© Wouter Maeckelberghe

‘Ik noem mijn collectie parfums mijn pensioenfonds, en toch is het een slechte investering’

De wereld van de collectioneurs is er een van dromen, bezitten en (ja, af en toe ook) bezeten zijn. In deze aflevering: de vervlogen geuren van Sofie Albrecht.

In haar meterslange vitrinekast staan maar liefst tweeduizend miniatuurparfumflesjes. ‘Die dienen vooral als visuele referentie voor mijn schrijfwerk’, zegt Sofie Albrecht. ‘Vaak zijn ze ook een goede deal. Er is een trend naar parfums tot 500 euro. Voor de grote luxegroepen is the sky the limit. Ze weten dat mensen dat toch betalen. Neem nu deze ‘L’Art et la Matière’-collectie van Guerlain, met flessen van 250 tot 300 euro. Ik kan niet de hele collectie kopen, dus schaf ik die in miniatuurversie aan voor 300 euro. In principe gebruik ik deze parfums niet. Maar als ik op zoek ben naar een specifiek ingrediënt, zoals oranjebloesem en dat nergens in mijn grote flessen heb staan, kan het wél. Van een echte verzamelaar mag dat niet. Het flesje moet voor zo’n diehard ook in het doosje blijven. Maar ik vind zo’n flesje mooier om naar te kijken.’

Parfums | Ruiken we binnenkort allemaal naar wortel en tomaat?
Advertentie
Advertentie

Tegen een andere wand staan kasten vol ‘gewone’ flessen, de meeste nog ongeopend in de verpakking. ‘Toen ik drie jaar geleden verhuisde, herleidde ik mijn collectie van 400 naar 320. Intussen zijn het er alweer 500. De meeste grote flessen sturen de merken me op. Maar ik koop ook veel. Zeker van kleine nichemerken die niet het budget hebben om pr-samples uit te delen.’

Sofie Albrecht (51)

  • Beautyredactrice en parfumexperte.
  • Heeft een beautyblog sofiealbrecht.com.
  • Schreef het boek ‘Parfumwijzer’ en maakte de podcast ‘Haal meer uit je neus’.
  • Geeft lezingen en workshops.

Slecht pensioenfonds

Albrecht spaart al parfums sinds haar kindertijd. ‘Hier en daar kreeg ik flesjes cadeau, later werkte ik als jobstudent in een parfumerie. Nu ga ik naar gespecialiseerde verzamelaarsbeurzen en koop online via Ebay en Vinted. Een courant miniatuurflesje zonder doosje kost zo’n vijf euro; mét doosje is dat tien euro. Voor nichemerken schiet de prijs omhoog naar twintig, dertig, soms zelfs vijftig euro. En dan hebben we het over de nieuwe exemplaren. Dit Alaïa-parfum is niet meer te krijgen en is een echt collector’s item. De oude Chanel-parfums kosten honderd euro en meer.’

‘Ik noem de collectie soms mijn pensioenfonds, en toch is het een slechte investering. Parfum blijft niet eeuwig goed, maar wel langer dan de mensen denken. Ik heb flessen van twintig jaar die nog prima zijn. De frisse topnoten oxideren, maar de basisnoten zoals hout en vanille blijven stabiel.’ Ze toont een flesje ‘Fleurs de Rocaille’ van Caron, waaruit een bruine, stroperige substantie loopt. ‘Van de jaren 50, denk ik. Dat is niet meer goed.’ (lacht)

Advertentie

‘Het is niet zo dat ik eraan vasthang. Stel dat ik oud ben en geen geld meer heb, of dat de kinderen iets nodig hebben, dan verkoop ik de collectie. Nu doe ik dat alleen met dubbele exemplaren. Liever ruil ik met een collectioneur die even gek is als ik.’

