Een tocht langs garages in België. Deze week: familiale autoliefde bij Herman Deroost.
Het voorbije weekend vond op het kasteel Belvédère in Wijnegem de 15de editie plaats van het Antwerp Concours d'Elégance. De Sunbeam Alpine Mark I (1955) van Herman Deroost was er een van de beauty’s. Een auto met een lijn waar je uren naar kunt kijken. Hij heeft nog de originele radio en de schakelpook aan het stuur die in de meeste andere exemplaren werd vervangen.
Herman Deroost (59)
Zaakvoerder van het consultancybureau Viisiteam.
Daily: Tesla Model S (2018).
Eerste: Ford Fiesta 1.1 (1976).
Beste: Tesla Model S (2018).
Droom: Bentley Continental GT. ‘Dat wordt mijn laatste auto.’
Deroost doopte zijn verzameling 'The Basement Collection'. Het begon in 2013 in een keldergarage thuis, maar die werd al snel te klein. ‘De passie begon bij mijn vader, maar was wat stilgevallen. Het vuur laaide weer op toen we in een café de vorige eigenaar van de Railton Straight Eight University Saloon (1935) ontmoetten.
Railton was een Engels merk dat van 1933 tot 1940 auto’s bouwde. Van dit type werden er 28 exemplaren vervaardigd, en volgens de Railton-club is dit het enige dat overblijft.
Enkele jaren geleden wonnen we er in Antwerpen de Prix ‘dans son jus’ mee. Recentelijk werden we gecontacteerd door de familie die de auto tijdens de Tweede Wereldoorlog bezat. Mevrouw is diep in de tachtig en komt binnenkort op bezoek. Ze wil hem nog eens zien.’
Intussen is de kelder veel te klein: de collectie herbergt een eigenzinnig samengesteld geheel van 25 auto's. We lopen langs een linksgestuurde Riley RMF Saloon (1953), waarvan slechts een tachtigtal exemplaren werd gebouwd, en een Daimler DB18 Special Sports Drophead Coupé met een koetswerk van Barker & Co. (1950).
Verderop: een Bentley Mark VI Standard Steel Saloon (1952), uitgevoerd in zwart en wit, met een schuifdak en achtergordijntjes die vanuit het bestuurderscompartiment te bedienen zijn.
De wagen is niet in topstaat, maar dat hoeft niet. ‘Ik wil auto’s conserveren, en zo min mogelijk restaureren’, zegt Deroost. ‘We spelen met de idee om met deze wagen deel te nemen aan de rally Peking-Parijs. Hij rijdt uitstekend, en alle onderdelen zijn nog verkrijgbaar.’
Er staat ook een Lotus Esprit (1989). Elders heeft Deroost ook een Eclat (1987) en een Excel (1986). ‘De Eclat is van mijn vader. Hij was vroeger Triumph-dealer. De gele TR6 (1972) kocht ik van hem. Die wagen is al in de familie sinds 1980. En de rode TR3 A kocht ik omwille van de eerste inschrijvingsdatum: 11/11/1959. Dat is twee dagen na mijn geboorte. De Californische uitvoering van de TR7 Spider (1980) is erg zeldzaam. Over de afwerking zullen we maar zwijgen.’ (lacht)
Met de Triumph Renown TDB (1950), wegens zijn looks ook ‘Razor Edge’ genoemd, werden we in het voorjaar van 2016 uitgenodigd op de 90ste verjaardag van de Britse Queen. De organisatoren wilden er een stoet wagens van 1926 tot 2016. Toen de dikke envelop van de Houses of Parliament hier aankwam, dacht ik eerst dat het een grap was. Tijdens de viering kwam prins Michael van Kent naar alle auto’s kijken.’
Hij opent het portier van de Bentley Turbo R (1990). We zien drie centimeter dik glas. ‘Het verdraagt zelfs granaatinslagen. De auto komt uit Saudi-Arabië en heeft amper 5000 mijl op de teller. Er was een document bij met etiquettevoorschriften van Bentley. Daarin stond bijvoorbeeld hoe de chauffeur moest remmen en bochten moest nemen om de passagier zo min mogelijk te storen. Ook hoe je een portier opent, wat je zegt en wat niet enzovoort. Bij Bentley en Rolls- Royce kon je daar toen lessen over volgen.’
Er staat een prototype van de Morgan Plus 4 4-seater (1987), een in ons land bijna onvindbare Reliant Scimitar GTC Convertible (1981) en een heerlijke Honda S800 Coupé (1969) - niet Engels zoals bijna alle auto’s hier, maar er wel heel erg op geïnspireerd.
‘De techniek is van een motorfiets - de motor draait 11.000 toeren. Je moet er bijna met een pincet aan werken, want alles aan deze auto is ‘very tiny’. Het verhaal gaat dat Honda zeer Engels wilde doen en de houten stuurwielen door een vioolbouwer liet maken.’
'Mijn vrouw Ann houdt zich graag bezig met opzoekingswerk naar de historiek van de auto's. Ikzelf ben ingenieur. Techniek werd er van jongs af aan ingegoten.
Voor we mochten rijden, moesten we van vader een versnellingsbak opengooien en weer in elkaar steken. Hij had veel klanten die ze stuk reden en wilde dat we begrepen hoe zoiets werkt. Pas sinds vorig jaar is mijn jongste zoon Jeroen ook fel bezig met de collectie. Hij houdt de auto’s draaiend. Elk weekend staat er een klaar. Dat is wel een luxe.’