Laatbloeier | Een nazomer met groeipijnen

Tv-maker Luc Haekens wilde ondernemer worden op zijn 55ste. Maar nu is hij daar niet meer zo zeker van.

Toen ik onlangs mijn verjaardag vierde, besefte ik meer dan ooit de symboliek van de timing: het is op alle vlakken nazomer. Net daarom wilde ik, nog voor de herfst in mijn leven intreedt, mijn ondernemersdroom waarmaken. En hoewel de zaken niet slecht gaan, integendeel, mijn orderboekje raakt goed gevuld, moet ik toegeven dat het op mijn gezegende leeftijd niet altijd even simpel is.

Kent u die taferelen aan de self check-in in Zaventem? Waar bejaarde koppels staan te zweten, de wanhoop nabij, in paniek raken, en net niet op elkaar beginnen te slaan? Ze waren er nochtans vol goede moed aan begonnen, voelden zich jong en helemaal mee met de tijd. Zelf inchecken? Dat varkentje zouden ze snel eens wassen. Tot het allemaal wat ingewikkelder bleek te zijn en ze voor de tiende keer hun bestemming moeten invoeren. Intussen tikt de klok genadeloos verder, vliegtuigen wachten niet.

Advertentie

Zo voel ik me dus als laatbloeiende ondernemer: het is allemaal iets ingewikkelder dan ik dacht, de klok tikt verder en klanten wachten niet.

'Was ik nog maar dertig', roep ik dan tegen mijn gerimpelde spiegelbeeld. Het zou allemaal zoveel makkelijker gaan, ik zou helemaal mee zijn met alle apps en accounts en logins en weet ik veel wat ik nog allemaal nodig heb om een simpele bestelling te plaatsen.

En het is niet alleen de moderne technologie. Was het dat maar, dat zou ik nog kunnen uitbesteden. Het is helaas veel meer. Het is de gave om meerdere ballen in de lucht te houden. Terwijl dat vroeger soepel ging, gaat het nu veel strammer en stroever. Alsof mijn hersenen elk jaar onder een dikkere laag stof komen te liggen.

Mijn brein is natuurlijk decennialang een werknemersbrein geweest. Het heeft zich nooit zorgen moeten maken om klanten en bestellingen.

Zorgeloze nachten behoren tot een ver verleden, mijn slaap wordt onderbroken door gepieker en gepuzzel. Wie moet ik waar inzetten om op tijd op te leveren aan klant A? En hoe kan ik het probleem van klant B oplossen zonder klant C te verwaarlozen? Tegen de ochtend heb ik het opgelost, alle ballen hangen nog in de lucht, maar mijn brein is er niet frisser op geworden.

Dat brein, denk ik soms, is natuurlijk decennialang een werknemersbrein geweest. Het heeft zich nooit zorgen moeten maken om klanten en bestellingen, en is in mijn geval vooral creatief geweest. Het is een makersbrein dat plots in een andere, onbekende modus wordt gezet. Een oude boom mag je niet verplanten, maar een oud brein mag je misschien niet herprogrammeren, bedenk ik dan.

Advertentie

Voorlopig sta ik in een soort twijfelmodus. Ik twijfel of ik wel gemaakt ben om te ondernemen, of het wel een slimme beslissing was de rustige vastheid te ruilen voor het grote onbekende. Genieten en op de golven van ervaring drijven, dat was ook wel leuk geweest. Zo aangenaam is het nu ook weer niet in woelig water.

Misschien moet er een zelfhulpgroep voor laatbloeiende ondernemers worden opgericht, waarin we allemaal eens goed kunnen klagen en zagen. Het zou bevorderlijk zijn voor onze nachtrust.

Gelukkig bestaan er lotgenoten, ervaringsdeskundigen die het allemaal hebben meegemaakt en me geruststellen. Wat ik doormaak, zijn groeipijnen. Het gaat vanzelf in de plooi vallen. 'Nog even en het wordt plezant', zeggen ze dan. Ik mag het hopen. De ondernemersdroom hoeft geen nachtmerrie te worden waarin ik op mijn moeder roep, al was het maar omdat ik niet meer thuis woon.

Ik geef mezelf nog tot aan mijn volgende verjaardag. Tegen dan moet de schakelaar zijn omgedraaid en moeten de ballen soepel de lucht in gaan en daar blijven. De nachten moeten rustig zijn en de dagen plezant. Zoniet zet ik mijn brein weer in zijn vertrouwde modus.

Advertentie

'Lang leve de nazomer,' mijmerde iemand op mijn verjaardag, 'de mooiste tijd van het jaar.' Daar zit natuurlijk ook iets in.

Advertentie
Gesponsorde inhoud