Jaarlijks belanden miljoenen tennisballen op het stort, maar Mathilde Wittock ziet er een kans in. De jonge Brusselse designer creëert er chaises longues, zitbanken en geluidswerende panelen mee.
Jaarlijks belanden miljoenen tennisballen op het stort, maar Mathilde Wittock ziet er een kans in. De jonge Brusselse designer creëert er chaises longues, zitbanken en geluidswerende panelen mee.
© Rodolphe de Brabandere

Brusselse Mathilde Wittock (26) verovert de wereld met meubels van oude tennisballen

Pas 26 en nu al staat de Brusselse Mathilde Wittock op Brafa in Brussel, de Design Week van Milaan en de Surface Design Show in Londen met... meubels van oude tennisballen.

Als tennisspeler herken je het meteen: na drie matchen zijn je nieuw aangekochte tennisballen al plat – of door het Belgische weer gewoon kletsnat. Gevolg? Onbruikbaar en rijp voor de vuilnisbak. ‘New balls, please’, roepen de tennispro’s op Wim­bledon, Roland-Garros en de US Open meerdere keren per match. Maar al die afgedankte ballen recycleren? Dat is duur, omslachtig en arbeidsintensief.

Bijna alle 330 miljoen tennisballen die elk jaar wereldwijd worden geproduceerd, belanden uiteindelijk op het stort, waar ze meer dan vierhonderd jaar nodig hebben om te ontbinden. In België alleen al komen er jaarlijks zo’n drie miljoen afgedankte ballen in de verbrandingsoven terecht. Zijn tennisballen een ramp voor de planeet? ‘Padel is de jongste jaren wereldwijd enorm populair geworden, wat het recyclageprobleem van de ballen alleen maar groter maakt’, vertelt ecodesigner Mathilde Wittock (26) in haar atelier in Zaventem. ‘Om één tennisbal te produceren zijn er 24 verschillende stappen nodig, een proces dat vijf dagen duurt. De bal bestaat uit rubber, vilt, wol en nylon – een mix die recyclage enorm bemoeilijkt. Ik speel zelf tennis, dus weet welke afvalberg de sport voortbrengt.’

Advertentie
Advertentie

Is er een oplossing voor dit probleem? Wittock denkt van wel. Ze zocht een nieuw leven voor het kleine, pluizige, gele balletje en creëert nu op maat gemaakte meubels – van chaises longues en zitbanken tot krukjes – van afgedankte tennisballen. Hier geen klassieke kussens, maar gekleurde tennisballen om op te zitten. En die zitten – verrassend – comfortabel. ‘Mijn ontwerpen prikkelen alle zintuigen’, zegt Wittock. ‘Het is een ambacht, een mix van kunst en design, gedreven door emotie. Tegenwoordig zijn veel ontwerpen geur- en kleurloos, steriel en van plastic. Totaal het tegenovergestelde van waar ik voor wil staan.’

Voor één zitbank gebruikt Wittock zo’n drie- tot vijfhonderd tennisballen. Het maken van een zetel neemt in totaal vijf dagen in beslag. Pure handenarbeid.
Voor één zitbank gebruikt Wittock zo’n drie- tot vijfhonderd tennisballen. Het maken van een zetel neemt in totaal vijf dagen in beslag. Pure handenarbeid.
© Lucien

Hypersensitief voor geluid

Haar zitbanken en chaises longues zijn de eyecatchers van Wittocks atelier, maar haar best verkochte ontwerp is een stuk praktischer: geluidsdempende wandpanelen. ‘Tennisballen zijn bedekt met vilt aan beide kanten, ideaal voor een goede geluidsabsorptie.’ De panelen vormden het startpunt van haar collectie, die ze drie jaar geleden ontwierp aan de kunstschool Central Saint Martins in Londen. ‘Zelf ben ik erg gevoelig en zelfs hypersensitief voor geluid, waardoor ik snel geïrriteerd en gefrustreerd raak door omgevingsgeluiden. Tijdens mijn opleiding productdesign kreeg ik de opdracht om een ontwerp te maken voor een open kantoorruimte. Omdat het voor mij een uitdaging zou zijn om daar zelf te werken door het achtergrondlawaai, deed ik onderzoek naar geluidsoverlast en de impact ervan op onze gezondheid. Daaruit bleek dat open ruimtes, zoals kantoren, echt nood hebben aan geluidswerende oplossingen. De meeste designers ontwerpen voor het oog, en niet voor het oor.’

