Uw Eames, Kjærholm en Le Corbusier beu gezien? Dat treft, wij ook. Sabato selecteert 12 designklassiekers voor het nieuwe decennium.
Eames Osvaldo Borsani - P40
In plaats van: de Lounge Chair van Ray en Charles
Van alle klassiekers lijdt de Eames Lounge Chair wel het meest aan overkill. Over het comfort en de looks kunnen we geen kwaad woord zeggen, maar op originaliteit scoort deze lederen palissanderkuip niet bijster hoog. Zo anders is de P40 van Osvaldo Borsani: óók een lounge chair, óók midden jaren 50 ontworpen, óók comfortabel en óók nog in productie.
Maar een minder gevraagde figurant in statusinterieurs. Dat zal veranderen. Tenminste, als het aan zijn kleinzoon ligt, want die trekt stevig aan de kar om Borsani postuum de roem te geven van diens tijdgenoten Giò Ponti en Achille Castiglioni. Terecht, want met zijn merk Tecno stond hij aan de wieg van de industriële revolutie in de meubelsector.
Met de P40 - zijn bekendste ontwerp - wilde hij een meer compacte, polyvalente versie maken van de statische logge lounge chairs die toen in de mode waren. We kijken naar niemand in het bijzonder. De P40 is nog altijd in productie bij Tecno, 8228 euro, tecnospa.com, osvaldoborsani.com.
Axel Einar Hjorth - Lövo Rocking Chair
In plaats van: de Plastic Armchair RAR van Charles & Ray Eames
Net zoals we Vitra moeten bedanken voor de vulgarisering van het meubilair van Charles & Ray Eames, moeten we de Franse interieurarchitect Pierre Yovanovitch ‘merci’ zeggen: hij leerde ons het werk van Axel Einar Hjorth (1888-1959) kennen. De Zweedse meubelmaker wordt ‘de voorloper van het Zweeds modernisme’ genoemd, maar tot voor kort rekenden alleen kenners hem tot de belangrijkste ontwerpers van Scandinavisch design.
Hoewel Hjorth ook luxueuze stukken maakte, bijvoorbeeld voor filmster Greta Garbo, haalt Yovanovitch er het liefst de poverste en rauwste stukken uit de jaren 20, 30 en 40 uit. Ook in Axel Vervoordts interieurs zie je Hjorths ‘understated’ stukken af en toe opduiken.
Als zulke high-end smaakmakers er zich mee moeien, dan gaan de prijzen vanzelf omhoog. Maar je interieurcredibiliteit ook, als je er eentje hebt staan. Meubilair van Axel Einar Hjorth vind je via Pamono, 1stDibs of de Parijse galeriehouder Éric Philippe, of op veilingen.
Ronan en Erwan Bourollec - Ploum
In plaats van: de Togo van Michel Ducaroy
Laag bij de grond, geen armleuningen en een hoog ‘plof’-gehalte: de Togo is een waar seventies-icoon dat helemaal past in de toenmalige cocooning-zitputfilosofie. De Fransman Michel Ducaroy brak met het klassieke sofaconcept van een onderstel met kussens bovenop, want zijn Togo is eigenlijk één groot kussen. Een zitzak-de-luxe, zeg maar.
Het meubel is al veertig jaar een bestseller voor het Franse merk Ligne Roset, maar heeft u al eens in dat cliché gezeten? Echt gemakkelijk raak je er niet meer uit. Een stuk origineler én comfortabeler is de niervormige canapé Ploum van de Bretonse broers Ronan en Erwan Bouroullec. De Liam en Noel Gallagher van de designwereld kozen voor veerkrachtig polyurethaanschuim en stretchstof.
Leuk aan de Ploum: je ziet het niet, maar hij is niet perfect symmetrisch. De rechterrugleuning is iets hoger dan de linker. Aan die kant zit je ook iets dieper, maar je raakt er gemakkelijker weer uit. Net als de Togo weegt hij niks. Waarop wacht u nog om hem te wisselen? Vanaf 3033 euro, ligne-roset.com.
Pierre Chapo - Tabouret S31
In plaats van: de Tabouret Méribel van Charlotte Perriand
De houten taboeretjes van Charlotte Perriand en Pierre Chapo lijken niet alleen op elkaar, ze zijn ook allebei geïnspireerd op primitieve melkkrukjes. Toch is de kans groter dat u thuis het krukje van Perriand hebt: de Méribel wordt al sinds 2011 gere-editeerd door Cassina.