‘Parfum blijft niet eeuwig goed, maar wel langer dan de mensen denken’, weet Sofie Albrecht.
‘Parfum blijft niet eeuwig goed, maar wel langer dan de mensen denken’, weet Sofie Albrecht.
© Wouter Maeckelberghe

Zweterig paard

Is het verzameldrift? Hebzucht? ‘Het gaat om veel meer dan alleen het hébben. Een deel van mijn collectie is een manier om verdwenen geuren te bewaren. Zoals de Gucci’s uit de jaren 70. Onder Tom Ford werden de parfums strakker en moderner, daarna excentriek en kleurrijk toen Alessandro Michele aan het roer stond. ‘Byredo M/Mink’, bijvoorbeeld, is geïnspireerd op de geur van inkt. Zoals het gros van de parfums hier draag ik het niet, maar dat doet er niet toe: ze zijn speciaal, en ik vind het erg dat ze niet meer bestaan. Hetzelfde geldt voor ‘Muscs Koublaï Khan’ van Serge Lutens: de geur van een man die al drie dagen op zijn zweterige paard zit. Die geur is geïnspireerd op dierlijke muskus, gewonnen uit de klieren van het muskushert. Dat dier was in de jaren 70 bijna uitgestorven, doordat het ingrediënt duurder dan goud was geworden. Daarom is de industrie moleculen gaan synthetiseren. In het Westen is natuurlijke muskus verboden, maar in het Midden-Oosten vind je misschien nog een artisanaal merk dat het gebruikt. De stof werd ook gebezigd in moskeeën. Die verhalen achter parfums vind ik fantastisch.’

Advertentie
Advertentie
Bespoke geuren | Het nieuwe summum voor luxehotels

Nog zo’n zeldzaam, dierlijk ingrediënt is ambergrijs: slecht verteerde visresten uit het darmkanaal van potvissen. ‘Parfummakers betalen er tienduizenden euro’s per kilogram voor. The House of Amouage uit Oman gebruikt het, en van hun producten heb ik álles in miniatuur. Hun ‘King Blue’ is nu mijn favoriet, maar mijn favoriet kan snel veranderen.’

Te weinig respect

‘In de parfumwereld ontbreekt het vaak aan respect voor klassiekers en wat ze hebben betekend’, vindt Albrecht. ‘In 1947 was ‘Vent Vert’ van Balmain het eerste van een lange reeks groene parfums. Een goed parfum reflecteert de tijdgeest of staat er juist haaks op. Groen staat voor lente, hoop, een nieuw begin. Maar plots verdween de geur zomaar van de markt! Zo’n belangrijk parfum! In de kunst zou de wereld in brand staan bij zo’n verlies, in de parfumerie passeert dat allemaal. Ik heb toen alle winkels in binnen- en buitenland uitgekamd, zonder succes.’

Onlangs heeft Balmain het parfum geherlanceerd, samen met andere, eerder geëlimineerde geuren. ‘Ze kwamen in een super-de-luxe collectie voor 300 euro per fles. Ik weet niet of ik dat wil betalen. Wellicht zijn ze ook geherformuleerd – daarover wordt dan niet gecommuniceerd. Als mensen op zoek gaan naar het parfum van hun moeder, blijkt het toch niet hetzelfde te zijn. Zo worden je herinneringen eigenlijk gestolen.’

‘Doorgaans draag ik broeken, maar dan wel met een zeer vrouwelijk parfum bij. Of ik draag wél een jurk, maar dan met een zeer mannelijk parfum. Het is een vorm van communicatie tussen insiders’, aldus Sofie Albrecht.
‘Doorgaans draag ik broeken, maar dan wel met een zeer vrouwelijk parfum bij. Of ik draag wél een jurk, maar dan met een zeer mannelijk parfum. Het is een vorm van communicatie tussen insiders’, aldus Sofie Albrecht.
© Wouter Maeckelberghe

Flutverhaal

De woningbrandvraag dringt zich op. ‘Ik zou eerst de parfums redden die ik kreeg van een vriendin die er niet meer is. Voorts zou ik oude pièces uniques van ‘Arpège’ redden, die modeontwerpster Jeanne Lanvin liet maken als hommage aan haar dochter. Voor die oude geuren is er een bestaansreden, er zit een verhaal achter. Nu lanceren merken er soms drie of meer per jaar. Dan is dat verhaal er niet. Of ze bedenken een flutverhaal.’

‘Je kunt een parfum om verschillende redenen dragen. Op een moeilijke dag met onderhandelingen kies ik een geur die zegt: don’t mess with me. Die geeft me echt dat gevoel. Doorgaans draag ik broeken, maar dan wel met een zeer vrouwelijk parfum bij. Of ik draag wél een jurk, maar met een zeer mannelijk parfum. Gewoon om mensen een ongemakkelijk gevoel te geven. Het is een vorm van communicatie voor insiders. Parfums vormen een onzichtbare taal. Het is geweldig als iemand dat herkent, of gewoon zegt dat ik lekker ruik.’ (lacht)

Advertentie