Alfonso Medinilla bij zijn Buick Special Model 41 uit 1937, zijn enige auto die glimt.
Alfonso Medinilla bij zijn Buick Special Model 41 uit 1937, zijn enige auto die glimt.
© Thomas Vanhaute

'Autoliefde is een ongeneeslijke ziekte'

Wanneer ik voor het eerst aanbel, hoor ik hem pianospelen. Bij een tweede bezoek opnieuw. Alfonso Medinilla's eerste passie is hoorbaar tot op de stoep, de tweede blijft verborgen achter een brede poort. De ingeweken Guatemalteek verzamelde tientallen auto's waarmee hij lange tijd niets deed. 'Toen ik eraan werkte, kreeg ik vuile handen of kwetsuren - met het risico wekenlang niet te kunnen pianospelen. Maar sinds ik met pensioen ben, doe ik dat wat meer.'

AUTOBIOGRAFIE
Alfonso Medinilla, voormalig pianoleraar
Eerste: Simca 1100 VF2
Daily: Rover 75 Diesel (2000), Mercedes 200 CLK (1998)
Droom: GMC Panel Truck 1 1/4 ton (1953)

Geen museum, hier. In de eerste loods vormt een vijftiental auto's een indrukwekkende chaos. 'De Fiat 132 (1979) is na 15 jaar eindelijk klaar voor de autokeuring', vertelt Medinilla. 'Deze Renault-motorhome, een omgebouwde Goelette (1958), staat hier al twintig jaar. Een kunstenaar wilde ermee van Amsterdam naar Moskou reizen. Maar nadat hij hem compleet had ingericht en met de hand geschilderd, blies hij de reis af.'

Advertentie

Achter een tweede poort verschijnen nog veel meer auto's, tussen een ratjetoe van motoren, fietsen, piano's en jukeboxen van meer dan een eeuw oud. Hoog op een brug staat een Dodge D25 (1948). 'Een relatief kleine Amerikaan, en daardoor destijds een succes in Europa. Het is een van de auto's uit mijn kindertijd. Het was mijn droom. Dit exemplaar vond ik in 1978: mijn eerste rijdende oldtimer. Ik heb hem jaren gebruikt. Nu is hij in restauratie. Ik heb gezworen dat hij pas naar beneden komt als hij klaar is. Kijk, de nieuwe motor ligt ernaast.'

Advertentie

Eén glimmend exemplaar heeft hij, onder een doek: zijn Buick Special Model 41 (1937). 'Gebouwd in Antwerpen. Daarmee rij ik. Eén of twee keer per jaar, zo'n 300 kilometer.' De andere auto's zijn... nogal bestoft. 'De duiven zijn hier een groot probleem. Als ik ze niet wegjaag, zijn de auto's na een paar dagen bedolven onder de uitwerpselen. Ze wassen doe ik zo weinig mogelijk: dan roesten ze.'

Advertentie
De Dodge D25 Sedan (1948) in restauratie.
De Dodge D25 Sedan (1948) in restauratie.
© Thomas Vanhaute

'Het begon allemaal in Guatemala, toen ik twaalf was en treurde omdat mijn vader zijn GMC had verkocht', blikt Medinilla terug. 'En in 1978, ik was 24 en vier jaar in Gent, ontmoette ik Ghislain Mahy, de man die meer dan duizend auto's verzamelde en aan de basis lag van het museum Autoworld in Brussel. Op een dag stond de slagboom van het circus dat zijn enorme collectie herbergde omhoog, en ik ging binnen. Die auto's! Eerst wilde hij me wegjagen, maar toen hij hoorde dat ik naar België was gekomen om piano te spelen, was ik welkom: hij was een groot muziekliefhebber. Die dag kocht ik een Fiat 1400 (1950).' We banen ons een weg ernaartoe. 'Geen krassen maken', zegt de zorgzame Medinilla, en hij opent het portier. 'Ruik eens! Elke auto heeft zijn geur, hé.'

'Autoliefde is een ongeneeslijke ziekte, maar je gaat er niet van dood. Voortaan hielp ik aan de auto's van Mahy te werken, een enorme leerschool. Hij leerde me de geschiedenis van de auto. Hoe je een te restaureren wagen benadert, ook.'

Advertentie
Fiat 1400 (1950).
Fiat 1400 (1950).
© Thomas Vanhaute

'Ik ben er zo een die er amper mee buitenkomt. Echte liefhebbers vinden eraan werken interessanter dan ermee rijden. Paraderen interesseert me al helemaal niet. Een motor weer doen draaien of iets repareren: dát is het grote plezier.'

Advertentie

Hij heeft opvallend veel Amerikanen uit de jaren dertig. 'Die zag ik in Guatemala als kind, voordat er omstreeks 1960 Japanse wagens werden ingevoerd. Europese auto's waren voor de rijken - er reden slechts enkele Mercedessen. Deze Dodge Brothers DK-8 (1932) met acht-in-lijnmotor is een rariteit. En de Buick Roadmaster Model 81 (1937) is naar verluidt uniek in België. Leopold III zou er zo een hebben gehad. Maar dit is 'm zeker niet: zijn oorsprong ligt in Denemarken.'

'Over wat er later mee zal gebeuren, denk ik niet te veel na. Vaak worden dergelijke verzamelingen voor een habbekrats verkocht. Het belangrijkste is dat ze er nu zijn, en dat ik ervan geniet ze te hebben en te zien.'

Advertentie
Gesponsorde service

Lees Meer