Chapo’s oeuvre is pas recenter herontdekt. Door de hoge prijzen voor vintage stukken van Perriand en Prouvé steeg de jongste jaren ook de marktwaarde van Chapo. Pierres zoon, Fidel, herbegon inmiddels de meubelproductie van zijn illustere vader.
Maar ook hier geldt: de originele stukken houden beter hun waarde dan de postume edities. Re-edities van Pierre Chapo zijn te koop bij Galerie Chapo in Gordes, Frankrijk. Vintage exemplaren vind je bij Thomas Serruys en Dries Vanlandschoote, allebei in Brugge.
Tobia Scarpa - Soriana
In plaats van: de LC2 van Le Corbusier, Charlotte Perriand en Pierre Jeanneret
‘Het Corbusier-zeteltje’, heet het in de volksmond. Maar die mond spreekt niet altijd de waarheid, want een van de bekendste zetelontwerpen ooit kwam in 1928 eigenlijk uit de koker van het trio Le Corbusier, zijn neef Pierre Jeanneret én hun pas aangeworven medewerkster Charlotte Perriand.
De armstoel is architectuur om op te zitten: een buismeubel met een metalen draagstructuur, waar de kussens als ‘muur’ en ‘vloer’ fungeren. In 1965 verwierf Cassina de rechten om (onder meer) dit icoon van Le Corbusier te produceren. De credits voor Jeanneret en Perriand kwamen pas later. Sindsdien is de zetel een veilige publiekslieveling voor al wie een interieur met architecturale knipoog wil.
Wel, voor dat soort mensen hebben we een suggestie: doe eens zot en vervang je beu geziene ‘Corbusiertje’ door deze Soriana. Die is óók ontworpen door een architect (Tobia Scarpa, zoon van Carlo Scarpa) en is óók een metalen korset dat de kussens in het gareel houdt.
De ‘Soriana’ is voor Cassina ontworpen in het ‘année érotique’ 1969: het jaar dat Scarpa afstudeerde aan de unief in Venetië en met zijn Soriana meteen een Compasso D’Oro-ontwerpprijs won. Onbegrijpelijk dat zo’n sexy ontwerp niet langer in productie is: je ziet de Soriana tegenwoordig in de coolste interieurs opduiken. De Soriana is alleen verkrijgbaar op de vintagemarkt. Check Pamono, 1stdibs of Goldwood.
Apparatus - Lariat
In plaats van: de Artichoke-lamp van Poul Henningsen
Het Kopenhaagse restaurant dat in 1958 aan Poul Henningsen vroeg om een lamp te ontwerpen, moet tevreden zijn geweest: de collab heeft een legende gebaard. Het geniale: de 75 ‘artisjokblaadjes’ leiden ertoe dat er overal licht is, zonder dat de lamp recht in je ogen kan schijnen. Het glanzende koper staat chic en de lamp heeft zelfs een culinaire naam.
Maar wij hebben artisjok toch liever op ons bord dan boven onze tafel. De Artichoke - een enorme plaatsvreter trouwens - is een groot Scandi-cliché geworden. Enter: de Lariat van de New Yorkse Apparatus Studio die óók weet wat shinen is. Lariat rolt met zijn spierballen als het aankomt op materiaalgebruik: een grote druppel geëtst matglas bengelt aan een koord van geweven messing.
Lariat is geen groente, maar Engels voor ‘lasso’. De term duidt ook op een lang halssnoer of Y-vormige ketting. Met wat verbeelding is deze lamp dus een XXL-hanger. Apparatus Studio ontstond trouwens toen het koppel Gabriel Hendifar en Jeremy Anderson - de een ontwerper, de ander pr-agent - als hobby vintagelampen ombouwden tot nieuwe verlichting. Wedden dat ze ooit een Artichoke vertimmerd hebben? Klein 2030 euro, groot 2310 euro, apparatusstudio.com.
Angelo Mangiarotti - Eros-tafel
In plaats van: de Tulip-tafel van Eero Saarinen
De Fins-Amerikaanse architect Eero Saarinen zag het als zijn missie om de ongecontroleerde chaos onder de eettafel te counteren. Want telt u maar eens op: acht stoelen met elk vier poten aan een tafel die ook nog eens minstens vier poten telt: dat zijn veel poten bij elkaar. Dus lanceerde hij bij het Amerikaanse Knoll de Pedestal-collectie, met onder meer de ronde Tulip-tafel.