Regenbogen in steen | Kasper Bosmans en Tanguy Van Quickenborne zien het groots
Advertentie

Een duurzame oplossing vinden was voor Wittock een must. ‘De meeste geluidswanden op de markt zijn gemaakt van vervuilende materialen zoals petroleum. Ik wilde een bestaand materiaal vinden dat overal ter wereld beschikbaar is en lokaal geproduceerd kan worden.’ Haar zoektocht bracht haar bij een oude bekende: tennisballen. Een logische keuze voor iemand die zelf graag in haar vrije tijd op het tennisveld te vinden is. ‘Al heb ik er nu nog amper tijd voor.’ Voor een zitbank gebruikt de designer, afhankelijk van de maat, zo’n drie- tot vijfhonderd tennisballen. Het maken van zo’n zetel neemt in totaal vijf dagen in beslag. Pure handenarbeid. ‘Alleen al het versnijden van de tennisballen met de hand duurt twee tot drie dagen. Ik laat niets verloren gaan; de volledige tennisbal wordt gebruikt.’

Advertentie
Advertentie
Het is Wittocks grote droom om met haar design de wereld te veroveren. Er lopen al wereldwijde bestellingen binnen, van kantoorgebouwen tot restaurants en muziekgroepen.
Het is Wittocks grote droom om met haar design de wereld te veroveren. Er lopen al wereldwijde bestellingen binnen, van kantoorgebouwen tot restaurants en muziekgroepen.
© O. Tkachuk for Augusta gallery

Mysterieuze weldoener

Daarna worden de ballen gekleurd. ‘Ik werk alleen met de primaire kleuren – rood, geel en blauw – en werk rechtstreeks op de gele tennisballen. Er komt dus geen schadelijke ‘bleach’ aan te pas. Hoe de kleur er uiteindelijk uitziet? ‘Dat weet ik niet vooraf’, zegt Wittock. ‘Elk merk tennisballen heeft een andere samenstelling van wol en nylon, waardoor ze de verf anders opnemen. Ook speel ik met de tijd die ze in het verfbad liggen.’ Daardoor hebben de panelen en meubels van Wittock een degradé-effect. Waar Wittock haar tennisballen kleurt? ‘Gewoon hier, in de keuken of badkuip van mijn atelier’, lacht ze.

Duizenden, zoveel tennisballen liggen er op dit ogenblik in Wittocks werkruimte. De meeste krijgt ze via donaties van tennisclubs, maar ze werkt ook samen met de Waalse tennisfederatie, die haar meer dan honderdduizend ballen aanbood. ‘Hoelang ik daarmee verder kan, is nog onduidelijk, hopelijk een halfjaar.’ Ook vrienden en kennissen schenken geregeld tennisballen aan Wittock. ‘Recent liet iemand een zak met honderd tennisballen achter op het dak van mijn auto. Geen idee wie de mysterieuze weldoener is, maar geef mij een zak vol tennisballen en ik gebruik ze allemaal.’

De Soundbounce-meubels die Wittock met tennisballen maakt, zijn wereldwijd te zien op prestigieuze designbeurzen.
De Soundbounce-meubels die Wittock met tennisballen maakt, zijn wereldwijd te zien op prestigieuze designbeurzen.
© O. Tkachuk for Augusta gallery

Instafamous

De tennisballen worden zonder lijm bevestigd op panelen van lokaal hout, onder meer uit het Zoniënwoud. Door deze specifieke techniek blijven de logo’s van de tennisballen onzichtbaar. ‘Onlangs gingen enkele video’s van mijn ontwerpen viraal op Instagram. Sindsdien stromen de berichtjes binnen met de vraag hoe ik het precies maak. En ja, er zijn copycats, maar ze krijgen de tennisballen niet op dezelfde manier versneden. Gelukkig heb ik een patent bemachtigd om mijn ontwerp te beschermen.’

Het is Wittocks grote droom om met haar design de wereld te veroveren. ‘Aangezien het lokaal geproduceerd kan worden, kunnen designers of kunstenaars het overal ter wereld maken. Er is vraag uit Spanje, Portugal, de VS en zelfs Australië om mijn ontwerp daar ter plaatse te produceren. Hoe dat precies in zijn werk gaat, ben ik nu aan het uitzoeken. Het zou mooi zijn om zo sneller te kunnen internationaliseren.’

Dat de ontwerpen van Wittock aanslaan, blijkt ook uit de wereldwijde bestellingen die binnenlopen. Van kantoorgebouwen tot restaurants en muziekgroepen, iedereen wil een ‘Soundbounce’ – de officiële naam voor Wittocks ontwerpen – in huis hebben. Ook de tenniscommunity is fan. ‘Zo heb ik al banken gemaakt voor de viplounges van de ATP-toernooien in Londen, en de European en US Open. Ook enkele tennisspelers hebben zelf al een bestelling geplaatst.’ Of Rafael Nadal een van die bekende kampioenen is? ‘Van hem heb ik nog geen berichtje of bestelling ontvangen, maar hopelijk one day!’

Het werk van Mathilde Wittock
| Van 14 februari tot en met 29 maart bij de Brusselse designgalerie Augusta, Coppensstraat 5, 1000 Brussel

Advertentie