Net geen tien jaar na de start is het Belgische designerkoppel Muller Van Severen alomtegenwoordig. Tijd voor een terug- én vooruitblik.
Tien jaar geleden zou ik aan tafel hebben gezeten met een beloftevolle fotografe en een beeldend kunstenaar met een bekende vader. In een schuur zonder verwarming die beide creatievelingen als atelier gebruikten. Vandaag is Muller Van Severen veel groter dan de som van Fien Muller en Hannes van Severen. En is de schuur intussen een lekker verwarmd atelier tjokvol materialen, boeken en maquettes.
Wie de agenda van het designduo voor 2020 bekijkt, krijgt het prompt benauwd. Toch is het een relaxed koppel dat voor me zit. Behalve dan de zieke dochter die vanochtend niet naar school kon. ‘Zo zalig dat we van thuis uit werken, ze kan dan gewoon haar eigen bed in’, aldus Muller.
‘Het huis mag dan gescheiden zijn van ons atelier, het is niet zo dat we een knop omdraaien als we hier binnenstappen, of dat we ’s avonds het werk achter ons laten als we het atelier verlaten. Werk en privé zijn bij ons één geheel. Zolang we onze job met zoveel plezier doen, is dat geen probleem.’
De kartonnen prototypes voor hun soloshow bij de prestigieuze Galerie Kreo in Parijs zijn vanuit dat atelier naar de woonkamer gebracht voor een eerste testfase. ‘Dat blijft een onmisbaar onderdeel van het ontwerpproces. Heel wat designs ontstaan letterlijk in onze handen’, zegt Van Severen. ‘Proporties zijn essentieel, en ontdek je pas wanneer je een ontwerp in een context plaatst, wanneer het zich gaat verhouden tot een ruimte, of tot een gebruiker. Wanneer het een eigen leven krijgt.’
Expo bij Galerie Kreo
‘De soloshow bij Galerie Kreo in Parijs is al jaren een work in progress’, vertelt Muller. ‘Toen we in 2003 voor het eerst naar de design-week van Milaan trokken op uitnodiging van galeriehoudster Rossana Orlandi hebben we daar de mensen van Kreo ontmoet. Ze hebben meteen beslist om samen een expo op poten te zetten. Die komt er nu eindelijk.’
Een droom die in vervulling gaat. ‘Had ons vóór Muller Van Severen gevraagd naar ons ultiem professioneel doel, dan was ‘exposeren bij Galerie Kreo’ ons antwoord geweest. We volgen ze al heel lang.’
Al is de expo op meer dan één vlak uitdagend. ‘We laten materialen graag in hun ware vorm zien’, zegt Van Severen. Maar voor een high-end galerie als Kreo is het toch oppassen met natuurlijke materialen die op termijn kleine imperfecties kunnen vertonen. Het komt eropaan de genen van Muller Van Severen te behouden in een luxeproduct. ‘Dat onderdeel van onze job vind ik superinteressant’, zegt Muller.
‘Dat we ons DNA kunnen vertalen naar zowel superexclusieve stuks als democratische massa-geproduceerde objecten zoals onze pepermolen. Aan de basis beginnen we daar op dezelfde manier aan.’
Valerie Traan
Het was Veerle Wenes die in september 2010 aan fotografe Fien Muller vroeg om een project op poten te zetten voor een soloshow in haar pas geopende galerie Valerie Traan. Muller was toen als fotografe aan de slag. ‘Veerle vroeg me om ‘iets’ te doen, en om daar het liefst ook nog ‘iemand anders’ bij te betrekken’, blikt Muller terug. ‘Dat die iemand Hannes zou worden, daar was ik meteen uit. We wilden al langer samen iets ondernemen, maar wisten niet goed in welke vorm. Van meubilair was in eerste instantie geen sprake.’
Om de creatieve kerk in het midden te houden zouden ze niet fotograferen of beeldhouwen, de activiteiten waarmee ze destijds elk apart verbonden waren met galerie Hoet-Bekaert. ‘We zaten op dat moment midden in een verbouwing. Meubels stonden bovenaan ons prioriteitenlijstje’, aldus Muller.
‘We hadden bijvoorbeeld een lichtpunt nodig boven onze tafel, dus creëerden we een tafel met een lamp aan vast. Dat verzoenen van verschillende functies is iets dat heel praktisch en logisch is ontstaan. Die eerste stuks vlogen van de tekentafel, dat ging supervlot. Alsof de ontwerpen altijd al in ons hoofd zaten te wachten.’
Debuut in design
Met ‘A Furniture Project’ en de daaruit afgeleide meubelcollectie ‘Future Primitives’ raakte het duo duidelijk een esthetische snaar bij het publiek. Het grafische en kleurrijke aspect, waarbij vaak werd verwezen naar de werken van kunstenaar Donald Judd, werd toegeschreven aan het fotografische oog van Muller. Terwijl het sterk sculpturale en driedimensionale karakter van de meubels de hand van een beeldhouwer verraadde.