De Eros-tafel van de Italiaanse architect Angelo Mangiarotti (1921-2012) lijkt qua vorm op de Tulip, alleen is deze tafel robuuster van look, met dank aan de volledige uitvoering in natuursteen. Ze past dan ook beter in hedendaagse interieurs, waar designs over het algemeen almaar zwaarder en bruter worden.
De Eros-tafel is nieuw beschikbaar in verschillende afmetingen en uitvoeringen, prijs op aanvraag, www.agapecasa.it. Ook op de vintagemarkt is de Eros nog vlot te vinden.
Pierre Jeanneret - Chandigarh Office Chair
In plaats van: de PK22 van Poul Kjærholm
Toen de hype voor mid-century Scandinavisch design 15 jaar geleden begon, was Poul Kjærholm (1929-1980) een van de knuffeldenen. Zijn PK22 groeide uit tot een van de eerste iconen van goede smaak van de 21ste eeuw. De mooiste stukken hebben natuurlijk vintage patina, maar Fritz Hansen - waarvoor Kjærholm korte tijd werkte - maakt sinds 1982 ook gewoon nieuwe exemplaren.
Fritz Hansen nam de productie over van Ejvind Kold Christensen, waar de Deen tot aan zijn dood in 1980 mee samenwerkte. Zelfs onder Scandi-fans is het clubje Kjærholm-Jacobsen-Aalto wat cliché geworden, zij kijken nu naar minder evidente namen als Børge Mogensen, Peder Moos of Axel Einar Hjorth. Wat is dan het hedendaagse equivalent van de PK22? Wij wedden op kantoorstoelen die Pierre Jeanneret (1896-1967) ontwierp voor de administratieve gebouwen in het Indiase Chandigarh.
Die zijn in originele versie redelijk onbetaalbaar geworden. Toch zie je ze - authentiek, zwaar gerestaureerd, vals of gere-editeerd - momenteel massaal opduiken in high-end interieurs als symbool van goede smaak. Het clichégevaar is imminent. Originelen van Pierre Jeanneret kun je kopen via de grote veilinghuizen, via Galerie Patrick Seguin, Galerie Downtown en Axel Vervoordt. Cassina geeft sinds 2019 re-edities uit van Pierre Jeanneret.
Michael Anastassiades - IC vloerlamp
In plaats van: de Arco-booglamp van Achille & Pier Giacomo Castiglioni
In 1962 was de booglamp Arco, het bekendste ontwerp van de Castiglioni-broers, niets minder dan revolutionair. Niet alleen had de lamp een vorm die we nooit eerder hadden gezien in de verlichtingssector, ze loste ook een prangend probleem op. Hoe de tafel of woonkamer verlichten zonder dat er een lichtpunt was in het plafond?
Vandaag is dat lichtpunt allang geen probleem meer. En ook de sixties-retrohype ligt al even achter ons. Een meer eigentijdse klassieker zou weleens de IC van Michael Anastassiades kunnen zijn, een hoekige vloerlamp waarop de bolvormige lichtbron lijkt te balanceren. Dat poëtische balanceren is een handelsmerk van Anastassiades, een in Londen gevestigde Cyprioot die ooit nog aan de bak kwam als yogaleraar.
Na de IC-collectie van 2014 - trouwens óók uitgegeven door Flos - leverde Anastassiades nog tal van succesvolle designs af. Zijn combinatie van sfeervol licht, poëzie en een artistieke vorm sluit veel meer aan bij de hedendaagse interieurs dan de retrostijl van de booglamp. IC-vloerlamp, verkrijgbaar in een indoor- en outdoorversie, prijs op aanvraag, www.flos.com.
Muller Van Severen - Wire S-dagbed
In plaats van: het Barcelona-dagbed van Ludwig Mies Van der Rohe
Overdag zomaar eventjes gaan liggen, tot voor enkele weken was dat voor de meesten onder ons ondenkbaar. Sinds de quarantaine wint het concept van een ‘daybed’ aan relevantie, tijd dus om de klassiekers te vergelijken. Het Barcelona-daybed werd in 1930 door Ludwig Mies Van der Rohe ontworpen nadat de gelijknamige fauteuil voor het Duitse paviljoen op de wereldtentoonstelling van Barcelona op gejuich werd onthaald.
Vandaag applaudisseren we iets minder, omdat het gecapitonneerde leder 90 jaar later niet langer datzelfde vooruitstrevende karakter uitstraalt. Bijna het tegenovergestelde van de zeer aanwezige lederen bekleding van het Barcelona-dagbed is de doorzichtige draadstructuur van het Wire S-dagbed. Een ontwerp van het Belgische designduo Muller Van Severen. Het Wire S-dagbed bestaat zowel in een platte versie als in een schommelexemplaar.
