. Maar omdat ze opgroeide in het hart van de cinema ontwikkelde ze toch al op jonge leeftijd een compromisloze blik. Je vraagt je ook af of ‘Priscilla’ misschien een autobiografisch kantje heeft. ‘Mijn leven was totaal niet zo’, antwoordt Coppola. ‘Maar ik kan mezelf wel in Priscilla’s situatie verplaatsen. Opgroeien naast zo’n machtige en charismatische persoon… Op een bepaalde manier draait de hele wereld rond hen.’
Vrouw met ballen
Coppola heeft een nauwe professionele band met haar broer Roman. De (bijna) naamgenoot van haar dochter heeft aan al haar films meegewerkt. ‘Hij is bijna een therapeut’, zegt ze. ‘Hij begrijpt me echt en helpt me om uit te dokteren hoe ik het zou doen. Terwijl veel andere regisseurs zouden zeggen: ‘Doe het op mijn manier.’’
Ze staat minder open voor suggesties van haar vader, ‘omdat ik niet te veel input wil, en mijn vader heeft sterke opinies’. Ze zijn heel close, maar ze wil niet dat hij bij haar films komt. ‘Hij kijkt ernaar vanuit zijn perspectief’, lacht ze, ‘en ik wil geen mannelijke blik op mijn wereld.’
Coppola straalt een bepaalde hardheid uit die volgens Judd alles te maken heeft met het feit dat ze opgegroeid is naast een alfamannetje. ‘We kennen nog dochters van zulke grote creatieve mannen uit de jaren 70, en we hebben onopzettelijk allemaal een enorm zelfvertrouwen’, zegt ze. ‘Die mannen behandelden hun echtgenotes misschien niet altijd even correct, maar ze deden wel alles voor hun dochters. En het resultaat was vrouwen met extra gaven: jonge vrouwen met ballen aan het lijf.’
Smeken om geld
Coppola is poeslief, maar zeker van haar stuk: je kunt je niet voorstellen dat ze ooit een Marvel-film zal regisseren. In 2014 zou ze een liveactionremake van ‘The Little Mermaid’ maken voor Working Title en Universal, maar ze stapte op toen er artistieke meningsverschillen ontstonden binnen de studio.
‘Het is tegenwoordig zo moeilijk om een film te maken’, zegt ze over het huidige landschap. ‘Ik heb een solide carrière en ik moet nog altijd smeken om genoeg geld te verzamelen voor een nieuwe film. Ik kan me zelfs niet voorstellen dat ik nu aan mijn carrière zou moeten beginnen – alles is zoveel commerciëler en risicolozer. Niemand wil nog zijn nek uitsteken.’
Coppola deed haar intrede samen met een nieuwe golf van regisseurs in de late jaren 90, zoals Paul Thomas Anderson, Darren Aronofsky en Wes Anderson. Maar hoewel ze een van de eerste vrouwelijke filmmakers was die een Oscarnominatie kregen (voor ‘Lost in Translation’) en pas de tweede die de prijs voor beste regie kreeg op het Filmfestival van Cannes (voor ‘The Beguiled’), stelt ze vast dat het patriarchale systeem van de filmwereld behoorlijk gesloten blijft.
‘Het zijn nog steeds heteromannen die de eindbeslissing nemen, en die zijn niet altijd geïnteresseerd in wat mij interesseert’, haalt ze de schouders op. ‘Er zijn maar weinig vrouwen en gaymannen die helemaal aan de top aan de touwtjes trekken. Het betekent dat het altijd een gevecht is om te praten met mannen die weinig voeling hebben met mijn visie.’
Maar ze wil ook niet klagen. ‘Ik heb het me nooit echt aangetrokken. Ik vind het gewoon fijn om nu en dan te doen waar ik zin in heb, zonder dat veel mensen erop letten. Dat brengt vrijheid met zich mee.’
Hoewel ze haar carrière vaak afdoet als een reeks avontuurtjes, voelt Coppola zich toch het gelukkigst als ze op een filmset staat. Youree Henley, die als producent meegewerkt heeft aan al haar films sinds 2009, en Lorenzo Mieli, een van de producenten van ‘Priscilla’, wijzen allebei op haar zin voor samenwerking en haar bereidheid om te luisteren en zich aan te passen. ‘Ik zou haar omschrijven als een auteur’, zegt Henley. ‘Voor mij maken haar smaak en haar zelfvertrouwen deel uit van haar succes. Ze doet gewoon haar eigen ding. Bovendien is ze onbevreesd – ze heeft geen schrik om een pad te kiezen dat ingaat tegen elke intuïtie. Ze kan heel snel schakelen van het ene naar het andere. Ze loopt rond tussen ons, maar ze heeft de wonderlijke gave om alle lawaai weg te filteren.’