‘Zo zwart-wit is het niet’, legt Muller uit. ‘Ik mag dan wel fotografe zijn, ik heb altijd heel erg de behoefte gevoeld om me in drie dimensies uit te drukken. Vroeger was dat met lichtbakken en zo, vandaag kan ik mijn ei veel beter kwijt in een functioneel object.’
Die eerste Future Primitives-collectie is tot op vandaag succesvol. Googel het duo en de kans is groot dat er een duoseat verschijnt, een tafel met lamp of een set snijplanken, allemaal stuks uit die eerste collectie. ‘Op het moment dat we onze eerste stuks ontwierpen, zaten we in een soort vacuüm. Er werd niets van ons verwacht. Net dat gaf een enorme vrijheid’, legt Van Severen uit.
Vandaag is dat wel anders. Van alle kanten wordt met een vergrootglas uitgekeken naar elk nieuw stuk dat de naam Muller Van Severen draagt. ‘Dat voel je inderdaad goed, dat de druk is toegenomen, dat de verwachtingen elke keer opnieuw heel hoog liggen. We proberen daar zo weinig mogelijk aan te denken terwijl we bezig zijn in het atelier’, vertelt Muller. ‘Maar die volledige vrijheid van dat eerste project zullen we nooit meer kunnen ervaren.’
Al doet Van Severen wel zijn best om zo vrij mogelijk te blijven in het hoofd. ‘Wij kijken niet naar wat anderen doen’, zegt hij. ‘Beurzen doe ik niet meer voor het plezier. Ik word een beetje onpasselijk als ik zie hoeveel er op de markt komt. Ik heb zelfs geen Instagram op mijn telefoon. Onze designs ontstaan meestal wanneer we samen onderweg zijn. Wanneer we afstand kunnen nemen van ons werk.’
Villa Cavrois
Een van die ‘afstand’-momenten de voorbije maanden waren de trips naar Croix, ten noorden van de Franse stad Rijsel, naar de iconische Villa Cavrois, in 1932 gebouwd door de Franse architect Robert Mallet-Stevens. Rijsel is de World Design Capital van 2020. De expo in Villa Cavrois is een van de headliners.
‘Toen ze ons vroegen voor een expo zijn we met een camionette vol meubilair naar Villa Cavrois gereden. We wilden voelen wat de omgeving met de meubels zou doen en andersom. We stonden verbaasd te kijken. Het leek alsof onze meubels daar altijd al hadden gestaan, heel bijzonder. Het tijdsbesef vervaagt ook. Wat is oud, wat is nieuw? Je ziet het niet meer en dat doet er ook niet toe.’
Eén sofabed is speciaal voor de expo gemaakt: de Sofa Cavrois. Een royale, luxueuze herinterpretatie van hun vroegere duoseat, die misschien door Villa Cavrois zal worden aangekocht. Ook voor Kassl Editions maakte het duo een nieuwe sofa, geïnspireerd op de handtas van Muller. Een zacht en aaibaar product, in tegenstelling tot het dikke boek dat op de planning staat. Een nieuw overzichtswerk naar aanleiding van de bijna tien jaar Muller Van Severen.
Collectible
En wat een jaren zijn het geweest. Na Valerie Traan volgden Design September, de Biënnale Interieur in Kortrijk, galerie Rossana Orlandi in Milaan. ‘Wij moesten ons in die tijd geregeld in de armen knijpen. Gebeurt dit echt?’ Om nog maar te zwijgen van alle prijzen, onderscheidingen en collabs. Muller Van Severen werd al gauw aangesproken door Reform Copenhagen, door Hermès en nu ook door Hay.
‘Twee jaar geleden zijn Rolf en Mette Hay langs geweest. Het klikte meteen. Ze zijn minstens even gepassioneerd met design bezig als wij’, vertelt Muller. ‘Ons werk wordt ook door jonge mensen geapprecieerd. Dat zij via Hay ook stuks van ons in huis kunnen halen, dat is toch alleen maar een goeie zaak?’
Een andere serie die het atelier verlaat, is de All Tubes-reeks. Stoelen, banken en kasten uit onbewerkte buizen in aluminium. In oktober vorig jaar bedacht, afgelopen januari geproduceerd en begin maart te zien op de Collectible-beurs in Brussel.
‘Ik word een beetje onpasselijk wanneer ik zie hoeveel design er op de markt komt. Ik heb zelfs geen Instagram op mijn telefoon staan.’Fien Muller
‘Wij zijn op ons best in tentoonstellingen en in series’, zegt Van Severen. ‘Omdat die ons beperken. Een serie bedenken stelt grenzen aan ons ontwerpproces. Dat hebben we nodig. We begrenzen onszelf door op één materiaal of één vormentaal te fixeren.’