De volledige collectie is geschikt voor zowel binnen als buiten. En er is alvast een mooie link met de klassieker van Mies Van der Rohe. Ook het Wire-dagbed werd immers origineel ontworpen voor een bijzonder huis in de buurt van Barcelona. Geen paviljoen pal in het centrum, maar het vakantieverblijf ‘Solo House’ in Cretas, ten zuiden van de Catalaanse hoofdstad. Het Wire S-dagbed is zowel geschikt voor binnen als buiten en bestaat met plat ligstuk (#5) en in schommelversie (#6), vanaf 3000 euro voor #5 en vanaf 3960 voor #6 via galerie Valerie Traan, www.valerietraan.be
Faye Toogood - Roly Poly
In plaats van: de Swan Chair van Arne Jacobsen
Geen slecht woord over Arne Jacobsen. Wat hij in 1958 met het Radisson SAS Royal Hotel in Kopenhagen bereikte, was zijn tijd ver vooruit. Jacobsen zag het hotel als een gesamtkunstwerk waarin hijzelf alle details vormgaf. En daar hoorden ook nieuwe stoelen bij. Maar liefst twee absolute designklassiekers ontstonden in die Deense lobby: de Egg Chair en de Swan Chair. Twee stoelen die door Fritz Hansen nog steeds als zoete broodjes worden verkocht.
En laat daar nu net het schoentje wringen: we zien ze té veel. De Egg en de Swan zijn het slachtoffer van hun commerciële succes. Ze zijn de ‘zekere keuze’ geworden, niet een keuze die getuigt van pit en persoonlijkheid. Dat is de Roly Poly des te meer. Deze stoel werd ontworpen door de Londense Faye Toogood. In een vorig leven richtte ze als interieurstyliste beursstands in voor Tom Dixon en vitrines voor het luxewarenhuis Liberty.
Sinds 2008 heeft ze haar eigen Studio Toogood en ontwerpt ze zowel kunst, meubilair als mode. Ze tekende de Roly Poly-stoel aanvankelijk als een gelimiteerde editie onder de naam ‘Assemblage n°4’, tot het Italiaanse label Driade de kuipstoel met dikke poten wilde commercialiseren. De combinatie van uitzonderlijk zitcomfort in de kuip en de uit de kluiten gewassen poten geven deze stoel een zeer hedendaagse look. De kans is dan ook bijzonder groot dat we over een jaar of twintig moeten besluiten dat we de Roly Poly helaas té veel zien opduiken. Een risico van het vak, zeg maar. Roly Poly Chair in polyethyleen, met of zonder bekleding, ook een outdoorversie beschikbaar, vanaf 398 euro bij Driade, www.driade.com.
Sabine Marcelis - Candy Cubes
In plaats van: de LC14-taboeret van Le Corbusier
Is het een kruk? Is het een bijzettafel? Is het een stoel? Ja, ja en ja. Het kistje dat Le Corbusier ontwierp in 1952 voor zijn Zuid-Franse vakantieverblijf ‘Cabanon’ is het allemaal. Alleen: we zijn het eerlijk gezegd beu gezien. Een vervangsuggestie: de Candy Cubes van de Rotterdamse Sabine Marcelis.
Deze zoetgekleurde zeepachtige blokken van giethars hebben doorzichtige, bijna lichtgevende randen die een magische gloed creëren en de blokken laten balanceren tussen transparant en ondoorzichtig. ‘Het mag er simpel uitzien, technisch is zo’n kubus moeilijk te maken. Het gegoten hars komt ruw uit de mal. Pas door dagenlang handmatig polijsten krijgen de Cubes hun gladde perfectie die ze zo speciaal maakt’, aldus Marcelis.
Eigenlijk net zoals de spartaanse Corbu-kistjes, die met hun zwaluwstaartverbinding technisch verfijnder zijn dan je op het eerste gezicht misschien denkt. Qua ‘celebrity provenance’ moet Marcelis’ kubus ook niet onderdoen. Modeontwerpster Phoebe Philo viel er als een blok voor. Haar gehypete Céline-handtassen stonden in elke winkel uitgestald op de Candy Cubes. Ze zijn ook te spotten in de boetieks van modeontwerpster Isabel Marant. Vanaf 2500 euro, verkrijgbaar in drie formaten en zes kleuren. Op vraag zijn ook andere maten en tinten mogelijk. Te koop via galerie Victor Hunt in Brussel, sabinemarcelis.com, victor-hunt.com.