De hyperexclusieve autocollectie van Ginion Group-CEO Stéphane Sertang.
De hyperexclusieve autocollectie van Ginion Group-CEO Stéphane Sertang.
© Alexander D'Hiet

De hyperexclusieve autocollectie van Ginion Group-CEO Stéphane Sertang

De wereld van de collectioneurs is er een van dromen, bezitten en (ja, af en toe ook) bezeten zijn. In deze aflevering: de hyperexclusieve autocollectie van Stéphane Sertang.

Autobiografie

Stéphane Sertang (55) | CEO Ginion Group

| Daily | BMW iX (2023).
| Eerste | ‘De Honda CRX (1983) van mijn moeder die ik in 1988 kreeg.’
| Favorieten | ‘De BMW 328 (1937) en de Ferrari F430 Scuderia Spider 16M (2009).’
| Slechtste | Maserati 3500 GT Touring Superleggera (1959). ‘Wondermooi, maar hij heeft niet één rally uitgereden.’
| Droom | ‘Nog véél. Doe maar een klassieke Mini Cooper die deelnam aan de Rally van Monte Carlo. Er zijn veel valse op de markt.’

‘Ik heb géén mancave’, had hij gezegd. Maar Stéphane Sertang heeft de industriële ruimte in het Brusselse wel fraai aangekleed. Slechts een deel van zijn collectie staat er, maar dat is ruim voldoende om ons te doen verstommen. Zijn schoonvader, Freddy Ginion, begon in 1966 met een benzinepomp en werd een jaar later officieel BMW-agent. Ook zijn oom had een dealership. Op die fundamenten bouwde Sertang samen met zijn vrouw Annick Ginion een imperium uit. Tot voor kort omvatte Ginion Group concessies voor BMW,  Volvo, Mini, Ferrari en Maserati, en was exclusief importeur van McLaren en Rolls-Royce. Na een verkoopronde in 2022 bleef alleen Ferrari over, met Francorchamps Motors in Brussel en Luxemburg. Sertang herstructureerde de groep naar groene mobiliteit, laadinfrastructuur en vrijetijds- en collectiewagens, met onder meer Ginion Classics en Master Switch, dat rally’s organiseert.

Advertentie
Advertentie
Liefde voor Lancia | Ontdek de unieke Lancia-collectie van Jan Van Hoorick

Zijn persoonlijke collectie weerspiegelt die rijke geschiedenis. Hoeveel stuks hij precies bezit? ‘Een zeker aantal’, klinkt het mysterieus. Het aantal nadert de vijftig. ‘Het gaat snel’, aldus Sertang.

De ruimte is tot de nok gevuld en herbergt dan nog maar een deel van de collectie.
De ruimte is tot de nok gevuld en herbergt dan nog maar een deel van de collectie.
© Alexander D'Hiet

Mini’s en meer

‘We zijn grote Minifans’, lacht hij. ‘Ieder gezinslid heeft er minstens een. Ook ik, voor als ik incognito wil rijden.’ Op een plateau in de nok staan twee exemplaren van de super-de-luxe Cooper S Series 2 Inspired by Goodwood (2015), een handgeschakeld, een ander met automaat. De lak, het leder, het inleghout, de wollen tapijten en de hemelbekleding komen rechtstreeks van Rolls-Royce. Verderop staat een John Cooper Works (2010), de snelste Mini-uitvoering. ‘Daar hebben we veel mee gereden: hij heeft 18.000 kilometer’, klinkt het. ‘Ik heb ook een Series 1 (2003), waarmee we deelnamen aan de Mini Challenge.’

Advertentie
Advertentie
Advertentie

Ook de BMW E30 M3 uit 1991 speelt een rol in zijn verhaal. ‘Toen ik mijn vrouw ontmoette, reden we in een gesloten versie. We wilden graag een witte cabriolet met zwart leder. Die vond ik uiteindelijk in 2015. Behalve de nieuwe kap is de auto uit 1991 ongerestaureerd. Hij is nu meer waard dan hij ooit kostte.’

Nog in de hoogte zien we een BMW Z1 (1991). ‘Het was een cadeau van mijn schoonvader aan mijn vrouw. Hoewel ze de kleur ‘Fun Gelb’ zelf koos, houdt ze niet van opvallende auto’s. Daardoor heeft de wagen nooit gereden.’

Sertang heeft zowel klassiekers als youngtimers en nieuwe modellen met steigerend paard.
Sertang heeft zowel klassiekers als youngtimers en nieuwe modellen met steigerend paard.
© Alexander D'Hiet

Mille Miglia

De BMW Z8 (2000) is een van zijn grote lievelingen. ‘Een moderne, comfortabele rijders­auto met klassiek design, geïnspireerd op de 507 (1957) waarmee ik in 2008 voor het eerst de Mille Miglia reed, de legendarische rally tussen Brescia en Rome. De zeldzame kleur ‘Stratus Grau’ had ik nooit in het echt gezien.’ Ook bijzonder waardevol is de M1 Procar (1979), de raceversie van de auto waarmee BMW de markt van de supersportwagens betrad. ‘We doen er trackdays mee, ook al ben ik niet de beste piloot.’