Het werken in series is ook een manier om gedachten te ordenen. Want creatieve geesten, weet u wel. Van Severen is een verwoed ordenaar, onbewust zelfs. Tijdens ons gesprek ordent hij minutieus alle kantoorbenodigdheden netjes en rechtlijnig op een wit A4-blad.
10 jaar Muller Van Severen
Het afgelegde parcours mag dan indrukwekkend zijn. Te veel terugkijken is aan het koppel niet besteed. Ze kijken liever vooruit. Al is er een en ander veranderd die afgelopen jaren. ‘Het stressniveau is naar beneden’, zegt Van Severen met duidelijke opluchting in zijn stem.
‘Nu we zelf niet meer instaan voor productie, logistiek en transport is er een juk van onze schouders gehaald. Dat deel is nu in handen van de merken en galeries waarmee we samenwerken. Bovendien hebben we nu een medewerker in dienst die heel wat taken kan overnemen.’ De Muller Van Severen-ontwerpen mogen er dan eenvoudig uitzien, technisch zijn ze bijzonder uitdagend. ‘Story of our life’, lacht Muller.
Door het uitbesteden van de productie blijft er meer tijd over voor de geneugten van het vak. ‘Dat gevoel wanneer je een ontwerp voor het eerst ziet in drie dimensies, je het kan voelen en vastpakken, dat is zó plezant aan onze job. Ik hoop dat dat niet went’, vertelt Muller. Waarop Van Severen beaamt: ‘Toen we bij de lasser kwamen om de eerste All Tubes-stoel te zien, liet die ons nog even wachten. Hij bleef een beetje vaag over de stoel, en of die nu gelukt was of niet. Dan word ik toch zenuwachtig. Maar dan laat hij ons binnen en zie je die stoel staan.’
‘Ja dan is het feest’, zegt Muller. ‘Dan besef ik hoe uniek het is dat wij dat gevoel als koppel met elkaar kunnen delen. Het is de geboorte van een kind, zo euforisch is die sensatie. Als ik onszelf iets mag wensen in de komende tien jaar, dan is het toch wel dat dát gevoel niet mag overgaan.’
Vitra House
Over tien jaar zal Van Severen de kaap van vijftig jaar overschreden hebben. Een leeftijd die vader Maarten Van Severen nooit heeft mogen halen. ‘Dat is wel een vreemd gevoel ja, het besef hoe jong dat wel is: 48 jaar.’ Maar Van Severen voelt zich niet langer in een hoekje geduwd als ‘de zoon van’.
‘Internationaal ben ik dat nooit geweest, het was vooral in België dat ze me voortdurend associeerden met mijn vader. Nu heb ik mijn eigen taal gevonden, mijn eigen creatieve wereld. Net als mijn drie broers trouwens’, zegt hij.
‘Onlangs stonden er stukken van Fien en mij in het Vitra House in Weil am Rhein, Duitsland. Meubelproducent Vitra heeft stukken aangekocht voor zijn collectie. Daar zijn we heel trots op. Omringd door mijn werk én dat van mijn vader (Maarten Van Severens iconische stoel .03 is bij Vitra in productie, nvdr.) zei Rolf Fehlbaum, Vitra’s CEO: “Wat ik vooral positief vind, is dat je nooit hebt geprobeerd je vader te kopiëren, maar altijd je eigen ding hebt gedaan.” Dat vond ik een heel mooi compliment.’
‘In België werd ik lange tijd voortdurend geassocieerd met mijn vader. Maar nu heb ik mijn eigen taal gevonden, mijn eigen creatieve wereld.’Hannes Van Severen
Ook Muller heeft een erfelijke band met meubelen: bijna de hele familie zit in de kunst- en antiekwereld. En een eerste blik op de schilder- en knutselwerken in huis doet vermoeden dat de dochters het artistieke gen hebben geërfd. Over tien jaar telt dat huis twee volwassen dochters.
‘We hopen dat ze net als wij hun passie vinden. Maar eenvoudig is dat niet’, zegt Van Severen. ‘Ik vond dat een heel verwarrende tijd. Op mijn achttiende werd ik op de wereld losgelaten. Een beeldhouwer waar niemand op zat te wachten.’ ‘Ik wil onze dochters vooral meegeven dat ze hun gevoel moeten volgen’, zegt Muller. ‘Wij doen hele dagen onze goesting. En dat zien zij ook. Ik hoop dat ze daar iets van opsteken.’
Zal die goesting zich nog steeds binnen de vier muren van dit atelier bevinden, over nog eens tien jaar? Van Severen en Muller kijken elkaar aan. ‘Ja hoor, dat denk ik wel’, zegt Muller vastberaden. En spreek ik dan nog steeds tot het ontwerpersduo Muller Van Severen? ‘Ja, natuurlijk’, antwoordt Van Severen snel, waarop Muller voorzichtig inpikt. ‘Ja, of niet he… Als het op is, dan is het op. (denkt na) Maar het zal niet op zijn.’ (lacht)