Met het nieuwe motorblok op de Ariel (1938) houdt niemand Vaesen nog bij.
Met het nieuwe motorblok op de Ariel (1938) houdt niemand Vaesen nog bij.
© Thomas Vanhaute

Belg bouwt motorblok uit 4 blokken aluminium

'Elke dag verdwijn ik na het ontbijt in mijn garage - het is bijna een dagtaak', lacht Harrie Vaesen. Met een zelden geziene werklust en creativiteit bouwde hij daar eigenhandig een compleet motorblok.

Advertentie
Het zelfgebouwde motorblok voor een Ariel uit 1938.
Het zelfgebouwde motorblok voor een Ariel uit 1938.
© Thomas Vanhaute

'In september 2017 begon ik eraan, in mei 2018 heb ik hem voor het eerst gestart.' Hij toont een filmpje van dat magische moment. 'Het is een eencilinder van 500 cc met open kopkleppen in Ariel-stijl. Ik bouwde het originele blok uit 1938 na, met enkele aanpassingen - zoals een tweede carburator. Ik vertrok van vier blokken aluminium, goed voor 85 kilogram. Daarvan blijft een kleine 15 kilogram over. Mijn freesmachine van zeventig jaar oud kocht ik voor 100 euro van een vakschool. Ook mijn draaibank komt daarvandaan - ik heb er als leerling nog aan gestaan. Mijn broer geeft er nu avondles.

Ik heb me ingeschreven en daar gemaakt wat hier niet kon - zo'n 15 procent van het werk. Technische tekeningen gebruik ik amper. Die zitten in mijn hoofd.'

Advertentie

'Het is de uitdaging', zegt hij. 'Sinds mijn veertiende sleutel ik aan brommertjes. Een leven lang was ik bezig als lasser en mechanicus. En ik wil altijd meer. Het resultaat is geweldig. Niemand kan me ermee volgen. De motor levert 46 pk, in plaats van 26 in standaardconfiguratie. En ik zal hem nog bijschaven tot 54, misschien wel 55 pk. Het blok heeft me geen 2.000 euro gekost. Als je de uren zou rekenen, kom je aan ruim 10.000.'

'De voorbije 45 jaar nam ik ononderbroken deel aan classic-koersen. Maar als gewone werkman had ik niet veel geld. Dus bouwde ik alles zelf. De meeste voldoening vond ik in het zijspanracen. Daarvan is de mechaniek fijner, wat hoogstaander. In 1984, 1985 en 1986 werd ik Belgisch kampioen grasbaan- en speedwayracen met een zijspan. En in 2004 Nederlands kampioen op de weg. Dat jaar had ik ook op de Bikers Classics in Francorchamps het snelste zijspan. Die líép, jong!'

'Pas de jongste jaren rij ik solo, bij het Ariel Racing Team in Peer: vijf vrienden, plus enkele sympathisanten. Elk jaar organiseren we een rondrit om geld op te halen. Daar betalen we alles van. Per jaar rij ik minder dan 1.000 euro op. Met de Ariel uit 1938 nam ik onder meer deel aan classic-races in Engeland. Maar ik voerde de motoren zozeer op dat ik ze telkens kapot reed. Vandaar dat ik nu dat nieuwe blok bouwde.'

Ariel begon in 1902 motorfietsen te bouwen. In 1951 kwam het in de BSA-groep terecht. Het bekleedde een vooraanstaande plaats bij de Britse merken, maar deemsterde eind jaren 50 weg. '

Advertentie
De Ariel VHA (1953), gebouwd toen de Queen de troon besteeg.
De Ariel VHA (1953), gebouwd toen de Queen de troon besteeg.
© Thomas Vanhaute

Dit is een zeldzame, originele Ariel VHA (1953), gebouwd naar aanleiding van de kroning van koningin Elizabeth II. Ik kocht hem drie jaar geleden met slechts 53.000 kilometer op de teller, maar ik heb hem toch gereviseerd.

Advertentie

Mijn Ariel VH 500 (1956) is een caféracer: ik heb zelf de vorm en de remmen aangepast, het motorblok opgevoerd en een vijfversnellingsbak van Triumph gemonteerd. Hij is bloedsnel. Voorts bouwde ik het Imperial-zijspan na waarmee onze landgenoot René Milhoux in 1948 meerdere wereldsnelheidsrecords brak. Toen was dat gekoppeld aan een Vincent-motor. Ik heb een Jawa 500 Speedway-motor gebruikt. Die werd aangedreven op methanol, maar ik bouwde hem om naar benzine. Ook dat blok hangt aan een Ariel-frame uit 1938.'

Harrie Vaesen (72)
Gepensioneerd mechanicus

Daily: Renault Captur (2018).

Eerste motorfiets: BSA 250 C12 (1957).

Beste: Yamaha TDM 850 (1999). 'Een racemotor in endurovorm.'

Slechtste: 'Daar probeer ik een goeie van te maken.'

'Tegenwoordig rij ik kleine races bij de Historische Motorsportvereniging (HMV) in Nederland. Daar rijden ook tachtigers mee. Dat zijn demoraces, gebaseerd op regelmatigheid. Maar we knokken toch ook tegen elkaar op, zonder te streven naar die enorme snelheden die we vroeger op de circuits van Gedinne, Chimay, Mettet en Francorchamps haalden.'

Hij nam ook vier keer deel aan de rally Parijs-Dakar. 'In 1985 en 1986 als monteur van motorcrosser Ronny Renders en de judokampioenen Robert Vandewalle en Ingrid Berghmans, en in 1987 en 1991 met een eigen team. De eerste keer bereikten we met onze tweewielaangedreven Suzuki GSX 1200 Dakar, al reden we de laatste dagen buiten koers.

In 1991 was ik de enige met een zijspan. Toen vielen we uit tijdens de laatste rit in Libië, net voor Algerije. Later ben ik nog in Tunesië en Marokko gaan rijden.' Hij toont foto's uit die wilde jaren, naast de rijkelijk gesponsorde Jacky Ickx. 'Ik organiseerde een mosselfeest en verkocht wat kalenders.'

'Mijn zelfgebouwde zijspan verkocht ik nadat ik er tien jaar mee had gereden. De Norton Commando Mk3 (1975) van de Londense politie ging na ruim 35 jaar weg. Spijt? Ach, je maakt dan iets anders. Nu bouw ik alweer een caféracer, met een featherbed-frame van Norton en een Weslake-motorblok. Ik moet er nog een naam voor verzinnen. Dat wordt een Norslake of zoiets.'




Advertentie
Gesponsorde service

Lees Meer