Geen dak en geen voorruit: de Ferrari Monza SP2 is er voor de kapitaalkrachtige spartaan.
Geen dak en geen voorruit: de Ferrari Monza SP2 is er voor de kapitaalkrachtige spartaan.
© Alexander D'Hiet

‘Ook mijn vrouw en twee dochters zijn sterk betrokken bij de verzameling’, zegt Sertang, en wijst naar de rode BMW 328 (1937). ‘Met deze auto namen we al vijf keer deel aan de Mille Miglia. Met zijn lage gewicht en kleine, vrij krachtige zescilindermotor was hij voor zijn tijd zeer snel. Over de koershistoriek van dit exemplaar heb ik veel documentatie. Een tweede is in restauratie bij BMW Classic. Een deel gebeurt in München zelf, een deel bij ambachtslui in de buurt. Ook mijn BMW 3.0 CSL ‘Batmobile’ (1974) is daar. Van die auto werden slechts 167 exemplaren gebouwd.’

Advertentie
De BMW 328 (1937) is bijzonder gewild bij collectioneurs.
De BMW 328 (1937) is bijzonder gewild bij collectioneurs.
© Alexander D'Hiet

Sertang heeft ook een liefde voor Ferrari opgebouwd. ‘In 2007 werd de 308 GTS (1977) mijn allereerste Ferrari.’ Zijn 250 GT Pininfarina Convertible (1960) is er niet, de door F1-piloot Charles Leclerc gesigneerde 275 GTS (1965) wel. ‘Dit is het vierde van tweehonderd exemplaren. In 1965 stond hij op het autosalon van Brussel. Ik heb de correspondentie tussen de fabriek in Maranello en de toenmalige invoerder Jacques Swaters. In 2019 werd hij aangeboden op de Amelia Auction in Florida, waar ik hem kocht.’ Sertang betaalde er toen 1.325.000 euro voor. ‘Het jaar erna bracht ik hem weer naar het salon in Brussel en vervolgens naar het Amelia Concours d’Elegance, waar hij in zijn klasse won. De auto werd gerestaureerd bij Ferrari Classiche in Maranello. Daar staan nu enkele andere auto’s van me, onder meer een formule 1-wagen uit 2006. Zo’n restauratie kan twee jaar duren.’

De Ferrari 275 GTS (1965) is het vierde van tweehonderd exemplaren. Sertang betaalde er vijf jaar geleden 1.325.000 euro voor.
De Ferrari 275 GTS (1965) is het vierde van tweehonderd exemplaren. Sertang betaalde er vijf jaar geleden 1.325.000 euro voor.
© Alexander D'Hiet

1.000 pk

Het paradepaardje is de Monza SP2 (2021) in ‘Rosso Barchetta’, de kleur waarin de allereerste Ferrari werd getooid. Dit type maakt deel uit van de hyperexclusieve Icona-serie, geïnspireerd op de vroege racewagens van het merk. De stoelen zijn bekleed met stevig bruin leder, speciaal behandeld om beter bestand te zijn tegen de regen, want een dak heeft de auto niet. ‘Als ik ermee ga rijden, is mijn medewerker Alain altijd in de buurt met een overdekte aanhangwagen’, lacht hij.

Van de Monza SP1 (een eenzitter) en SP2 werden 499 exemplaren gebouwd. Ze behoren automatisch tot het Tailor Made-programma waarmee je je Ferrari volledig uniek kunt maken. Ze kostten nieuw ruwweg anderhalf miljoen euro netto, maar worden nu al voor zowat het dubbele aangeboden. ‘Ja, ze zijn erg duur, maar zo’n auto is veel meer dan een zak geld’, aldus Sertang. ‘Het is puur artisanaal werk.’

Ook zijn 812 Competizione (2023) is maatwerk. ‘Het specifieke rood en het nummer vier verwijzen naar de 312 B2 waarmee Jacky Ickx begin jaren 70 koerste. De auto kreeg ook de gouden wielen en binnenbekleding uit de F1-wagens van toen. Dit jaar reden mijn broer en ik ermee op circuit tijdens de Miami Grand Prix.’ En dan is er nog de SF 90 (2021), Ferrari’s eerste plug-in­hybride met maar liefst 1.000 pk. ‘Dit exemplaar werd uitgevoerd in een degradé van alle roodtinten die doorheen de Ferrari-geschiedenis de revue passeerden.’

De Ferrari Monza SP2 brengt het Barchetta-gevoel van de vroege jaren helemaal terug, maar dan in een hyperexclusieve vorm en met 810 pk aan boord.
De Ferrari Monza SP2 brengt het Barchetta-gevoel van de vroege jaren helemaal terug, maar dan in een hyperexclusieve vorm en met 810 pk aan boord.
© Alexander D'Hiet
Advertentie