Nu we de zomer vooral thuis zullen spenderen, maken we van onze tuin beter ineens een waar vakantieparadijs. Zoals in het veelgeprezen Corten House in Kontich, uitgerust met een moerastuin, poolbar en twee Japanse paviljoenen.
Het Corten House in Kontich (2013) is de woning waarmee DMOA Architects internationaal al het meest in de kijker liep. Het huis, met de beeldbepalende façade van roestkleurige lamellen, was technisch en esthetisch een mijlpaal voor het Leuvense bureau dat graag experimenteert. De vinnen in cortenstaal bepalen niet alleen de gevel. Als een XL-streepjescode bakenen ze ook de zone af rond het poolhouse en het zwembad.
‘Een paar jaar later hebben we nog een perceel bijgekocht naast ons huis, omdat we zo wat meer privacy hadden’, zegt de eigenaar. In plaats van dat perceel als extra stuk tuin te beschouwen, contacteerden de bewoners hun architecten opnieuw. En net als bij het Corten House kregen DMOA Architects opnieuw carte blanche.
Samen met tuinarchitect Jo Campo werkten ze een masterplan uit met twee ‘Japanse’ paviljoenen en een moerastuin. Een wandelpad van vlonders zweeft boven die moerastuin en verbindt het huis met de twee lage paviljoenen. ‘Een van die twee is extra garage- en speelruimte. Het andere dient als clubhuis. Het is ingericht als een gezellig cafeetje, met een open haard, bar, toog en keukentje. Ik ga er graag een glas drinken of kaarten met vrienden’, zegt de opdrachtgever. ‘Ik had schrik dat we het niet vaak genoeg zouden gebruiken. Maar zelfs in de winter zitten we daar graag met de haard aan. En op het heetste moment van de zomer blijft het daarbinnen lekker koel.’
Zweeds vakantiehuis
Bijzonder is dat de architecten voor die extensie bewust niet verder werkten op het strakke ritme van de lamellen in cortenstaal. Ze kozen voor een architectuur die er helemaal niet mee in concurrentie treedt. ‘De paviljoenen zijn uitgevoerd in larikshout en geverfd volgens de Zweedse ‘falu rödfärg’-techniek. Ze zijn discreet ten opzichte van het huis en de tuin, maar hebben wel hun eigen karakter.'
'Daarom zijn ze ook zwart geschilderd: planten komen mooi tot hun recht tegen zo’n achtergrondkleur’, zegt architect en vennoot Matthias Mattelaer. ‘Het gastenpaviljoen heeft de sfeer van een jachthuis of gezellig vakantiechalet. Doordat de dakluifel zo laag overhangt, krijg je er vanzelf een gevoel van geborgenheid.'
'Tegelijk lijkt de tuin tot onder de luifel door te lopen. Het grappige is: nog vóór we het huis in cortenstaal ontwierpen voor hen, toonden de opdrachtgevers ons al foto’s van een zwart geverfd Deens houten kerkje dat ze inspirerend vonden. Die verwijzing namen we mee in dit ontwerp.’
Moerastuin
De tuin, het vlonderpad en de paviljoenen zijn vorig jaar aangelegd. Pas deze lente wordt duidelijk hoe goed ze op elkaar zijn afgestemd. ‘De houten structuren in inlandse eik en de moerassige poel eronder roepen de sfeer op van een vakantie in de Hoge Venen of Zweden’, zegt landschapsarchitect Campo.
‘In de poel staat in de winter en op piekmomenten heel wat water. De diepste stukken zijn aangeplant met carexgrassen en andere waterminnende soorten, waarvan de dotterbloemen het vroegst bloeien. De ervaring klopt gewoon: je verlaat de woning doorheen de lamellen in cortenstaal en stapt via het houten vlonderpad naar de loungebar met vakantieterras. Je krijgt het gevoel dat je er in je eigen tuin even tussenuit kan. Alsof je naar een kampeerplekje stapt.’