Ooit reed autoverzamelaar Luc Verloo nog op het circuit van Zolder en Francorchamps. Vandaag speelt de actie zich in zijn garage af, waar hij naast twee Jaguars, twee Austin-Healeys en een Porsch ook tal van vintage Fords bewaart. "Ik kan geen afscheid nemen."
Luc Verloo, ancien concessionnaire Ford
‘Mijn probleem is dat ik geen auto’s kan verkopen’, lacht Luc Verloo, die tot tien jaar geleden concessiehouder van Ford was. Hij trekt de poort van zijn privégarage open. ‘De Ford Prefect (1955) was een van de allereerste auto’s die mijn vader verkocht toen hij de garage begon waar ik als peuter al rondliep en later altijd heb geholpen.'
'Nadat die klant 15 jaar later overleed, stond de auto in zijn tuin. Ik ben hem nog zelf gaan halen. Intussen staat hij al vijftig jaar weer bij ons, maar hij bleef origineel en - met uitzondering van de zetels - ongerestaureerd. Vorige week heb ik hem nog eens laten draaien. Twee pogingen en hij was weg.’
Sneller dan de Porsche
De monsterlijke Ford Escort RS Cosworth (1993) wat verderop is van een andere orde. Een straatversie van de rallywagen van destijds, met een gigantische achtervleugel. ‘Ook deze ligt me na aan het hart en wil ik altijd bewaren’, zegt Verloo. ‘Ze zijn in beperkte oplage gebouwd, en de meeste werden stukgereden in de autosport. Ik heb hem twaalf jaar zelf gebruikt, maar hij is als nieuw. En sneller dan de Porsche 911 Carrera (1988).’
Ook die auto is origineel, ongerestaureerd en in bijna-nieuwstaat, met amper 106.000 kilometer op de teller. ‘Ik kocht hem van een buurvrouw, nadat haar man was overleden. Alvorens dat mocht, moest ik wel beloven hem niet door te verkopen. Ik zorg er nu voor.’
Jaren 60
Er staan twee exemplaren van de Austin-Healey 3000 Sports Convertible (1963, 1964). ‘Zo kocht mijn vader er een toen ik klein was. Ik herinner me hoe mijn moeder me ermee naar school bracht. Tien jaar geleden kocht ik er zelf een, de tweede volgde vier jaar geleden, voor mijn zoon. De motoren verliezen wat olie, maar zijn vrij betrouwbaar en vooral zeer robuust. Ze leveren 150 pk: toen was dat wat.’
Ook zijn Flandria Rekord 5 (1969) is een bron van nostalgie. Flandria was een Belgisch bromfietsenmerk met behalve in Zedelgem en Zwevezele ook fabrieken in Nederland, Frankrijk, Marokko en Portugal. ‘Zo had ik er een toen ik 16 was. Toen was het een enorme rage. Dit exemplaar vond ik op een beurs in Wieze en knapte het op - met de coronacrisis is er wat meer tijd om alles in orde te brengen.’
Van Ford naar Jaguar
‘De Jaguar E-Type Series 2 (1969) heb ik pas sinds vorig jaar. Het is een icoon waarvan ik altijd al hield, met die heerlijk lange neus. De XK8 Convertible (1996) nam ik over van een klant. Nadat Ford Jaguar opkocht, kon ik daar ook mee rijden’, lacht hij.
In een tweede garage staan ook vrij gewone auto’s die hij terugnam van klanten en nu niet meer kan wegdoen. ‘Deze Ford Escort Cabriolet (1993) is nog pico bello - je moet eens kijken naar die zeteltjes. Waarde heeft hij niet, maar dat is niet zo belangrijk.'
'De Streetka (2003) heb ik zelfs nooit verkocht. Het is een knap ontwerp van Pininfarina, destijds gelanceerd door Kylie Minogue. Daarvan werden er niet zoveel geproduceerd. Bij een vriend heb ik nog een Escort Mk2 Belga-rallywagen met de Pinto-tweelitermotor (1979), dezelfde waarmee ook rallykampioen Robert Droogmans reed. Ik vond hem toevallig op een onlineveiling van Vavato en ben nu details aan het bijwerken.’
Niet alle auto’s zijn ingeschreven, maar tweemaandelijks moeten ze wel eens draaien. ‘Ik rij dan enkele rondjes op de parking en laat alles eens functioneren, tot de ruitenwissers toe’, lacht Verloo. ‘In de tweede helft van de jaren 80 reed ikzelf in de Escort Star Cup op, onder meer, Zolder en Francorchamps. Later ging ik samen met mijn zoon in een Escort Cosworth op circuit rijden.’
Trots wijst hij nog naar een trailer met een kart en werkbenodigdheden. ‘Van mijn jongste kleinzoon. Ik ga vaak met hem mee. Hij heeft de microbe helemaal overgeërfd, de oudste dan weer helemaal niet.’