Facebooks tabaksmoment
De schadelijke neveneffecten die Facebook verbergt, zijn onverdraaglijk groot aan het worden. Meer transparantie en regulering zijn nodig en moeten worden afgedwongen.
Bijna een op de twee mensen op de planeet heeft maandagavond ervaren dat hij even niet kon whatsappen, op Facebook surfen of op Instagram een beeld delen. Het illustreert de ongeziene schaal waarop het bedrijf dat Mark Zuckerberg nog geen 17 jaar geleden heeft opgericht dezer dagen opereert.
Met grootte komt echter ook verantwoordelijkheid. En daar loopt het mis. Dinsdag getuigde Frances Haugen, die in 2019 bij Facebook ging werken om tegen fake news te strijden, voor de Amerikaanse Senaat. Ze legde uit hoe het bedrijf vitale informatie verbergt over hoe het werkt.
In de kern van het bedrijf woedt een belangenconflict. Hoe veiliger de boodschappen, hoe minder lang mensen op de socialemediasite blijven. Hoe rancuneuzer, polariserender of gewoon verkeerd de informatie, hoe langer mensen online blijven en hoe winstgevender de advertentiemachine kan draaien.
Facebook zegt in dat conflict de kant van het algemeen belang te kiezen, maar volgens Haugen stuurt het de algoritmes de andere kant op. Voor belangrijke mensen met veel volgers worden de regels tegen desinformatie soepeler toegepast. En Facebook weet dat Instagram schadelijk kan zijn voor het zelfbeeld en de geestelijke gezondheid van tienermeisjes, maar stak toch plannen om daar iets aan te doen in de ijskast.
Hoe rancuneuzer, polariserender of gewoon verkeerd de informatie, hoe langer mensen online blijven en hoe winstgevender de advertentiemachine kan draaien.
Facebook wordt al eens vergeleken met de monopolisten van vroeger, waarbij data de nieuwe olie zijn. De Amerikaanse overheid brak in 1911 Standard Oil, het olie-imperium van John D. Rockefeller, op in acht kleinere bedrijven, waarvan de meeste nog altijd giganten zijn. In 1984 brak ze het telecombedrijf AT&T op, in een zaak die 'Ma Bell & the Baby Bells' heette en een monopolie grotendeels herleidde tot een oligopolie.
De vergelijking doet er toe, omdat Facebook groot is geworden dankzij overnames. Die kunnen worden teruggedraaid. Het is, vanuit Washington bekeken, een van de logische aanvalsroutes tegen het bedrijf. Tegelijk is ze niet zaligmakend. Dat leren de telecom- en oliegeschiedenissen, maar ook het besef dat een sociaal netwerk een natuurlijk monopolie is. Iedereen wil op die ene plek zijn waar de anderen zijn.
Misschien wordt de beste vergelijking met wat Facebook dinsdag in de Amerikaanse Senaat overkwam nog wel geleverd door de tabakssector. Ook die verhulde jarenlang hoe verslavend zijn producten waren en negeerde de gezondheidseffecten. Die nefaste effecten zijn er ook hier, van verslaving en problemen van geestelijke gezondheid tot een polarisering en het onnodig opjutten van het publieke debat. Dat creëert nadelen die ook voelbaar zijn voor wie Facebook links laat liggen.
Het is ondertussen duidelijk dat de investeerders het bedrijf niet uit zichzelf in de goede richting duwen. De panne duwde de koers meer dan 5 procent lager, maar de onthullingen deden de koers de voorbije dagen nauwelijks afwijken van die van Nasdaq. Het is daarom nodig dat de overheid meer transparantie afdwingt en regulering oplegt. En het is belangrijk dat die oefening in het thuisland van Facebook begint, op Capitol Hill.
Meest gelezen
- 1 Ghelamco-eigenaar Paul Gheysens verkoopt duurste penthouse van België
- 2 Fabien Pinckaers, de man achter miljardenbedrijf Odoo: ‘Ons grote geluk is dat de concurrentie shit is’
- 3 De must-reads van het weekend
- 4 De Croo en De Wever schuiven hete aardappel van budget ziekteverzekering naar elkaar door
- 5 Belgische olie-invoer spekt Russische oorlogskas en Poetins paleis