De aanraders van Sofia Coppola
- De ‘Kopenhagen’-trilogie van de Deense auteur Tove Ditlevsen: ‘Het is troosteloos, maar zó goed.’
- ‘Past Lives’, de Zuid-Koreaanse film van Celine Song die eerder dit jaar een staande ovatie kreeg op het Sundance Film Festival. ‘Ik hield ervan.’
- De HBO-serie ‘Succession’: ‘Het was wat veel gepraat naar mijn smaak, maar ik hou van de Loro Piana’s, de landschappen en de decors.’
Een miljoen views
Coppola’s plannen na ‘Priscilla’ zijn nog onduidelijk. Ze neemt gewoonlijk een pauze tussen verschillende projecten, doet wat werk voor Chanel, brengt tijd door met haar dochters en leest een paar boeken. Ze heeft haar dochters altijd beschermd tegen de wisselvallige aard van het beroemd zijn, en ze heeft er een vrij goed oog in dat ze in de familiebusiness zullen stappen. ‘Mijn oudste dochter is bezig met muziek en acteren en zo’, zegt ze over de ambities van Romy. Ze heeft haar kinderen altijd meegenomen op de set: ‘Het is opwindend om te zien wat je daar allemaal kunt doen.’
Romy’s talent als performer werd in maart op de proef gesteld toen ze op TikTok een kookvideo postte die het publiek een blik gunde in haar leven als ‘nepobaby’ (ze vertelt dat ze gestraft is, omdat ze geprobeerd had om een helikopter te huren met de kredietkaart van haar vader). Het filmpje kreeg ongeveer een miljoen views, ging viraal en verdween vervolgens compleet. Het was ofwel de meest tenenkrullende expressie van een bevoorrecht bestaan die ooit op video is vastgelegd of – meer waarschijnlijk – een geniaal staaltje van satire.
Coppola hoopt dat ze het Wharton-project alsnog nieuw leven kan inblazen. Intussen overweegt ze andere dingen. Zo las ze onlangs de ‘Kopenhagen’-trilogie van de Deense auteur Tove Ditlevsen: ‘Het is troosteloos maar zó goed.’ Ze ‘hield veel’ van ‘Past Lives’, de Zuid-Koreaanse film van Celine Song die eerder dit jaar een staande ovatie kreeg op het Sundance Film Festival, en ze genoot van de HBO-serie ‘Succession’: ‘Het was wat veel gepraat naar mijn smaak, maar ik hou van de Loro Piana’s, de landschappen en de decors. Ik kijk ‘s avonds liever niet naar iets wat me te veel stresseert. Ik heb graag nog een beetje hoop.’
Ze lijkt verbaasd wanneer ik laat vallen dat ik haar films tamelijk melancholisch vind. Al die vluchtige lieflijkheid en schoonheid maken me nostalgisch naar het potentieel van een verloren jeugd. ‘Ik weet het’, zucht ze, over haar langdurige obsessie met ‘overgang’ en adolescentie. ‘Ik denk dat ik nu genoeg met de tienertijd bezig ben geweest. Ik moet vooruit.’
Tegelijk heeft het iets eindeloos aantrekkelijks om te kijken naar jonge mensen die de toekomst nog voor zich hebben. Bovendien zien tieners er fantastisch uit in mooie kleren. Zoals gewoonlijk wil ze er niet te veel conclusies uit trekken. ‘Ik hoop gewoon dat er altijd iets hoopvols is, en iets romantisch’, zegt ze. ‘En ja, ik wil een toekomst.’
‘Priscilla’
| Speelt vanaf 3 januari 2024 in de bioscoopzalen.
Jo Ellison, 2023, ‘Sofia Coppola can relate: an exclusive interview’.
© Financial Times / ft.com. Alle rechten voorbehouden. Mediafin is verantwoordelijk voor de vertaling.
The Financial Times Limited is niet verantwoordelijk voor de nauwkeurigheid en kwaliteit van de vertaling.