Galeriehouder Tim Van Laere | ‘James Ensor in het KMSKA blijft me verbazen’

Galeriehouder Tim Van Laere over het leven op het puntje van zijn ‘Onkel’-stoel: fruit voor Franz West, de macabere lichtheid van Ensor en Wimbledon winnen.

Tim Van Laere

  • Studeerde economie in de VS.
  • Opende op zijn 27ste zijn gelijknamige kunstgalerie.
  • Debuteert op TEFAF Maastricht.

Wat is de stoel van je leven?

Advertentie

‘Franz Wests ‘Onkel Stuhl’ of ‘Uncle Chair’, herkenbaar aan zijn stalen frame met felgekleurde stoffen banden. Begin jaren 80 begon kunstenaar Franz West stoelen, tafels en lampen te maken, die uitnodigden tot interactie met de toeschouwer. Ze tonen zijn fascinatie voor de relatie tussen kunst en object. Zijn eerste stoelen waren aan elkaar gelast schroot. De bekleding en voeringen evolueerden tot een kleurrijk vlechtwerk. West is nog altijd een van mijn favoriete kunstenaars. Met zijn baanbrekend werk inspireerde hij generaties artiesten na hem. Dankzij hem en Richard Artschwager worden meubels ook echt als kunst gezien. Ik ben er ook van overtuigd dat West een belangrijke invloed uitoefende op wie ik geworden ben als galeriehouder. En misschien zelfs als persoon. Zodra mijn galerie West vertegenwoordigde, kon ik veel meer kunstenaars benaderen. De roze kleur, die intussen kenmerkend is geworden voor de galerie, is een hommage aan West.’

Advertentie

Wat houdt je op het puntje van je stoel?

‘Behalve een enorme liefde voor kunst heb ik ook een grote passie voor tennis. Dat is veel meer dan een krachtmeting tussen de verschillende spelers. Los van hun fysieke en technische kwaliteiten moeten zij ook mentaal sterk staan in hun spel om te kunnen winnen. Als een tennisspeler op het veld staat, moet hij al zijn beslissingen zelf nemen. Ook al zitten zijn coaches in de box tijdens de match. Bij kunstenaars is dat hetzelfde. Ze kunnen een studio hebben met twintig assistenten, maar uiteindelijk moeten zij alleen alle beslissingen nemen en omgaan met het lege canvas.’

©Alexander D'Hiet

Waarvan viel je recent van je stoel?

‘James Ensor blijft mij elke keer opnieuw verbazen. Door de heropening van het KMSKA ben ik blij dat ik zijn werken weer geregeld kan gaan bekijken. Zijn ‘Val van de opstandige engelen’ heeft hij geschilderd in 1889, en toch voelt het nog altijd hedendaags aan. Ensor ontwikkelde een compleet eigen beeldtaal en wist met een bepaalde lichtheid ook het macabere in beeld te brengen, zoals in ‘Geraamten twistend om een gehangene’ (1891), ‘Verbazing van het masker Wouse’ (1889) en ‘De intrige’ (1890). Zijn werken overstijgen de tijd volledig. En dat is een ongelooflijk sterke kwaliteit van zijn oeuvre.’

Heb je ooit de poten van onder iemands stoel gezaagd?

‘Integendeel, ik geloof dat succes nooit ten koste van iets of iemand kan gaan. Alles wat ik doe, doe ik in functie van mijn kunstenaars en de galerie. Ik zal altijd opkomen voor mijn kunstenaars als dat nodig is. En dan deins ik er ook niet voor terug om de confrontatie aan te gaan. Ik zal hen ook altijd beschermen, als de situatie daarom vraagt. Zo heb ik ooit voor Franz West een atelierrondleiding gegeven aan de vrienden van een Frans museum. Hij vond het een beter idee dat ik dat deed, omdat ik ook Frans sprak en hij niet. Vlak voordat de groep arriveerde, legde Franz zich neer op een van zijn chaises longues, trok een deken over zijn hoofd en sloot de ogen. ‘The artist is asleep’ moest ik aan die museummensen zeggen, zei hij. De rondleiding liep tegen 16 uur op haar einde, wat ook het gebruikelijke uur was dat Franz fruit ging halen voor iedereen in zijn studio. Zodra de groep de studio verliet, stond Franz ook op van zijn chaise en zei laconiek tegen ons ‘Anybody fruit?’’

Bio van een stoel

| ‘Onkel’-stoel

Franz West (1947-2012) was samen met Richard Artschwager een pionier met zijn ‘meubelsculpturen’.
Franz Wests ‘Onkel Stühle’ waren twee keer te zien op de Documenta-expo: die van Jan Hoet in 1992 en die van Catherine David in 1997. Ze doken ook op in het Museum of Contemporary Art in Los Angeles en het Dia Center for the Arts in New York.
Op zijn solo in 1989 in het MoMA PS1 nodigde West mensen uit om op zijn stoelen te gaan zitten en – met de krant van die dag – te blijven rondhangen in de ruimte.

Kun je goed stilzitten?

‘Als galeriehouder ben je continu in de weer. Stilzitten doe ik dus niet vaak. Maar een film van bijvoorbeeld Paolo Sorrentino of een goed boek, zoals op dit moment de biografie van Werner Herzog, kunnen mij wel tot rust brengen.’

Wat doe je als je ergens mee ‘zit’?

‘Als ik ergens mee zit, zal ik dat meteen proberen op te lossen. Ik geloof dat het altijd beter is dingen direct uit te spreken en problemen niet te laten woekeren.’

Op wiens stoel zou je graag voor één dag zitten?

‘Het liefst blijf ik op mijn eigen stoel zitten. Er is niets wat ik liever zou willen doen. Maar als ik echt moet kiezen, had ik weleens een dagje in de schoenen gestaan van Pierre Matisse, de kunsthandelaar die met artiesten als Balthus, Joan Miró, Jean Dubuffet en Henri Matisse werkte. Hij beweerde dat er maar één manier is om galeriehouder te zijn: door bevriend te zijn met je kunstenaars. Dat sluit ook heel erg aan bij mijn manier van werken. Tegelijk zou ik graag eens Wimbledon winnen.’ (lacht)

Advertentie
Advertentie