Advertentie
analyse

Monopolie van Facebook aanvechten is makkelijker gezegd dan gedaan

©REUTERS

Wie de monopoliepositie van een technologiebedrijf zoals Facebook wil aanvechten, moet minstens met sterke argumenten komen. De Amerikaanse concurrentiewaakhond slaagde daar (nog) niet in.

Het nieuws werd met groot enthousiasme onthaald op Wall Street. Nadat twee aanklachten tegen Facebook, die het bedrijf beschuldigen van een illegale monopoliepositie, verworpen waren, overschreed de beurswaarde van het sociale netwerk de kaap van 1 biljoen of 1.000 miljard dollar.

Het gaat om klachten van twee partijen die hetzelfde doel beogen: de machtspositie van Facebook ter discussie stellen in de hoop het bedrijf op te kunnen splitsen. De ene klacht kwam van 48 procureurs-generaal uit evenveel staten. Die werd geseponeerd omdat de focus te veel lag op het concurrentieverstorende karakter van de overnames van de concurrenten Instagram (in 2012) en WhatsApp (in 2015). Dat was volgens de rechter te lang geleden om een uitspraak over te doen.

Advertentie
De essentie
  • In de Verenigde Staten groeit al maanden een consensus dat de marktmacht van grote tech-bedrijven zoals Facebook aan banden moet worden gelegd.
  • Een uitspraak van een Amerikaanse rechter leert dat argumenteren dat een bedrijf heel groot is niet volstaat om machtsmisbruik aan te tonen.
  • Het is niet omdat diensten gratis zijn, dat consumenten geen schade kunnen ondervinden van machtige techbedrijven.

De tweede klacht kwam van de Federal Trade Commission (FTC). Die laatste krijgt van de bevoegde rechter 30 dagen om haar argumentatie, die juridisch niet voldoende sterk bleek, kracht bij te zetten.

De klacht bevat niets anders dan de kale bewering dat het bedrijf een 'dominant marktaandeel van meer dan 60 procent' had en nog steeds heeft.

James E. Boasberg
Amerikaanse federale rechter

'De klacht bevat niets anders dan de kale bewering dat het bedrijf een 'dominant marktaandeel van meer dan 60 procent' had en nog steeds heeft', schreef James E. Boasberg, de bevoegde rechter, in zijn besluit. 'Een dergelijke niet-onderbouwde bewering zou ternauwernood kunnen volstaan in een mededingingszaak met betrekking tot een meer traditionele goederenmarkt.' De argumentatie gaat volgens hem in deze zaak zeker niet op, omdat het over een sociaal netwerk gaat.

Het netwerkeffect

De twee rechterlijke uitspraken zijn vervelend voor president Joe Biden, die beloofde de machtspositie van big tech aan te pakken. De 32-jarige professor rechten Lina Khan, die Biden heeft aangesteld als voorzitter van de FTC, staat meteen voor haar eerste grote test: binnen 30 dagen een beter antwoord formuleren op de vraag waarom Facebook een monopolie is. Pas dan kan zo'n monopolie ook worden aangepakt.

Advertentie

'Het is een moeilijk vraagstuk', zegt de hoogleraar economie Jan Eeckhout (UPF Barcelona). 'Het grootste probleem, waar ook rechter Boasberg op wijst, is dat de diensten van Facebook op het eerste gezicht gratis lijken. Waarom zou je dan klagen?' Maar wie zo redeneert, negeert dat consumenten wel degelijk schade ondervinden van de marktmacht van Facebook, vindt Eeckhout.

Als Facebook een echte rivaal had, zou het gebruikers misschien een gratis abonnement op Netflix of HBO aanbieden om die aan zich te binden.

Jan Eeckhout
Hoogleraar economie

'Als Facebook een geloofwaardige rivaal had, zou het echt moeten concurreren om gebruikers ervan te overtuigen zijn dienst te gebruiken', zegt Eeckhout. Hij verwijst daarvoor naar de traditionele televisiestations. 'Als het ene televisiestation betere series en films aanbiedt dan zijn concurrenten, overtuigt het meer kijkers en dus ook meer adverteerders.'

Facebook hoeft niet te investeren in goede inhoud. 'Het profiteert van het netwerkeffect. Het feit dat wij allemaal Facebookproducten gebruiken, houdt ons ook gevangen in die producten.' Het netwerkeffect bezorgt Facebook een schaalvoordeel waardoor concurrentie erg moeilijk is. 'Met een echte concurrent zou Facebook gebruikers misschien een gratis abonnement op Netflix of HBO aanbieden om die aan zich te binden', zegt Eeckhout.

Meer advertenties

Matt Stoller van de Amerikaanse denktank Open Market Institute ziet nog andere manieren waarop de marktmacht van Facebook duidelijk kan worden gemaakt. 'De FTC had kunnen aanhalen dat Facebook steeds meer advertenties in de tijdlijn van zijn gebruikers stopt, wat eigenlijk neerkomt op een prijsverhoging', schrijft hij in zijn nieuwsbrief BIG.

De FTC had kunnen aanhalen dat Facebook steeds meer advertenties in de tijdlijn van zijn gebruikers stopt, wat eigenlijk neerkomt op een prijsverhoging

Matt Stoller
Lid Open Market Institute

Met andere woorden: bedrijven kunnen hun macht misbruiken zonder dat consumenten dat per se in hun portefeuille voelen. Een tijdlijn waarop meer advertenties te zien zijn dan berichten van vrienden is minder kwalitatief, vindt Stoller. Marktmacht kan ook gebruikt worden om meer persoonlijke data van gebruikers te verzamelen.

Het is koffiedik kijken of de FTC in 30 dagen tijd met een juridische argumentatie kan komen die wel overtuigt. Het besluit toont volgens de Democratische senator Richard Blumenthal vooral aan hoe techbedrijven dreigen te ontsnappen aan de huidige mededingingsregels in de Verenigde Staten.

Het hof verwierp de zaak van de FTC omdat het onder onze huidige antitrustwetten niet duidelijk was dat Facebook een monopolie heeft op het terrein van de online netwerken.

Richard Blumenthal
Senator voor de Democraten

'Het hof verwierp de zaak van de F.T.C. omdat het onder onze huidige antitrustwetten niet duidelijk was dat Facebook een monopolie heeft op het terrein van de online netwerken. Dat is een verbijsterende bewering gezien Facebooks stevige greep op consumenten, hun gegevens en de socialemediamarkt', liet hij optekenen in The New York Times.

Zowel Democraten als Republikeinen vinden dat de mededingingsregels dringend moeten worden aangepast aan de digitale context. De vraag is of ze het ook eens kunnen raken over de details van die vernieuwde wetgeving.

Advertentie
Gesponsorde inhoud