Nog geen witte rook op klimaattop

Ze willen dat hun eisen beter worden gereflecteerd in de voorliggende teksten en dreigen er anders mee de onderhandelingstafel definitief te verlaten. 'We vragen om een opschorting tot onze input wordt gereflecteerd', klonk het bij de LDCs, de vereniging van minst ontwikkelde landen. Ze verlieten samen met de kleine eilandstaten, de AOSIS, de onderhandelingen alvast tijdelijk.

'We kwamen naar deze COP voor een faire deal. We hebben het gevoel dat we niet worden gehoord en dat we niet worden geconsulteerd en daarom hebben we de meeting verlaten', verklaarde de Samoaanse voorzitter van AOSIS, Cedric Schuste, nadien aan de pers.

'We zijn de landen die waarschijnlijk het meest worden getroffen door de klimaatverandering. Onze landen hebben niet veel bijgedragen tot de uitstoot van broeikasgassen, maar we worden wel getroffen. We hebben onze noden en wensen duidelijk gemaakt, maar worden niet gehoord en daarom zijn we naar buiten gewandeld', voegde de Sierra Leoonse minister van Klimaat Jiwoh Abdulai, die de LDCs vertegenwoordigt, eraan toe.

In een persmededeling nadien schaarde ook de Afrikaanse groep zich achter de eisen van AOSIS en de LDCs. Er is sprake van ontgoocheling 'met aspecten van het huidige voorstel dat de prioriteiten en posities van ontwikkelingslanden, zeker die die het meest kwetsbaar zijn voor de gevolgen van de klimaatverandering, zoals de LDCS en kleine eilandstaten (SIDS) onvoldoende reflecteert'.
In de nieuwe tekst die zaterdagnamiddag circuleerde, werd het bedrag dat de ontwikkelde landen zouden betalen om de ontwikkelingslanden bij te staan bij het terugdringen van hun uitstoot (mitigatie) en het aanpassen aan de klimaatverandering (adaptatie), verhoogd naar 300 miljard dollar. Maar voor de rest bevat de tekst vooral kleine aanpassingen.
De posities liggen dus nog ver uiteen, ondertussen exact 24 uur na het voorziene einde van de COP29.