Op zijn 86ste debuteert Karl Lagerfeld met ‘Architectures’: zijn eerste neoklassieke meubelcollectie voor Carpenters Workshop. Waar haalde hij de mosterd én de inspiratie? ‘De oude Grieken kenden niks van slechte smaak.’
Van Karl Lagerfeld hebben we al van alles zien passeren: modecollecties, accessoirelijnen, cosmetica, geurkaarsen, een gepimpt cola light-blikje, de scenografie voor de Parijse Biennale des Antiquaires, een fotoshoot voor Cassina, een presidentiële suite in het Hôtel de Crillon.
Maar een eigen meubelcollectie? Nee, daarvoor wachtte de legendarische modeontwerper tot zijn 86ste. Begrijpelijk ergens, want zijn devies is al jaren: ‘Elke dag een nieuwe uitdaging.’ De workaholic Karl stopt gewoon nooit met creëren. Zelfs op de vernissage van zijn eerste meubelexpo, ‘Architectures’ bij Carpenters Workshop, was hij te laat. Twintig minuten voor het einde kwam hij pas binnenvallen. De reden: hij was nog druk bezig op een fotoshoot.
Crillon-connectie
Lagerfeld is en blijft een workaholic. Zelfs voor de vernissage van zijn eerste meubelexpo was hij te laat. ‘Te druk bezig op een fotoshoot.’
Neoklassiek: zo kan je de meubelcollectie wel noemen die tot 22 december in het Parijse filiaal van Carpenters Workshop te zien is. In zwart-en-witgeaderde marmers liet Lagerfeld spiegels, consoles, tafels, bijzettafels en fonteinen maken. De prijzen variëren van 8.000 tot 150.000 euro.
Het duurst zijn de stukken in witte ‘arabescato fantastico’, een marmersoort die al decennia uitgeput is. ‘Er resten nog een paar blokken, maar de marbriers vragen hoge prijzen’, zegt Cédric Morisset, global director van Carpenters Workshop, een high-end designgalerie in Parijs, Londen, New York en San Francisco die limited editions produceert van onder meer Studio Job, Rick Owens, Nendo, Robert Stadler en Vincenzo De Cotiis.
Niet hij, maar de Libanese architecte Aline Asmar d’Amman was de matchmaker tussen de galerie en Lagerfeld. Toen zij in 2011 van de Saudische eigenaar de opdracht kreeg om het Hôtel de Crillon te renoveren, vroeg ze de modeontwerper om de presidentiële suite mee te tekenen. ‘Onder meer de staande lampen, die op de lichtsabels van Star Wars lijken, zijn toen al ontworpen. Carpenters Workshop werd toen ingeschakeld als producent, maar wij wilden niet alleen helpen bij de fabricage. Op termijn wilden we een hele collectie ontwikkelen samen met Karl’, zegt Morisset. ‘Dat is ‘Architectures’ geworden.’
Mussolini
Ja, je vindt in de meubels echo’s van de beroemde kolommen van het Hôtel de Crillon, gebouwd in 1753 en heropend in 2018. Maar meer voor de hand liggend zijn de referenties aan klassieke Griekse en Romeinse architectuur. ‘Ik hou van de uitdrukking “moderne mythologie”’, zegt Lagerfeld. ‘Die perfecte proporties van Griekse zuilen zijn de eeuwige standaard voor schoonheid. Eens en voor altijd. De Grieken kenden niks van slechte smaak. Niks is moderner dan de antieke oudheid.’
Wij zien er eerlijk gezegd ook knipogen naar de jaren dertig en veertig in, naar Adolf Loos en (vooral) Albert Speer. Misschien inspireerde Lagerfelds kantoor voor Fendi hem ook wel? Dat ligt in een neoklassiek gebouw, het Palazzo della Civiltà Italiana, net buiten Rome. Dat ‘20ste-eeuwse Colosseum’ bestelde Mussolini net voor de Tweede Wereldoorlog.
‘Karl spreekt zelf niet over dat soort referenties. Hij heeft het vooral over de Villa Kérylos in Zuid-Frankrijk, de fascinerende woning die de archeoloog Théodore Reinach tussen 1902 en 1908 voor zichzelf liet bouwen in Griekse stijl. De fontein op de expo is rechtstreeks geïnspireerd op die van de villa’, zegt Morisset. Lagerfeld deed er inderdaad al vaker fotoshoots. Hij schreef zelfs het voorwoord van een boek over de villa, die hij ‘zijn absolute lievelingswoning’ noemt. ‘Karl heeft sowieso een enorme kennis van de architectuur- en meubelgeschiedenis. Hij had een collectie 18de-eeuws meubilair, verzamelde een tijdlang art deco en had een compleet Memphis-interieur in zijn appartement in Monaco’, vertelt Morisset.
Spoor
Voor Cédric Morisset is de cirkel rond. Als journalist voor AD France werkte hij in 2014 nauw samen met Karl Lagerfeld aan een nummer waarvan de modekeizer gasthoofdredacteur was. Lagerfelds spacy appartement met uitzicht op het Louvre haalde toen de cover: een aseptisch interieur vol inox, spiegels en meubilair van Marc Newson tot Martin Szekely. ‘Maar zonder kleur, want ik ben al de hele tijd omgeven door kleuren’, liet hij toen optekenen. Die boutade geldt nog steeds voor ‘Architectures’.
Is de collectie verrassend? Ja. Is ze vernieuwend? Nee. Lagerfeld is heus niet de enige modeontwerper die zich aan high-end meubilair waagde. Onder meer Alexander Wang en Rick Owens gingen hem al voor. ‘Karl Lagerfeld is als ontwerper minstens even belangrijk als Yves Saint Laurent, maar die heeft nooit een meubellijn getekend’, zegt Morisset. ‘Karl wil met deze collectie een spoor nalaten. Hij maakt een tijdloos statement: sculpturale meubels die niet uit de mode kunnen raken.’
Karl Lagerfeld, Architectures, nog tot 22 december in Carpenters Workshop in Parijs.