Designer Julien Renault | ‘Niet neerzitten staat symbool voor vrijheid’
Product- en interieurdesigner Julien Renault over het leven op het puntje van zijn ‘Selene’-stoel: romantisch racen, snuisteren in oude designboeken en bricoleren.
Product- en interieurdesigner Julien Renault over het leven op het puntje van zijn ‘Selene’-stoel: romantisch racen, snuisteren in oude designboeken en bricoleren.
‘De ‘Selene’ van Vico Magistretti, de eerste designstoel ooit die ik tweedehands kocht. Ik heb er thuis intussen drie groene en vier witte. Mettertijd besefte ik dat nogal wat designers die kopen. Ongetwijfeld omdat hij niet duur is. Maar vooral omdat het model uit 1968 zo ingenieus in elkaar zit: het bestaat uit één stuk plastic van drie millimeter. Ongelofelijk dat hij zonder computer is ontworpen. De ‘Selene’ was mijn entree tot het werk van Vico Magistretti (1920-2006), een van mijn lievelingsdesigners. Hij was heel productief, maar zijn oeuvre is wel samenhangend.’
‘Het krachtige groen van deze stoel heeft me geïnspireerd voor ‘Pastis’, mijn eerste meubelcollectie voor HAY, die dit najaar is uitgekomen. Ik kreeg van HAY de opdracht om een massieve houten stoel te ontwerpen die over vijftig jaar nog actueel zou zijn. Een uitdaging, zeker als de vraag van een Deense meubelproducent komt.’
‘Ik hou van snuisteren in boekenwinkeltjes. In oude boeken over design en architectuur speur ik graag naar onbekende ontwerpen. Soms staan ze op de achtergrond van vintage interieurfoto’s. Soms zie ik er in boeken over moderne architectuur of Scandinavisch design. Zo ontdekte ik al prachtige stoelen van Børge Mogensen, Johnny Sørensen, Søren Holst en Simo Heikkilä. Een boek waarin ik graag kijk, is ‘Architects’ Homes’ van Robert Winkler uit 1955. Daarin zie je hoe architectuur en meubilair mooi in symbiose kunnen zijn. Recent ben ik ook geïnspireerd door de architectuur in de stad Christchurch, Nieuw-Zeeland, bijvoorbeeld van Warren & Mahoney, Allan Mitchener of Griffiths, Moffat & Partners. Er zijn al zo veel fantastische zaken ontworpen, het geeft me nog meer zin om zelf te tekenen. Boeken zijn een onuitputtelijke bron van inspiratie. Als ik er een opensla, ontdek ik altijd iets anders. Soms is het zelfs een banaal detail dat me triggert voor iets nieuws.’
‘Ik wil een panel samenstellen met kunstenaars, architecten, ontwerpers en muzikanten. Stuk voor stuk visionaire figuren die ook een tikje gek waren. Ik denk aan architecten als Charlotte Perriand en Louis Herman De Koninck, muzikanten als David Bowie, Thom Yorke en Serge Gainsbourg, designers als Maarten Van Severen en Achille Castiglioni en kunstenaars als Donald Judd, Eduardo Chillida en James Turrell. Ik zou zelf niet veel zeggen, tijdens het diner wil ik vooral luisteren. En de mens achter de artiest leren kennen.’
‘Op die van een racepiloot. Ik ben opgegroeid met formule 1. Een tijdlang verloor ik mijn interesse, maar de passie wordt weer groter, merk ik. Een autofreak ben ik niet, ik hou wél van de menselijke verhalen van de piloten en de romantiek van de racerij. De geluiden, de geur, de snelheid: autopiloot moet toch een geweldig beroep zijn.’
De ‘Selene’, gelanceerd in 1968, is tot in de jaren 1980 geproduceerd door Artemide. Het revolutionaire, vederlichte model bestaat integraal uit een stuk plastic van drie millimeter dik. De S-vorm komt terug in de zitting, de leuning en de pootprofielen.
‘Als ik me moet concentreren om een product te ontwerpen, dan kan ik gemakkelijk aan mijn bureaustoel gekluisterd blijven. Maar als ik mijn gedachten wil verzetten of inspiratie wil opdoen, dan zit ik liever in een fauteuil.’
‘Alles wat me van achter mijn computer haalt. Niet neerzitten staat symbool voor vrijheid. Sporten, tuinieren, bricoleren, mijn appartement al sinds een jaar renoveren: het maakt me gelukkig.’